writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Schrijversbloed kruipt .3

door RudolfPaul

Er lag nog een klein stapeltje brieven voor hem op het bureau van de uitgever - de enige plaats waar men hem schriftelijk kon bereiken. Vier echte brieven waren het en een uitnodiging. Van een van de brieven herkende hij het handschrift; het was van Dini, de arts die hem geholpen had met z'n ziekenhuisverhaal en met z'n eigen medisch probleempje. Hij had zo goed met haar kunnen praten. Dat ze hem nu een brief stuurde betekende dat zij ook een poging deed het contact in stand te houden. Haar brief zou hij voor het laatst bewaren; daar moest hij even voor gaan zitten nadat de business matters met de uitgever afgehandeld waren.
De eerste brief was van een oude vrouw, in bibberig bejaardenhandschrift, die haar ongenoegen kenbaar wenste te maken over z'n godslasterlijk pornoverhaal Het Evangelie van O. Lekker Lekker. Ze verzekerde hem dat God hem wis en waarachtig zou straffen. Had hij dan niet het verhaal over die drie jongens uit het dorp gelezen? Ze veronderstelde van niet want het was al heel oud, van voor de oorlog, en nog in de oude spelling. In dat verhaal was het slecht afgelopen met godslasteraars. Een ervan was door de bliksem getroffen.
De brief verfrommelde hij tot een propje dat hij in de prullenbak deponeerde. Lief bedoeld van dat oudje natuurlijk. Hij zag zo'n soort Rost van Tonningen-weduwe voor zich, een uitstervend soort keurige christen-fascisten, overgebleven uit nare vervlogen tijden, dat nu in een verzorgingstehuis samen met bejaarde ex-moffenhoeren zat weg te rotten.
De tweede brief bevatte een scheldkanonnade. Iemand uit het christelijk poliogebied van Nederland, een christengriezel uit Gorkum, schreef hem dat hij hem laag-bij-de-gronds, plat, grof, cynisch en pessimistisch vond. Kortom, niets nieuws. Van de brief van deze gereformeerde gifkikker maakte hij ook een propje dat hij met een sierlijke boog in de prullenmand gooide.
De derde brief bestond uit onbegrijpelijk gewauwel. Een bewonderaar - een man of een vrouw, dat was onduidelijk - leuterde er lustig op los. Over het schrijverschap ging het. Begrijpen deed hij het niet, hij deed er ook z'n best niet voor; hij zou de brief opnieuw moeten lezen en daar had hij geen zin in. Prullenbak. Er waren deze keer geen anonieme brieven bij.
De uitnodiging kwam van de universiteit. Of hij voor de letterenfaculteit een lezing zou willen houden, een van z'n verhalen voorlezen en vragen van studenten beantwoorden? Ja, welke andere schrijver van verhalend proza hadden ze hier nog voor kunnen vragen? De grote meesters en plaatselijke beroemdheden waren er niet meer. Belcampo dood, Hermans vertrokken naar betere oorden, Krol niet beschikbaar; zoveel anderen waren er niet. Dan hij maar, hoewel hij niet in hun schaduw kon staan. Hij behoorde tot de mindere goden.`Scraping the bottom of the barrel,' zou je kunnen zeggen.
Z'n eerste gedachte was de uitnodiging ook in de prullenbak te doen belanden, maar hij besloot er nog even over na te denken. Gewoonlijk accepteerde hij geen uitnodigingen om waar dan ook te verschijnen. Interviews, voorleessessies in literaire cafés, het beantwoorden van vragen van scholieren en dergelijke dingen had hij altijd geweigerd. Van boeken signeren had hij ook niets willen weten toen z'n uitgever hem dat eens voorstelde. Wat andere schrijvers al over zulke pr-activiteiten hadden geschreven had hem er alleen maar op tegen gemaakt. Remco Campert in De kampioen, Adri v.d. Heijden in Dichters slaags, Komrij en Maarten 't Hart in Geneugten van de Roem, en Bob den Uyl in Schrijvers worden misbruikt. Het kwam steeds op hetzelfde neer: als de schrijver eenmaal van achter de schrijftafel vandaan kwam en zich met buitenliteraire bezigheden inliet, was hij de lul; hij kwam dan niet gauw meer tot echt schrijfwerk. Ze hadden hem gewaarschuwd. Waarom zou hij aan die literaire poppenkast meedoen? Voor de publiciteit? Publiciteit kon hem gestolen worden. Het was genoeg dat hij al wereldberoemd was in de straat waar hij woonde, en zelfs hier en daar in de wijk. Bij het hulppostkantoortje om de hoek bijvoorbeeld, en bij de visboer. Daar kreeg hij na het uitkomen van z'n boek de VIP-treatment. Mensen lieten hem voorgaan zodat hij snel naar huis kon om verder te schrijven.
Maar een uitnodiging om op z'n oude universiteit, waar hij een blauwe maandag gestudeerd had, studenten toe te spreken, dat was wat anders. Zo'n verzoek kon hij toch niet zo maar naast zich neerleggen. Er werd hem een kans geboden om wat terug te doen voor wat hem destijds was aangedaan. Ook kon hij pleiten voor de invoering op de universiteit van een creative writing cursus zoals ze die hadden op Amerikaanse universiteiten. Zo waren al tientallen jaren goede schrijvers gekweekt: Scott Fitzgerald, John Gardner, John Updike, Raymond Carver... Nederlandse letterenfaculteiten leverden daarentegen voornamelijk steriele wetenschappelijke droogneukers af - geen creatieve mensen. Dat lag waarschijnlijk aan het universitaire klimaat: mensen met een boekhouders- of ambtenarenmentaliteit vormden er de meerderheid, die hadden het daar voor het zeggen. Gladjanussen, intriganten, met ellebogen werkende baantjesjagers en carrièremakers. God, wat had hij een hekel aan zulke mensen. Bijna net zo veel als aan het soort dat het parasitaire beroep van notaris uitoefende.
Werkelijk creatieve geesten vond je weinig op de universiteiten. Kellendonk was dood, Hermans was er weggepest, en Andreas Burnier had gemaakt dat ze wegkwam voordat het creatieve vuur in haar kloten geheel gedoofd was. Want dat gebeurde op de universiteit, ook als je er slechts als student was. Je scrotum verschrompelde van ellende als je steeds die gortdroge brij van tentamineerbare feitjes en weetjes voorgeschoteld kreeg waar nog minder voedingswaarde in zat dan in de uitgedroogde grijze hondekeutels die kinderen voor z'n raam soms als straatkrijt gebruikten om er poppetjes mee te tekenen op het plaveisel.
Hij besloot bij wijze van uitdaging de uitnodiging te aanvaarden. Vanuit de uitgeverij belde hij de desbetreffende docente - de telefoon thuis was afgesloten. De vrouwenstem aan de andere kant van de lijn klonk verrast en blij. Ze verzocht hem een verhaal uit te kiezen waar niet al te veel Groningse uitdrukkingen in voorkwamen, aangezien er ook enkele Engelstalige studenten van de vakgroep vergelijkende literatuurwetenschap aanwezig zouden zijn, die al moeite genoeg hadden met het Nederlands.

 

feedback van andere lezers

  • Dora
    Heerlijk is dit weer. Ik geniet hoor. Goed doorbouwd ook em je slaat niet twee maar wel tien vliegen in een klap.
    zoals hij wat terug doet voor wat hem destijds was aangedaan. Haha
    Ben benieuwd naar de laatste brief...
    RudolfPaul: De laatste brief, die van Dini... die komt morgen aan de orde, nog even geduld.
    Ik zie zojuist dat ik 'brei' had geschreven terwijl het 'brij' moet zijn.
    Zal proberen het te veranderen.
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .