writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

het sekslabyrint 12: Paranoia

door hannelore

PARANOIA

Na mijn tweejarige bijscholing in Frankrijk keerde ik tenslotte terug naar België om studies aan de hogeschool aan te vatten. Dit betekende een grote ommezwaai in mijn leven die mijn relatie maar met de grootste moeite doorstond. Nog gedurende één jaar lukte het ons de grote afstand te overbruggen alvorens ze op de desastreuze kaap van drie jaar uiteindelijk toch op de klippen liep.
Hoe wezenlijk verschillend was de volgende man in mijn leven. Die zomervakantie werkte ik als jobstudent in een restaurant. In de plaatselijke discotheek waar ik 's Avonds na het werk met een vriendin naartoe ging, ontmoette ik hem. Hij had hij zijn oog op mij laten vallen, mijn interesse voor hem was daarentegen eerder onbestaande. Mijn vriendin leek echter goed te kunnen opschieten met zijn vriend en dus bleven we verder afspreken. Zijn aandacht leek gekunsteld en onecht alsof hij zich anders voordeed dan hij in werkelijkheid was. Het gaf me een onprettig, verstikkend gevoel. Op een zeer subtiele en slinkse wijze slaagde hij er uiteindelijk toch in mij voor zich te winnen. Hij liet me bloemen bezorgen in het restaurant waar ik werkte, nodigde me uit voor een romantisch etentje en profileerde zich als 'el empatico' wanneer hij mijn bezorgdheid opmerkte. Ik liet me omkopen.
De zomer liep stilaan op zijn einde. Weldra zou ik terugkeren naar mijn kot voor de start van een nieuw academiejaar. Mijn vriend zat in zak en as. Hij had net bericht gekregen dat hij zijn job en mede daardoor ook zijn appartement verloren was. Hoewel we elkaar nog maar enkele weken kenden en mijn intuïtie me het tegendeel influisterde, stelde ik hem toch voor mee te gaan met mij en bij mij in te trekken tot hij terug een beetje op zijn pootjes zou zijn. Het scenario dat ik hierbij voor ogen had, behelsde in chronologische volgorde; werk zoeken, geld aan de kant zetten en een eigen stek vinden. Dingen die in zijn ogen klaarblijkelijk geen al te grote prioriteit hadden.
We waren amper drie maanden samen -hij had in tussentijd nog steeds geen werk gevonden- toen ik in het kader van mijn studies enkele weken op stage naar Frankrijk vertrok. Vooraleer op de trein richting Parijs te stappen, kocht ik hem met mijn laatste geld een paar nieuwe schoenen. Zijn oude vertoonden grote gaten in de zolen, die hij door dikke stukken karton erin te steken enigszins waterdicht trachtte te maken. Met de winter voor de deur kon ik het echt niet over mijn hart krijgen hem zo achter te laten. Het voelde zo al erg genoeg aan dat we mekaar in de komende zes weken slechts om de veertien dagen één weekendje zouden zien. Hoe zwaar het mij ook viel van hem verwijderd te zijn, zo luchtig ging hij erover. Wanneer ik na afloop van mijn stage thuiskwam, bekende hij me doodleuk dat hij zichzelf in tussentijd getrakteerd had op een nachtje hotel met bijhorende prostitué. "Ik ben toch ook maar een man, hé", luidde zijn excuus. "Zo'n lange periode zonder seks, dat lukt mij niet hoor. Ik kon mijn oren haast niet geloven. Twee miserabele weken waren te lang voor hem?! Blut genoeg om te profiteren van mijn goedheid maar net niet blut genoeg om zich te voorzien in seksuele uitspattingen! Maar ook deze anekdote dekte ik al snel weer toe met de mantel der liefde.
En ook de waarschuwing van zijn oudste broer kort erna verkoos ik in de wind te slaan. "Ga weg nu je nog kan. Hij deugt niet en zal je alleen maar kwetsen", waarschuwde hij me. Hoe durfde hij zo over zijn eigen broer te praten achter diens rug?! Nog steeds wou ik zijn ware aard niet onder ogen zijn. Amper enkele maanden later mocht ik tot mijn grote scha en schande aan de lijve ondervinden welk hoog waarheidsgehalte zijn broers woorden bevatte. De vriendelijke, attente jongeman van weleer veranderde geleidelijk in een eigenwijs en tiranniek ventje dat totaal geen rekening hield met de gevoelens van anderen. Voor de tweede maal in slechts enkele jaren tijd onderging ik een ware shocktherapie. De eerdere romanticus leek nu haast bezeten door seks. Regelmatig sleurde hij me mee naar allerlei louche winkeltjes in de rosse buurt op zoek naar de nieuwste snufjes. Zijn obscene, lustopwekkende lectuur liet hij ongegeneerd doorheen het hele appartement rondslingeren. Op een dag kwam ik eerder dan gepland thuis van school en trof hem aan in mijn lingerie. "Waarom draag je mijn ondergoed? Wat is hier de bedoeling van", stamelde ik onthutst. Dit tafereel, dat ik hier voor me zag, wist ik helemaal niet te plaatsen. Verward zette ik me snikkend neer op de rand van het bed, mijn handen voor mijn gezicht. "Ik wou er alleen maar sexy uitzien voor je", deelde hij me ongegeneerd mee. "Vind je me er niet mooi uit zien?" " Nee, dit vind ik helemaal niet mooi. Het is ziekelijk!" Toen ik hem trachtte duidelijk te maken dat hij er zo in mijn ogen zeker niet aantrekkelijk uitzag, geraakte hij buiten zichzelf van woede. "Het is ook nooit goed genoeg voor jou!" Hij nam me stevig beet bij de schouders en schudde me hardhandig dooreen. "Ach, laat ook maar! Ik heb al geen zin meer om met je te vrijen", beet hij me ruw toe terwijl hij me op het bed neerkwakte. Met een forse klap sloeg mijn hoofd tegen de muur aan. Zo ging het telkens onze vrijfrequentie niet aan zijn normen voldeed, dan liet hij me dit onverwijld en op ongezouten wijze blijken. Op een ochtend was ik uitgebreid aan het genieten van een relax, warm bad toen hij wild zwaaiend met de strip van mijn anticonceptiepil in de hand binnenkwam. "Je bent al weer bijna aan het einde van je pil! En hoeveel keer hebben we intussen al gevreeën?" Woedend gooide hij de strip naar mijn hoofd. Met grote stappen beende hij het appartement uit me wezenloos achterlatend in de badkamer. Stilaan begon ik mijn ogen te openen. Het duurde niet al te lang meer of ik walgde van hem. Gevoelens die hem duidelijk niet onopgemerkt bleven. "Het lijkt wel alsof je vies bent van mij", sneerde hij. "Je kan alleen maar met me vrijen als je iets gedronken hebt." Zo was het ook inderdaad. Ik kon onmogelijk aan zijn seksuele verlangens tegemoet te komen zonder me eerst een stevige portie moed in te drinken.
Een strategie die ik de eerste jaren van mijn huwelijk ook toepaste om me zonder kleerscheuren door de 'obligate' vrijpartijen te worstelen. Naarmate mijn therapie vorderde, kwam ik stilaan tot het besef dat dit écht niet de juiste manier was. Het mocht dan misschien niet de juiste manier zijn, het was wel de enige manier voor mij om mijn gevoelens, herinneringen en emoties even buiten spel te zetten, hetgeen me dan achteraf letterlijk en figuurlijk een kater van formaat bezorgde. Een emotieloze vrijpartij geeft me een goedkoop en slecht gevoel. Maar gezien de prille seksuele ervaringen met mijn neef paste voorspel niet echt in mijn seksueel plaatje. Ik verdroeg die kleine eenvoudige, liefkozende handelingen, behorend tot de aanloop naar de werkelijke daad, simpelweg niet. Onmiddellijk overgaan tot de actie was voor mij de enige manier om lichamelijk contact mogelijk te maken. Het logisch gevolg ervan resulteerde in een smerige nasmaak en een extreem laag zelfbeeld.
Er bestond dan ook geen twijfel over dat deze relatie geen al te lang leven beschoren was. Hoe langer we samen waren des te minder slaagde hij erin zijn ware aard te verbergen. Langzaamaan trachtte hij me naar zijn ideaalbeeld te boetseren; een pin-up meisje. Regelmatig uitte hij zijn ongenoegen over het feit dat ik nooit voor hem 'klaar lag' als hij thuiskwam van zijn werk. Daarmee bedoelde hij dan uitdagende lingerie, naaldhakken, kousen, hoerige maquillage, … alles erop en eraan. Mijn walging voor hem werd almaar sterker aangewakkerd. Daarbovenop gaf hij me ook nog eens ontelbare redenen tot wantrouwen. Vaak kwam hij veel te laat thuis waarna hij zich uitvoerig excuseerde bij me door allerhande ongeloofwaardige cowboyverhalen op te hangen. Of hij probeerde me jaloers te maken door te vertellen over beeldschone vrouwen, die hem op de trein spontaan hun telefoonnummer hadden gegeven met het smachtende verzoek; "Bel mij"! Soms kwam hij 's nachts ook gewoon helemaal niet thuis.
Zo ook die allerlaatste keer, de spreekwoordelijke druppel die de emmer deed overlopen. Het was in volle examentijd. De ganse nacht had ik nog niets van hem gehoord. Ik had praktisch geen oog dichtgedaan en ook studeren leek me niet bijster goed af te gaan. Bij het aanbreken van de dageraad was ik een compleet wrak, emotioneel op van de zenuwen. Nog steeds had ik geen nieuws van hem. Even later, bij het verlaten van ons appartement liep ik hem op de trap tegen het lijf. Furieus was ik. "Wel, waar heb je uitgehangen de hele nacht?" Met een misselijkmakende grijns op het gezicht verklaarde hij pedant; "Ik heb moeten overwerken. Toen ik gedaan had, reden er al geen trams meer. Een vriendin van op mijn werk heeft me voorgesteld om dan maar bij haar te overnachten." "Je had misschien even kunnen bellen om te verwittigen", merkte ik chagrijnig op. "Ik heb van de hele nacht geen oog dichtgedaan en me concentreren op mijn cursus lukte ook van geen kanten." "Tja, ik heb er nog aan gedacht hoor, maar ik heb het uiteindelijk niet gedaan omdat ik bang was om je wakker te maken." Onnozele hals! Alsof dat veel verschil zou uitgemaakt hebben! Nukkig stapte ik de deur uit. Ik had geen tijd om hier verder over te palaveren. Als ik mijn bus niet wou missen, moest ik nu snel voortmaken. Een eindje verder in de straat werd de spanning van de afgelopen nacht me overduidelijk te veel. Kokhalzend stond ik aan het bushokje te wachten tot mijn bus kwam. Ik voelde me almaar misselijker worden. Dit examen zou compleet de mist ingaan, daar was ik ten stelligste van overtuigd. Desondanks behaalde ik er toch quasi het maximum van de punten voor, mijn beste resultaat ooit. Bij de proclamatie toonde mijn vriend eindelijk zijn ware kleuren toen hij smalend opperde; "Ik was beter bij al je examens 's nachts weggebleven. Dan zou je nu waarschijnlijk grootste onderscheiding behaald hebben." Dit sloeg werkelijk alles! Meer was er echt niet meer nodig om mijn ogen helemaal te laten opengaan. Stilaan begon ik hem te zien voor wat hij werkelijk was; een egoïstisch, zelfingenomen monster. De eerdere waarschuwing van zijn broer echode pijnlijk in mijn oren. Eindelijk drong tot me door waarvoor hij me had willen behoeden. Mijn besluit stond vast. Ik zou een einde maken aan onze relatie. Met zo iemand wou ik niet verder door het leven gaan.
Definitief komaf met hem maken, bleek echter niet zo simpel te zijn als ik had gedacht. De belofte, die hij me eerder gemaakt had en die mijn ego toen ongelooflijk gevleid had, maakte hij nu waar. Aan het begin van onze relatie vertelde hij me over de breuk met zijn vorige vriendin. Het had hem zoveel verdriet gedaan en slechts met de grootste moeite had hij zich van haar kunnen losmaken. Lange tijd nadat ze reeds uit mekaar waren of beter gezegd tot het moment dat ik in zijn leven kwam, had hij haar gestalkt. "De dag je bij me wil weggaan, zal ik je zeker niet zonder slag of stoot laten gaan", verzekerde hij me. En inderdaad, het kostte me bloed, zweet en tranen om me van deze parasiet te kunnen bevrijden. Een parasiet was hij inderdaad, in de letterlijke zin van het woord. Ik verleende hem onderdak toen hij uit zijn appartement werd gezet. En wat deed hij? Met zijn laatste geld nodigde hij een ander meisje uit voor een etentje. Met mijn studiebeurs voorzag ik in ons beider levensonderhoud toen hij werkloos was, maar zijn grote ego hem ervan weerhield bijstand te vragen. Wat deed hij met zijn allereerste uitbetaling? Hij schafte zich een nieuwe kleerkast aan en bestelde een meisje van plezier. Het is een harde en dure les voor me geweest, zowel op financieel als moreel vlak.
Toen ik hem meedeelde dat ik onze relatie wou verbreken, trok hij alle registers open. Smeken, roepen, tieren, dreigen… Het hielp allemaal geen sikkepit. Ik bleef voet bij stuk houden. "Pak dan maar je boeltje en vertrek", bulderde hij met een verwilderde blik in de ogen. Zo had ik hem nog nooit gezien. Snel grabbelde ik het hoogstnodige bijeen en trok ik de deur achter me toe. De rest van mijn spulletjes zou ik wel een andere keer komen ophalen wanneer hij een beetje afgekoeld zou zijn. Maar telkens ik hem belde om een dag af te spreken paste het niet in zijn planning. Wanneer ik uiteindelijk na lang aandringen eindelijk alles mocht gaan ophalen, stond het al klaar op de overloop. Kookpannen, servies, glazen, bestek… alles tezamen gesmeten in vuilniszakken. Veel bleef er niet meer heel van de spulletjes die ik gedurende de jaren moeizaam bijeen gesprokkeld had. Ik had sterke vermoedens dat wat voor me op de overloop stond niet mijn gehele inboedel was. Hem kennende zou hij zeker nog een aantal zaken van mij proberen achter te houden. In de tijd dat we samen waren had ik hem door en door leren kennen. Ik wist dus goed genoeg waar hij voor stond. Ik vertrouwde hem voor geen haar. "Mag ik nog even binnenkomen om te checken of er niets meer achtergebleven is", verzocht ik hem droogjes. "Nee, jij hebt hier niets meer te zoeken." Resoluut ketste hij mijn verzoek af. Als hij ook maar één moment dacht dat ik het hierbij zou laten, dan vergiste hij zich wel zeer schromelijk. Toen hij met zijn rug naar mij met mijn vader stond te praten, greep ik mijn kans en glipte ik naar binnen. En ja hoor, mijn wantrouwen was gegrond. Hij hield nog van alles achter. Veel tijd om te triomferen kreeg ik echter niet. Het duurde niet al te lang of hij bemerkte dat ik mezelf de toegang verschaft had tot zijn appartement. "Je hebt hier wel nog enkele van mijn spulletjes. Ik zou ze graag terug hebben", repliceerde ik verdedigend toen hij me beval onmiddellijk naar buiten te gaan. Dit antwoord zinde hem duidelijk totaal niet. Helemaal buiten zichzelf van woede zette hij me niet bepaald onruw aan de deur. Ik trilde op mijn benen van verontwaardiging en angst maar was vastberaden het hem vooral niet te laten merken. Smalend smeet ik hem een handkusje toe, waarna ik gemaakt onaangedaan de trap afliep. Vanbinnen werd ik echter verteerd door angst, onrust, wrok en frustraties; een mix aan gevoelens die ik vergaard had in dat ene jaar van ons samenzijn. Ik kon niet snel genoeg hiervandaan geraken, weg van hem.
In de auto trachtte ik van de doorstane emoties te bekomen en probeerde ik mezelf door mijn ademhaling te controleren opnieuw tot rust te brengen. Thuis aangekomen begonnen we met alles uit de auto te laden toen hij plots vanuit het niets achter me opdook. Hier, op eigen terrein waar ik me in veiligheid waande, bevond ik me geheel onverwachts opnieuw oog in oog met de hoofdpersonage uit mijn allerlaatste nachtmerrie. Hij bezorgde me de schrik van mijn leven. "Geef mij maar alle geschenken terug die ik je ooit gegeven heb", brieste hij met dreigende ondertoon. "Waarom? Gegeven is gegeven. Wat kan jij doen met een handtas, mantelpakjes en vrouwenschoenen? Aan je nieuwe vriendin geven of wil je er zelf mee gaan paraderen op Place de Brouckère misschien? Trouwens ik geef je jouw cadeaus terug als jij me de rest van al mijn spulletjes teruggeeft". Ondertussen was mijn vader op het tumult afgekomen en even snel als de Freddy Krüger uit mijn Elm Street gekomen was, droop hij onverrichter zake ook weer af. Echter niet zonder me in het voorbijgaan met opeengeklemde kaken te bezweren dat hij het hier zeker niet bij zou laten.
Dit scenario zou de perfecte voedingsbodem vormen voor de achtervolgingswaanzin, die me jaren na datum nog in zijn greep hield. Op de meest onmogelijke plaatsen of tijdstippen meende ik hem te herkennen. In paniek verzocht ik een bevriende rijkswachter zijn verblijfplaats even te checken. Bleek hij ver genoeg uit mijn buurt te vertoeven dan kon ik weer opgelucht ademhalen tot mijn volgende waanvoorstelling. Zo niet… Ongeacht het feit dat deze hallucinaties mettertijd grotendeels in rook opgingen, bleef ik toch erg op mijn hoede. Elke avond voor het slapengaan controleerde ik of de voordeur wel in dubbel slot gedraaid was. Wanneer ik 's avonds laat van mijn werk thuiskwam, hield ik de auto draaiende tot de garagepoort zich volledig achter me gesloten had. Onverwachte geluiden of plots opduikende personen jaagden me nog steeds de stuipen op het lijf. Kwaaltjes die een groot stuk van mijn leven gedomineerd hebben. Mijn vertrouwen was te vaak beschaamd geweest opdat ik dit zonder meer achter me kon laten.
Zijn allerlaatste wanhoopspoging om zijn geschenken te recupereren, bestond eruit me te chanteren met de cheque van mijn studiebeurs, die ondanks de tijdige adreswijziging toch nog op mijn vorige adres was aangekomen. Op een zaterdagmiddag belde mijn ex-vriend me op om een dringende zaak te bespreken. "Ik heb de cheque van je studiebeurs in de bus gekregen", meldde hij me met zeemzoete stem. Blij verrast met zijn plotse ommezwaai antwoordde ik hem joviaal; "Oh, fijn dat je me daarvan verwittigt. Kun je hem doorsturen?" "Ja, op één voorwaarde. Je weet waarschijnlijk maar al te goed wat daar tegenover staat, nietwaar?" Vol zelfvertrouwen stelde hij me voor de keuze; zijn geschenken in ruil voor mijn cheque. Ik was ten einde raad. Zo zou ik immers nooit mijn zuur verdiende spulletjes kunnen recupereren. Mijn moeder bemerkte de radeloze blik in mijn ogen en nam de telefoon van me over. "Als je niet maakt dat je die cheque binnen de kortste keren aan mijn dochter bezorgd, zal ik aangifte doen bij de politie, verzekerde zij hem met vastberaden stem. "Je beseft toch dat schending van het briefgeheim een strafbaar feit is en dat jij je er wel schuldig aan hebt gemaakt door Hannes brief te openen?" Een voltreffer van formaat. Zonder te weten, raakte ze hem op zijn zwakste plek; justitie. In het verleden was hij al eens veroordeeld geweest en had hij een voorwaardelijke straf gekregen, die bij een volgende veroordeling omgezet zou worden in een effectieve. Een nieuwe aanvaring met vrouwe Justitia kon hij dus echt wel missen als de pest.
Aangezien hij me nu niet meer rechtstreeks kon benaderen, zocht hij naarstig naar andere, subtielere kanalen om me te pesten. Regelmatig sprong hij even binnen bij vrienden van me om een gezellig babbeltje te slaan met hen. "Jullie zijn toch ook mijn vrienden", verklaarde hij op pedante toon wanneer ze verrast informeerden naar de reden van zijn bezoek. "Ik kom gewoon even bijpraten." Zijn vrienden?! Tot voor kort kende hij ze niet eens. Nu trachtte hij hen uit alle macht aan zijn kant te krijgen door allerlei leugens over mij te verspreiden. Hij was als een langzaam werkend gif dat zich overal infiltreert, alles aantast en uiteindelijk ook verwoest. Hij zocht een job en vond die ook, in een bedrijf dat heel toevallig net tegenover mijn campus gelegen was. Schaak en bijna schaakmat! Hier voelde ik me verschrikkelijk ongemakkelijk bij. Uit angst hem tegen het lijf te lopen, verliet ik de campus enkel nog om 's avonds terug naar huis te keren. Gedaan met de gezellige lunchpauzes in een nabijgelegen taverne. Gelukkig hadden we nog slechts enkele maanden te gaan alvorens het academiejaar af te sluiten met een lange stageperiode.

 

feedback van andere lezers

  • arwenn
    Ziekelijk...

    X
    hannelore: dat is het juiste woord, arwenn
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .