writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Dolle gekruisigden (41)

door Mephistopheles

Terwijl ik me de trappen afhaastte drong het tot me door dat mijn huissleutels nog op Clara's salontafeltje lagen. Doordat ze me zo opgejaagd had wakker gemaakt en daarna zo snel mogelijk de deur had uitgewerkt had ik de tijd niet gehad om het me te herinneren. Ik keerde terug en klopte aan. Gelukkig voor mezelf duurde het niet lang vooraleer ze haar deur opende.
'Mijn sleutels,' zei ik onmiddellijk, 'ze liggen nog op je salontafeltje.'
Ze keek me enkele seconden onderzoekend aan en begaf zich dan naar haar woonkamer, zonder ook maar een woord te zeggen. Pas toen ze me de sleutels overhandigde opende ze haar mond.
'Hier,' weerklonk haar stem, 'en nu heb je alles veronderstel ik?'
Ik knikte.
'Goed. Tot kijk dan maar.'
Ze sloeg de deur dicht zonder me verder nog een kans te laten om iets te zeggen. Ze moest wel gek zijn veronderstelde ik. Tenslotte was het zo'n kunstenaarstypetje en het was geen groot geheim dat het merendeel van die lui mesjoche waren. Dat moest je wel zijn als je van plan was om je hele leven lang met verf te ploeteren. Het enige wat waarschijnlijk nog krankzinniger was dan dat was dagenlang als een gek op een klavier zitten tikken zonder te weten waartoe het allemaal diende, hoewel elk middel dat de verveling en eentonigheid van het bestaan bestreed nog steeds beter was dan eraan toe te geven, wat de ware waanzin ontketende.

De weg naar huis was een lange. Ik woonde aan een andere kant van de stad en had minstens een half uur wandelen voor de boeg. Het openbaar vervoer nemen deed ik bijna nooit. Trams werkten me op de zenuwen en bussen zaten vaak overvol, wat ik afschuwelijk vond. Er zat altijd wel ergens een of andere stumper tussen die naar al de ziektes en bacteriën van de wereld rook, en als het je niet meezat kwam je misschien wel noodgedwongen naast hem terecht. Over het algemeen verplaatste ik me dus te voet, want niet alleen het openbaar vervoer meed ik zo veel mogelijk maar ook de andere transportmiddelen zeiden me niets. Fietsen deed ik bijvoorbeeld nooit. Ten eerste vond ik dat het er belachelijk uitzag en ten tweede had ik een verschrikkelijke hekel aan dat zadel, dat na verloop van tijd een pijnlijke uitwerking had op mijn achterwerk. Ik beschouwde mijn antipathie jegens de fiets dan ook niet meteen als mijn eigen schuld, want de natuur had me zachte billen gegeven en dat betekende in mijn ogen dat ze een zachte behandeling verdienden. Exit fiets dus. Ook een auto hoefde ik niet. De auto verafschuwde ik zelfs het meest van allemaal. Het gevoel dat ze me gaven wanneer ik erin zat was verschrikkelijk. Een uur op de autosnelweg razen was voor mij een nachtmerrie. In uitzonderlijke gevallen kon het voorvallen maar over het algemeen probeerde ik het zo veel mogelijk te vermijden. Mijn leven was dus voor het overgrote deel gedoemd tot een voetgangersbestaan, met als enige voorlopige zekerheid dat de beperkte bewegingssnelheid mijn kansen om uit de bocht te vliegen aanzienlijk inperkte, in letterlijke zin althans.

Toen ik dan eindelijk opgelucht adem kon halen wanneer ik mijn voordeur bereikt had voelde ik me al een stuk beter. Die verrekte wandeling was in elk geval achter de rug, de rest van hieruit zou kinderspel zijn. Maar al snel bleek hoe voorbarig deze conclusie was want na het doorzoeken van mijn broek en jaszakken stelde ik vast dat de sleutels zoek waren. Hoe kon dit gebeurd zijn? Clara had ze me zeker meegegeven, daar was ik van overtuigd omdat ik opnieuw bij haar aangeklopt had om ze in ontvangst te nemen. Maar waar waren ze dan? Ik zocht nog een tijdje, mijn bloed borrelend van ergernis, maar ving uiteindelijk bot; het stond vast: de sleutels waren verdwenen. De enige verklaring die ik ervoor had was dat ik ze onderweg was kwijtgespeeld. Het idee om er naar op zoek te gaan liet ik meteen varen want ik was door heel wat straten en steegjes getrokken, wat dat betrof was het zoeken naar een naald in een hooiberg. Niet te geloven dat dit me moest overkomen. Het was om gek van te worden. Ik kon wel iemand vermoorden. Ik belde aan bij Ronald, de benedenbuur die naast Steiner woonde. Ik vond hem maar een oelewapper en had hem eigenlijk altijd zo veel mogelijk gemeden, en nu had ik plots zijn hulp nodig; best wel grappig hoe het leven soms een ironische situatie aan je opdrong.

Het enige wat ik van Ronald wist was dat hij vrijgezel was, van middelbare leeftijd. Elke dag opnieuw schikte hij keurig de bloemen aan zijn raam, steeds netjes gekleed met het hemd keurig in de broek gestoken. Als er te veel boombladeren op het trottoir waren gevallen dan was hij de eerste om ze weg te harken, en niet zelden zag ik hem de boodschappen van Steiner dragen, om maar te zwijgen van het wekelijkse wassen van zijn kleine auto, die me deed denken aan een rugzak op wieltjes. Hij was altijd mooi opgedirkt en in zijn kapsel was nooit een haartje te bespeuren dat niet op zijn plaats lag; zelfs Marie-Antoinette van Oostenrijk had niet aan zijn ijdelheid kunnen tippen. Toen hij me binnenliet via het elektrische deurslot stond hij me binnen op te wachten, zijn trotse pauwachtige ogen groot van verbazing.
'Wat is er aan de hand?' vroeg hij, 'waarom bel je bij mij aan?'
'Ik ben mijn sleutels kwijt,' zei ik.
'Waar ben je ze verloren?'
'Ik vermoed in de reet van Marie-Antoinette van Oostenrijk, maar ik weet het niet zeker. Jezus Ronald, als ik wist op welke plek ik ze verloren was dan zou ik daar nu aan het zoeken zijn, niet?'
'Je hebt gelijk,' zei hij, 'maar ga je nog op je eigen flat binnen raken?'
'Ik veronderstel dat Steiner een loper heeft,' antwoordde ik, 'dan gebruik ik die wel even om binnen te geraken. Van daaruit red ik het wel. Mijn reservesleutel ligt in de woonkamer.'
'Meneer Steiner is hier niet,' zei Ronald die Steiner eveneens steeds met 'meneer' aanduidde. Ik kon er wel gek van worden. Steiner's kont werd meer gelikt dan de vagina van Catherine Millet, en ik had dat boek van haar gelezen en wist maar al te goed hoe uitzinnig deze stelling was.

 

feedback van andere lezers

  • Magdalena
    ocharme!
    nu sta je daar!

    EN, merk op: ik ben de eerste!

    Benieuwd hoe dat afloopt en, vermits dat snel moet aflopen vermoed ik dat het antwoord morgen al komt?

    XXXX
    Mephistopheles: Dat antwoord kan nog eventjes duren.
    Je bent inderdaad de eerste. De curryworst komt alsmaar dichter...
    Gr.
  • Mistaker
    Opnieuw zeer onderhoudend!

    Groet,
    Greta
    Mephistopheles: Opnieuw zeer bedankt!
  • tessy
    Nu dat weer dorie toch het zit je niet mee he
    Mephistopheles: Nee het zit me niet mee. Misschien had ik beter toch maar wat meer gebeden toen ik nog klein was...
  • jack
    Dat puberale zal idd wel met het nodige cynisme geweest zijn maar Miepe zei ook al zoiets, vandaar.

    Lange wandeltocht, sleutels kwijt, kortom: ellende. Goed geschreven weer.

    Kent ge Empyrium? Hun songs of Moors and Misty Fields is stemmige achtergrondmuziek bij het schrijven, ondervind ik de laatste dagen. Beetje dramatisch wel, maar dat smeert het denkmechanisme (in mijn geval toch).
    Mephistopheles: Ja, altijd maar ellende.
    Empyrium ken ik niet denk ik. Maar als het je denkmechanisme smeert dan is het een meerwaarde. Wat mijn denkmechanisme smeert wil je maar liever niet weten denk ik...
  • miepe
    Ja, vandaag en gisteren wou ik eens als laatste eindigen. Gehéél tegen mijn prinziepjes in, omdat ik vrees dat ik alles over een andere boeg moet gooien. Ik zou alles wel uit willen vertieren. Jolijt en verblijd zijn mijn strijd. Maar kan de tegenspeler wel tegen een duwtje... Ik voel me zo alléén prettig... Jij kan er hopelijk wel tegen, maar welke zekerheid is troef. Neem het me niet kwalijk als ik wat gekscheer, want ik kan er niks aan doen. Ik ben zo geboren. Kijk bijvoorbeeld :  « Doordat ze me zo opgejaagd had wakker gemaakt en daarna zo snel mogelijk de deur had uitgewerkt had ik de tijd niet gehad om het me te herinneren. » had me door al die hadden zo aan het lachen gebracht. Maar wil je dat eigenlijk wel weten?
    Dat het stukje over « het zadel » me ook bijzonder plezierde zou ik dan weer wel mogen zeggen, want het is een grappig feit dat zadels achterwerken beschadigen. Ik vind eigenlijk je stukjes altijd leuk. Dat mag gezegd. Maar ik ga voortaan misschien meer mijn feedbekje houden. Misschien niet voor jou, toch nog een tikkel te leuk om doen.
    Mephistopheles: Was me nog niet opgevallen dat er zoveel 'hadden' in zit. Ik lees mijn teksten ook geen vijf keer over, meestal snel schrijven, snel lezen en op de site zetten. Eens alles af is herschrijf ik finaal en veel zelfkritischer. Nu is het een kwestie van het er allemaal zo veel mogelijk uit te krijgen. Maar je mag gerust je spotternijen verder zetten hoor. Ik weet maar al te goed hoe sterk die drang kan zijn...
  • killea
    Fabulous!
    xx
    j
    Mephistopheles: Thanks J.
    xxxx
  • henny
    Het zit je niet mee. Kijken wat er nog meer gaat gebeuren.
    Mephistopheles: Neen, pech is een vast onderdeel van mijn bestaan
  • arwenn
    nog nooit een boek van haar gelezen, maar ik geloof je graag!
    En spelen op een klavier is niet zo eentonig als het lijkt hoor!
    up to the next...

    XX"
    Mephistopheles: Eentonig misschien niet, wel zenuwslopend (soms)
  • jan
    as usual erg genietbaar!

    grtz
    Mephistopheles: Zo lang je er maar geen indigestie van krijgt, hé?
  • koyaanisqatsi
    Al een geluk dat de sleutels niet in de reet van oelewapper gesukkeld zijn!
    Mephistopheles: Dat zou een niet zo plezant grabbel spelletje tot gevolg gehad hebben. Hoewel ik hem eerder vol laxeermiddel zou kappen om het eruit te krijgen ipv mijn arm erin te proppen
  • manono
    Blij dat ik niet de enige ben die niet graag in de auto zit, zeker niet op de snelweg en zeker niet tijdens spitsuren of op vrijdag.

    Weer zeer vlot geschreven. Dat is een constante dus ik ga dat niet meer zeggen.
    Mephistopheles: Niet mijn ding auto's. Ik ben niet van plan om ooit mijn rijbewijs te halen. Als je wat kan organiseren dan geraak je overal en altijd waar je moet zijn, gesteld dat het niet het midden van de Sahara is natuurlijk. Ook financieel, met al hun prijzenspelletjes, ik begin er niet aan
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .