writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Dolle gekruisigden (102)

door Mephistopheles

Ik geloof dat het op een woensdagnamiddag was toen ik het slechte nieuws te horen kreeg. Mijn gsm had liggen rinkelen maar omdat het tijdstip me wat te vroeg was had ik me omgedraaid en rustig mijn slaapje afgewerkt. Slapen was een van de minst gevaarlijke dingen die je kon doen, gesteld dat je geen tachtig jaar oud was natuurlijk, en ik spendeerde er wel eens wat extra uurtjes aan als ik vond dat ik het nodig had. Beren sliepen zelfs een hele winter en God deed het al eeuwen, dus waarom mocht een mens eens geen halve dag slapen? Pas een tweetal uren later, het zal tegen de vroege avond geweest zijn denk ik, ging ik rechtop in het bed zitten. Ik wreef het zand uit mijn ogen, blies al die vieze slaapbeestjes uit mijn keel en sprong vervolgens in mijn kleren. Toen nam ik mijn gsm ter hand om te kijken of die onbekende beller een boodschap achter gelaten had en dat bleek inderdaad het geval te zijn. Eens ik naar dat bericht begon te luisteren kreeg ik het te horen. Het was een mededeling van een kennis van me, een kort, bot, nogal koelbloedig verwoord bericht dat me op de hoogte bracht dat het lijk van Frank in zijn eigen braaksel teruggevonden was. Ik was nog maar net op uit bed en had eerlijk gezegd zin om er terug in te kruipen. Er was inmiddels meer dan een week voorbijgevlogen sinds ik Frank gezien had en het moet zijn dat hij kort na die laatste avond er het loodje bij neergelegd had. De boodschap was allerminst als een verassing aangekomen en ik had het zeker niet onvoorbereid ontvangen. Ik had het voor mezelf al lang uitgemaakt. Frank wilde dood, hij had gedaan wat hij kon om dat te bereiken, en nu was het zover. Zijn wens was vervuld. Hij had zijn doel bereikt. Waarom kwaad of droef zijn omdat een goede vriend gekregen had waar hij zo naar verlangde? De logica zei dat het nutteloos was om te treuren. Dat het tijdverspilling en ergens onrechtvaardig was. Toch voelde ik iets in mijn rechterborst prikken.

Een dagje later kreeg ik een tweede tegenvaller te verduren. Het moet tevens ook rond de vroege avond geweest zijn. Ik zat in de zetel, met een aspot op mijn rechterknie, en er dwarrelde vlindertjes rond in mijn woonkamer, al konden dat ook rookslierten geweest zijn omdat ik wat zitten roken had en waarschijnlijk een beetje te veel als ik eraan dacht dat ik rookslierten voor vlinders aan het houden was. John was me al vroeg op de dag een bezoekje komen brengen en het was hij die voor dat rookgerei gezorgd had, zonder mijn eigen verantwoordelijkheid uit de weg te willen lopen. Het was zijn gewoonte niet om zomaar te komen aankloppen met een goed gevuld zakje en ik vond het wel wat vreemd, maar uiteindelijk was hij toch een tijdje blijven zitten om zijn waar broederlijk te delen. Nu zaten we daar, in volledige stilte, als twee standbeelden voor ons uit te staren. Niemand zei een woord. Een nogal kille sfeer hing in de ruimte. We moeten daar zeker een half uur gezeten hebben zonder enig teken van leven. Zo er stofdeeltjes waren die op het laminaat terecht kwamen dan had je ze kunnen horen. Pas toen er na dat half uur van doods stilzwijgen plots op de deur werd geklopt viel de sluier van de realiteit terug over ons heen. Het was een luid gebons geweest, en het klonk niet alsof het Roodkapje met een mandje vol met eten was.

Ik stond recht en wierp een blik op John, die languit in de zetel lag. Hij bewoog nauwelijks en het enige wat hij eigenlijk deed was af en toe met zijn ogen knipperen, al waren er soms lange en doodse tussenpozen waarin hij als een stervend sculptuur strak voor zich uit zat te staren. Hij zag er beroerd uit. Troostelozer dan een grafsteen in het midden van een kurkdroge woestijn. Het beeld van een klok stond op zijn gezicht en het tikte en tikte en tikte en tikte zonder dat er beweging in de wijzers scheen te komen.

Ik vermande me en stapte op die deur af. Ondertussen werd er een tweede maal aangeklopt en dit soort ongeduld stemde me niet meteen vriendelijker jegens wie het ook was die aan mijn deur stond te bonken. Toen ik ze geopend had, stond ik oog in oog met mijn benedenbuur Ronald, het zangvogeltje dat zong in naam van de afwezige Steiner, over wie het gerucht circuleerde dat hij weldra zou terugkeren. Ik had dus al een vermoedden waar dit gesprek heen zou gaan.

'Blij dat je thuis bent,' zei Ronald, zijn stem scherp en klankrijk, 'ik was daarstraks ook al geweest maar toen deed je niet open.'
'Ik sliep nog.'
'Ik bedoel in de namiddag,' verduidelijkte hij, 'rond een uur of twee, maar toen was je er waarschijnlijk niet.'
'Toch wel, maar toen sliep ik ook nog.'
'Juist ja,' weerklonk zijn nerveuze reactie, 'en je had me dus echt niet gehoord daarstraks toen ik op je deur klopte?'
'Niet echt.'
'Om twee uur in de namiddag?' vroeg hij ongelovig.

Ik knikte van nee en toen viel hij stil. Hij moest eventjes nadenken plots. Ronald was het ijverige type, het soort dat werkte en werkte en werkte en waarschijnlijk met zijn blote handen een piramide gebouwd zou hebben als iemand het hem gevraagd had. Hij stond vaak, s' ochtends vroeg om zeven uur al de gevallen boombladeren van het trottoir te harken, zijn auto te wassen, de stoep voor zijn deur te vegen, de ramen te kuisen, enzovoort. Hij was altijd wel in de weer met iets en ik vermoedde dat hij opgevoed was door een dominante moeder wiens juk hij niet van zich af kon schudden. Ik weet niet wat de oude taart er mee aangevangen had, maar ze had die jongen aardig de stuipen op het lijf gejaagd had ik de indruk. Iemand als ik, die schaamteloos tot in de namiddag sliep, moet wel de verpersoonlijking van de antichrist geweest zijn in zijn ogen. We waren niet bestemd om mekaars beste vrienden te worden, Ronald en ik, het zat er nu eenmaal niet in. Niet in deze wereld, niet in deze tijd, nooit. Hij was water, en ik was zwavelzuur. Het was een combinatie waar niets goeds van terecht kwam.

 

feedback van andere lezers

  • miepe
    SLIK

    ô wat kan ik dingen toch goed niet-zien-aankomen...

    was niet in het "leuk" genre, maar doch wel in dat van het vast-en-zekere

    uitst.... en co
    Mephistopheles: niet te hard slikken, zie dat ge u verslikt, het zou een triestig einde aan het begin van een nieuw jaar zijn hé?
  • jack
    Aangezien Miepe het dit keer bergeten is, zal ik eens de irritante foutjes-feedback verzorgen:

    als een verassing (=verbranding) aangekomen >> veRRassing

    er dwarreldeN vlindertjes

    ik had een vermoeDDen

    Toen ik Miepe's feedback las (ja, ik beken, ik lees vaak eerst de fb van mijn voorgangers alvorens zelf te beginnen lezen) en vervolgens je eerste paragraaf met het sterfgeval, dacht ik eventjes dat dit misschien het laatste stuk zou zijn, wat een beetje een paniekaanval veroorzaakte want wat valt hier nog te lezen dan, in de toekomst :-) Maar oef, het was vals alarm...
    Mephistopheles: Een paniekaanval moet je zeker nog niet krijgen, behalve als het op mijn gevoel voor spelling aankomt misschien, maar ik ga nog even door, al is het einde in zicht, zal niet lang meer duren. heb zin in iets anders, ik begin mezelf te veel te herhalen
  • Mistaker
    Dat was weer een gers 'leesavontuur' zoals mijn voormalige leraar Nederlands (een gefrustreerd type met een houten poot) dat noemde.

    Ik knikte van nee: ik schudde van nee
    s' ochtends: 's ochtends

    Groet,
    Greta
    Mephistopheles: ik heb altijd vrouwelijke leerkrachten Nederlands gehad, wel zonder houten poot maar geen schoonheden. Eentje daarvan is een jaar of zes geleden nog op het nieuws geweest. Neergestoken door een leerling van haar. Ik ken hem wel niet, was toen al weg uit die school
  • jan
    het leven zoals het is, knap en graag gelezen weer!

    grtzzz

    Mephistopheles: het is wat het is..
  • koyaanisqatsi
    Ja, ze zit ondertussen al behoorlijk wat herhaling in het verhaal. Maar hey, that's also part of life.
    Hoedanook, laat het einde maar (liefst langzaam) komen...
    Mephistopheles: ga als het af is, wat geen maand meer gaat duren denk ik, toch heel wat moeten schrappen. Ik ga blij zijn als ik dat ellendige verhaal eindelijk volledig af heb. Begint me een beetje te lang te duren. Ik voel me een beetje zoals jack Nicholson in de Shining, all work and no play makes Mephisto a dull boy
  • henny
    Ronald doet me aan mijn buurman denken. "We moeten de buurt wel netjes houden he," is zijn stopzin.
    Mephistopheles: beter zo'n buur die alles laat rondslingeren en geurtjes heeft
  • manono
    Frank rust in vrede... zo komt het over.
    Mephistopheles: ja zo is het ook wel
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .