writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

’De dijkgeest van Vlassenbroek’

Betere leesbaarheid

9. De waarheid deed pijn.

Amalia repte zich naar huis. Haar stappen versnelden naarmate er een onbehaaglijk gevoel was dat zich van haar meester maakte. Ze kon er geen vinger op drukken, maar voelde instinctief dat er iets niet juist was. De opwinding maakte dat er roze blosjes op haar wangen verschenen en opwinding was nu net iets dat zij boven alle mensen, diende te omzeilen.
Boven haar leek het of de lucht vergrijsde en steeds zwaarder werd. De mand met kippen werd met de minuut zwaarder om dragen, de lucht moeilijker om in te ademen. Ze werd steeds opgewondener, ondanks het ongeruste gevoel dat haar deed rillen.

Zo snel ze kon liep ze door, dolblij en opgelaten toen ze eindelijk het strodak van hun boerderij ontwaarde. Helaas, hoe dichter ze naderde, hoe duidelijker het werd dat er iets helemaal mis was. Hoe sneller ze probeerde te stappen, hoe trager ze leek vooruit te komen. Het erf stond vol dorpelingen, ze begreep er niets van. Toen ze op geluidsafstand kwam hoorde ze dat er lelijke dingen gescandeerd werden en de angst sloeg haar om het hart. Ze besloot niet door de menigte te gaan, maar nam het wegeltje achterom en sloop zo rond de stallingen het achterhuis binnen.

Daar vond ze haar Jacobius, bloedend op de grond en helemaal slap, terwijl de kinderen huilend vensters en deuren barricadeerden. "Wat is hier in hemelsnaam gebeurt?" stamelde ze terwijl ze naast haar Jacobius knielde. Palmyre snikte dramatisch. Micah stond er bedremmeld bij en de andere meisjes waren uit het zicht, maar ze voelde de spanning tot het puntje van haar vingers.
Er vloog een steen door het raam die maar net langs de kleine Micah heen schoot. Vlug trok ze het nu hysterisch huilende kind tegen zich aan, blafte naar Palmyre dat ze zich moesten verschuilen op de schelf. "Snelsnel," riep ze er achteraan.

Jacobius kreunde licht, "verschuil je" stamelde hij, "laat mij, zorg voor de kinderen…" toen viel hij weer in zwijm. Buiten scandeerde de menigte, ze hoorde de lelijkste dingen "Heksen, dood aan Heksen, Vernietig hem! De brandstapel er mee op. Stenigen…"
Angstig keek ze door het kleinste raampje, en zag een pater drie kruistekens maken. Ze begreep er niets van en Jacobius kon het niet vertellen. Opeens werd het haar te veel. Ze zag Suus uit het dorp met een fakkel op het woonhuis afkomen. "O gut" dacht ze, ze gaan ons levend verbranden,…de kinderen…de kinderen…" en toen trok ze de deur open en ging wijdbeens op haar erf staan. De menigte recht in het gelaat kijkend. "Wat mot dat?" sneed ze scherp. De vuile tongen, even uit het veld geslagen door deze uitlating, zwegen. De pater kwam het eerst bij zijn zinnen. "Er zijn getuigen dat uw man van de kwade hand gestreeld is," sprak hij wrang. Deze beschuldiging zal dan ook onderzocht worden. "Dood aan heksen !! De brandstapel erop, verdrinken!! "Riepen de krijsende stemmen weer.

Amalia was helemaal onthutst. Tegen zoveel onrecht had ze geen verweer. Ze voelde hoe de frustratie door haar leden trok. "Neen," dacht ze in stilte, "NEEN, dit mag nu niet gebeuren…" NEEN!!! Riep ze heel luid. Hier wonen helemaal geen heksen. Dikke leugens zijn het. Laat ons gerust!! En ze dreunde snel weer naar binnen waar de deur automatisch achter haar dichtviel.
Angst voor verschrikking maalde door haar hoofd. Ze hoopte dat niemand gezien had dat ze de deur niet had vastgehad toen die dicht vloog. Ze kon er niets aan doen, deze kracht had ze niet onder controle. Hoewel ze wel zin had om die hele bende met een blik de schelde in te kieperen. Gelukkig won haar gezond verstand van de ongecontroleerde kracht. Dat Jacobius weer bij zijn positieven kwam had daar vast een deel in.
"We moeten hier weg, voor dag en dauw, voor de eerste haan kraait", fluisterde ze Jacobius in zijn oor. "Het is zover lieverd. Anders gaan we er allemaal aan." Jacobius bekeek haar men een intrieste blik. Het moment waar ze al maanden voor gevreesd hadden. En ze wisten dat ze er niet tegenin konden gaan. De waarheid deed pijn, dingen zouden nooit meer worden als voorheen.

stemresultaten

Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Slagen ze er in met het hele gezin te vluchten voor dag en dauw?

ja 50%
neen 50%

totaal 4 stemmen

Wordt Micah bruut meegenomen naar de kerkkerkers om de familie in het dorp te houden?

ja 50%
neen 50%

totaal 4 stemmen
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .