writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

het sekslabyrint 15: Achterhalend verleden

door hannelore

ACHTERHALEND VERLEDEN

Deze knagende onzekerheid ten aanzien van zijn engagement voor mij was echter niet het enige obstakel dat ons geluk in de weg stond. Al vrij snel werd ik zwanger van ons eerste kindje. Een positieve Clearblue! We konden ons geluk niet op! Niettemin werd deze roze wolk algauw overschaduwd door de donkere schaduw van een chronische slaapstoornis. Doodmoe was ik en toch leek ik niet in staat de slaap te vatten. Wat was er toch mis met me? Flarden herinneringen achtervolgden me voortdurend, zowel overdag tijdens mijn dagdagelijkse bezigheden als 's nachts in mijn dromen. Stilletjes sijpelden eerdere herinneringen aan mijn jeugdjaren terug binnen. Ten einde raad besloot ik een afspraak te maken met een psychologe. Tijdens het eerste consult vertelde ik haar wat mijns inziens aan de basis van mijn slaapprobleem kon liggen, zijnde het misbruik van mijn neef. Tevens uitte ik mijn vrees dat hij met zijn dochters, die op dat ogenblik mijn leeftijd bereikt hadden, iets gelijkaardigs zou doen.
Soms besloop het vreselijke gevoel, niet goed genoeg voor onze kinderen te kunnen zorgen me. Ik stelde me wantrouwig op tegenover alles en iedereen. Verdacht iedereen, zelfs mijn man of schoonvader, die een te nauwe band ontwikkelde met mijn kinderen van onbetamelijk gedrag. Zelfs mezelf vertrouwde ik niet altijd. Wanneer ik mijn driejarig zoontje in de armen hield en voelde hoe hij zijn lijfje stevig tegen me aandrukte, maakte een overweldigende paniek zich meester van me. Waarom werd ik overspoeld door dit warme gevoel? Ik zou me toch niet aan hem vergrijpen? Als de dood was ik dat mijn kinderen ooit een gelijkaardige lijdensweg zouden moeten bewandelen. Zou ik het wel tijdig in de gaten krijgen? Zou ik hen dan wel voldoende kunnen steunen of zou het te moeilijk voor me zijn dit onder ogen te zien?
Toen mijn dochtertje dezelfde leeftijd bereikte als ik ten tijde van het schandelijke misbruik van mijn neef stak deze ongerustheid in een nog sterkere mate de kop op. Ik zag haar alleen naar school vertrekken of liet haar met de buurman en zijn hond een ommetje maken en hoopte vurig dat ze snel en ongedeerd weer thuis zou komen. Mijn gedachten gingen pas goed met me aan de haal toen ze zich met duidelijke tegenzin klaarmaakte voor de zwemtraining. Was er iets gebeurd in de kleedhokjes? Had iemand haar op ongepaste wijze benaderd? Ik besefte maar al te goed dat deze angsten totaal uit de lucht gegrepen waren maar het was sterker dan mezelf. Als een vloedgolf overspoelden ze me, er was simpelweg geen ontkomen aan. In haar zag ik het kind dat ik ooit geweest was, onbevangen, vol van vertrouwen in de goedheid van de mensen. Ze vertoonde zoveel gelijkenissen met mezelf. Ze had een veel te zacht karakter, wou altijd goed doen voor anderen dikwijls ten koste van zichzelf, was veel te goed van vertrouwen… Was ik overbezorgd, betuttelde ik haar te veel in het kader van mijn eigen verleden? Wat moest ik doen? Ik wilde niets liever dan haar beschermen maar naarmate ze ouder werd lag dit nu eenmaal niet langer in mijn macht. Die klus zou ze grotendeels zelf moeten klaren.

Weerspiegeld in deze onbeschreven kinderogen,
als fonkelende sterren aan het koude wintergebinte,
mijn lang verloren onschuld
Krampachtig trachtend hen te beschermen voor
de immorele moraalridders van deze tijd, de wolven in schaapsvacht
Weerklinkend in die klaterende schaterlachjes, zuiver als een helder
bergriviertje, de natuurlijke onbevangenheid van hun wezentje
Geen maskertjes, geen toneel, slechts ongerepte eerlijkheid
De pijnlijke bewustwording van een veel te makkelijke prooi,
vervuld van vertrouwen in deze wereld
bevolkt door harteloze roofdieren,
overstelpt met replica's van mensen,
levenloze kopijen van Madame Tussauds hand
Vrezend dat mijn koesterende moederschoot
hen niet zal kunnen vrijwaren
Langzaam doorsijpelend het besef dat liefde alleen niet volstaat
Ik hoop …

De psychologe wimpelde mijn ongerustheid aangaande de dochters van mijn neef vluchtig weg en focuste zich op wat volgens haar het werkelijke probleem was; mijn moeizame integratie in mijn nieuwe leefwereld. Nog geen half jaar tevoren was ik verhuisd naar een uithoek van het land. Verandering van leefwereld, van werk en ook van lichaam door de zwangerschap. Dit leken haar voldoende afdoende factoren om te besluiten dat dit en niet mijn verleden aan de basis van mijn onbehagen lag. Hoe ver zat ook zij er nu weer naast! Na enkele maanden van therapie hield ik het ook hier weer voor bekeken. Deze gesprekken leidden hoegenaamd nergens naar. Bovendien wou ik me nu verder in alle rust voorbereiden op de bevalling, die nu met forse schreden naderde.
Ondanks alle voorzorgen die ik met het oog op een soepele en vredige verwelkoming van ons kindje in acht had genomen, verliep ook dit om het zacht uit te drukken niet van een leien dakje. Uitgeput door het geaccumuleerde slaaptekort voelde het hele gebeuren eens zo pijnlijk en moeizaam aan. Het weekend van mijn bevalling was mijn gynaecologe niet van dienst en zo kwam het dat er nog maar eens een vreemde man tussen mijn benen stond te gapen. Na de geboorte werd ons kindje onmiddellijk weggebracht. Pas de volgende dag, na de middag zou ik haar terugzien.
Hoe fundamenteel verschillend mocht ik dan de bevalling van ons tweede kindje amper twee jaar later ervaren. Deze keer had ik wel gekozen voor een onderwaterbevalling, een optie waarrond ik die eerste keer sterk getwijfeld had maar die ik uiteindelijk toch van de baan had geveegd omdat dit onvermijdelijk een verandering van gynaecoloog met zich mee zou brengen. De aanpak van deze nieuwe gynaecologe en de naverzorging in dit moederhuis waren duidelijk van een geheel andere rangorde dan deze van het eerste. Onmiddellijk na de bevalling, de navelstreng was nog niet doorgeknipt, mocht ik ons zoontje voor de eerste keer aanleggen. Ook de rest van het verblijf verliep veel vlotter en op meer serene wijze dan de eerste keer. Vierentwintig op vierentwintig hield ik huidcontact met ons zoontje. Zelfs slapen deed ik met hem op mijn buik. Ik voedde hem ook niet zoals ik wel had gedaan voor mijn dochter aan de hand van een vast schema maar wanneer hij me erom vroeg. Eindelijk kon ik nu aan de lijve ervaren hoe natuurlijk en gemakkelijk je eigen kind voeden en koesteren eigenlijk wel was. Met volle teugen genoot ik van dit intieme samenzijn.
Ondertussen was ik al ruim zesendertig uur zonder slaap. Doodop maar met een lijf boordevol adrenaline was het onmogelijk voor me de slaap te vatten. Mijn gedachten dwaalden onafgebroken af naar kon ons kindje. Waar was ze? Had ze geen honger? Ik moest haar intussen toch al lang haar eerste voeding gegeven hebben? Borstvoeding geven was één van de voorwaarden die ik aan mezelf gesteld had om tot het selecte clubje van volwaardige moeders te mogen toetreden. Dit zou me toch wel lukken?! Niets immers zo eenvoudig als zelf je kind voeden. En toch werd dit me niet gegund! Het verplegend personeel hanteerde een strak tijdschema inzake voedingen. Indien het me in die tijdspanne niet lukte mijn dochter een voeding te geven, had ik mijn kans verkeken tot de volgende ronde. Gezien de moeilijke geboorte van mijn dochter - de navelstreng was rond haar nek gedraaid en uiteindelijk moest ik met de zuignap verlost worden- was ze de eerste dagen nog niet geheel op haar positieven. Een gegeven dat de verpleegsters vertaalden in een lui kind. Ondanks hun onwillige houding was ik toch vastbesloten de borstvoeding te laten slagen. Ten einde raad nam ik het heft dan maar in eigen handen. Zonder de verpleging ervan te verwittigen legde ik haar keer op keer weer aan totdat ik er uiteindelijk toch in slaagde haar te voeden. Ik voelde me stilaan toch een beetje meer moeder worden.
Spijtig genoeg kon ik dit luttele gevoel van erkenning jegens mezelf niet langer vasthouden eens ik terug thuis was. In het ziekenhuis kon ik volop genieten van de veilige sfeer en van het geruststellende feit dat ik niet alwetend hoefde te zijn. Thuis voelde ik me eenzaam en radeloos. Talloze nachten bracht ik stilletjes wenend in de woonkamer door. Alleen, in het holst van de nacht met een klein mensje op mijn schoot waarvoor ik de verantwoordelijkheid droeg. Ik had het gevoel deze opdracht niet aan te kunnen. Doodop en vervuld van twijfel consulteerde ik de huisarts. Na een grondig onderzoek stelde hij tenslotte zijn diagnose; borstontsteking. "Het zou best zijn als je onmiddellijk de borstvoeding stopt", adviseerde hij. Ook mijn man drukte hij, toen deze hem naar de voordeur liep, uitdrukkelijk op het hart me ertoe te bewegen op flesvoeding over te stappen. "Ze staat op de rand van een postnatale depressie", waarschuwde hij. Geen borstvoeding meer geven? Daar had ik absoluut geen oren naar. Als ik de naam 'moeder' waardig wou zijn dan moest ik er gewoon mee doorgaan. Mijn moeder had haar kinderen allemaal borstvoeding gegeven, zo ook mijn oudste en mijn tweede zus. Er was geen sprake van dat ik zou opgeven, dit mocht gewoon niet mislukken. Ik beet op mijn tanden en volhardde alle negatieve adviezen ten spijt toch in het voeden van mijn kind. Met deze uitputtingsrace pleegde ik roofbouw op mijn eigen lichaam. Van pure uitputting ontwikkelde ik verschillende ontstekingen. Borst, long en baarmoeder, allen hebben ze de revue gepasseerd. Het moeizame voeden, het chronische gebrek aan slaap en mijn pijnlijke verleden vormden als het ware de ideale voedingsbodem voor een postnatale depressie.
Vier maanden na de geboorte van ons eerste kindje trouwden we in alle intimiteit, enkel naaste familieleden werden uitgenodigd. Het echte feest, waarop alle familieleden en vrienden uitgenodigd werden, planden we negen maanden later. Wat eigenlijk de mooiste dag van mijn leven had moeten zijn beloofde in werkelijkheid één van de moeilijkste te worden. Naarmate de datum naderde, werden mijn zenuwen meer en meer op de proef gesteld. Gaandeweg drong het besef dat mijn neef ook aanwezig zou zijn op ons trouwfeest zowel letterlijk als figuurlijk steeds pijnlijker tot me door. Mijn lichaam vertolkte mijn diepste angsten en verkrampte tot in de uiterste puntjes van elke zenuw. Op de dag van ons trouwfeest werd ik verteerd door rugpijn. Enkel door elke twee uur sterke pijnmedicatie te slikken, slaagde ik erin de pijn min of meer onder controle te houden. Deze pillen leverden uitstekend werk. Zowel lichamelijk als geestelijk werd elk pijnspoortje vakkundig verdrongen. Als vanouds zette ik mijn vrolijkste masker op en uiteindelijk slaagde ik erin deze afschuwelijke test glansrijk af te ronden. Ondanks alles laat ik deze negatieve herinneringen niet primeren als ik terugdenk aan onze dag.
Vçnî, vîdî, vîcî! Ik kwam, ik zag en ik overwon. Liefde overwint alles! De liefde voor mijn man, hoewel die zeker niet altijd vanzelfsprekend of gemakkelijk was, haalde uiteindelijk toch de bovenhand. Gelukkig hadden we kinderen! Klinkt dit onwaarschijnlijk in de oren? Begrijpelijk, het is inderdaad alom geweten dat een kind geen reddingsboei vormt voor een huwelijk in nood, dikwijls in tegendeel zelfs. In onze beide oogappeltjes vond ik echter wel de ultieme reden tot vechten, zij waren mijn onuitputtelijke motivatiebron. Zonder hen had ik nooit de moed kunnen opbrengen om mijn verleden te verwerken en zou ik nu waarschijnlijk nog steeds tevergeefs op zoek zijn naar mijn veilige thuishaven. Niets is me heiliger dan zij! In mijn ogen hebben ouders de onomstotelijke plicht ervoor te zorgen dat hun kinderen vanaf de geboorte kunnen opgroeien in liefdevol, veilig nest. Kinderen hebben nood aan ouders die van elkaar houden en mekaar door dik en dun steunen. Die liefde was er tussen ons! Het bal lag dus in mijn kamp. Het was mijn verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat mijn verleden geen roet in het eten zou gooien. Ondanks deze goede voornemens waren de eerste vijf jaar van ons huwelijk lang niet altijd rozengeur en maneschijn. De meeste koppels beleven dan net de mooiste periode van hun leven, voor ons was dit de afschuwelijkste. Menigmaal vielen er harde woorden tussen ons en enkele zeldzame keren stond ons huwelijk zelfs op springen. Nog steeds had ik mijn man niet op de hoogte durven brengen van de turbulente ervaringen uit mijn verleden. De angst hem te verliezen als hij me zou zien voor wat ik werkelijk was, weerhield me ervan open kaart te spelen met hem. Wie zou er immers gek genoeg zijn om geheel vrijwillig een levenspartner met een dergelijk verleden uit te kiezen? Als een gesloten boek was ik voor de persoon die me het dierbaarst was. Vaak zat er voor mij dus niets anders op dan toneelspelen.

 

feedback van andere lezers

  • Wee
    Ik volg.
    x
    hannelore: dankje, wee. dat vind ik fijn!
  • arwenn
    blijf lezen...

    x
    hannelore: dankje, lucy
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .