< terug
Vervallen kerk
Niets is ooit een laatste keer. Ze pitste een duivelshaartje weg terwijl ze met haar ogen vertelde over onzekerheden. Ik kon ook de waarheid niet weten en vertelde iets over ouderdom. We gingen in een vervallen kerk waar iemand zich nog de communiebank herinnerde, geknield naast drie verbruinde bloedvlekken op het arduinen plaveisel. Voor de eerste keer zag ze het interieur van een klokkentoren. We liepen over de gewelven en op de wenteltrap vroeg ik om de spinnenwebben te laten
en niets aan te raken.
Het heeft iets devoties, een dergelijk verkommerde kerk vol met duiven. Hun gekir reikt tot in de gewelven. Hier hoor je het geluid van een zangerige vlucht. Een plaats van broeden en sterven. De karkassen liggen in eigen mest op wat overblijft van de marmeren vloer. Aan de onderste ornamenten van de zuilen kan je zien dat er nog een dieper gelegen middeleeuwse vloer moet zijn.
Ik ben vanmorgen door de mist hier naartoe gefietst. Het breekt de chaos in mijn kop. Deze plaats is zoals een reis, een droom. Op het middaguur heb ik vislever gekocht. Het smaakt zacht naar de zee. Nu ga ik voor een stoffig altaar bidden. Niet omdat het Pasen is, maar zomaar omdat ik er zin in heb. Kniel voor dit vervallen altaar en bid in het duivengekir. Mijn gebed is tot mezelf gericht. Ik smeek dat ik mijn leven zal beteren, meer geven dan nemen....nog een laatste blik, de heiligen lijken tot leven te komen. Ik vertrek en buiten schijnt de zon, leeft het leven. Mensen lopen hand in hand.
's Anderendaags heb ik de inkompoort in het portaal ontgrendeld en open laten staan. Ik klom met een zaklamp naar de klokkentoren. Terug beneden zag ik het silhouet van een vrouw in de deuropening met haar rug naar mij gekeerd. Ze staart naar buiten in het stadsgebeuren. Ze wacht op iemand.
Ik bleef op tien voetstappen staan om haar postuur in me op te nemen. Onbeweeglijk stond ze daar als een schaduw zonder uitgerekte contouren.
Ik dacht nog: ik mag haar niet laten schrikken door geruisloos uit het donker dicht bij haar te komen, tot ze zich plots omdraaide en haar handen in een kreet van verschrikking rond haar borsten sloeg.
Sorry, ik wou je niet laten schrikken.
Geeft niet. Ben jij van hier?
Ja, overdag behoor ik aan de stad. De merels beginnen te fluiten, de winter is zo voorbij. Zullen we dansen?
Net op tijd flapte ik die gedachte er niet uit en zei: had jij mij vorige week gebeld?
Neen, dat was mijn collega. Die komt zo.
Wat gaan jullie hier precies doen?
We maken een inventaris van wat hierbinnen overgebleven is na al die jaren.
Hoewel ze perfect Nederlands spreekt verraadt haar accent dat ze Franstalig is. Haar spraak klinkt aristocratisch. Ze moet zo rond de veertig zijn. Ik vermoed dat ze een leidende functie heeft. Niet dat ze daarover iets zei, maar dat zie je meteen aan de blik, de manier van voortbewegen, die vriendelijke gedistancieerdheid en gebrek aan tijd die leiders zo herkenbaar maakt. Er verschijnt een glimlach in haar ogen. Ik heb het koud, zegt ze.
Aan het andere eind van de kruisbeuk had ik de deur ook open gelaten. Dat maakte tocht. Ik zal die deur sluiten.
Ik kan hier niet blijven, zeg ik terwijl ik haar mijn telefoonnummer geef. Bel me als jullie gedaan hebben. Dan kom ik nog even langs.
Ik had nog graag gebleven en haar rondgeleid in deze immense ruimten. Ik wou haar de plaatsen tonen waar het licht een voortdurende strijd aangaat met het duister, waar verlaten stoffige spinnenwebben al jaren in tochtkieren bewegen, het mysterie van leegstand ophelderen maar daarvoor zou ze een toverspreuk moeten doen die mij van kikker in een prins veranderde. Dat deed ze niet.
Ze belde me net voor het middaguur. Ik kwam later. We hebben mekaar niet meer gezien.
Dagenlang heeft de stem in gedachten geklonken, is de onuitgerekte schaduw op het netvlies gebleven, zijn de ogen nog altijd niet verdwenen, is alles opgeborgen als een pakje sneeuw in een bevroren landschap tot alles smelt.
Nothing fails....ik heb nog niet alles verteld... eerst een schaduw oprapen...
feedback van andere lezers- Aramis
boeiend en vlot geschreven. Chapeau ! - Hoeselaar
Als de rook om m'n hoofd is verdwenen zie ik mijn zelfkennis weer opduiken
Willy warket: Zelfkennis is ook als je in de spiegel kijkt wanneer je je tanden poets. - martine
sterk
warket: dankje martine - julien_maleur
gevoelig onderwerp. Goed geschreven en vlot om lezen
mvgr JM warket: dankjewel jm - GoNo2
Graag gelezen! warket: dankjewel - ivo
dit is zeer mooi geschreven, aangenaam om bij de koffie twakker te worden, ik ben nog maar net op warket: Goedemorgen ivo. - Dora
Ja jij kunt er wat van en ik denk wel eens: in zelfkennis breekt men iedere schaduw open, maar niet iedereen vindt er de woorden voor zoals jij. Prachtig. Ik blijf erbij.. warket: in zelfkennis breekt men iedere schaduw open...mooie uitdrukking voor iets veelbetekenend - Wee
Ik heb een plekje, ergens aan het water,
waar de chaos in mijn kop mag breken.
Mooi stukje weer, met een prachtige eindzin,
die belooft ... warket: ik heb ook zo mijn plekjes (meestal onderweg)
|