writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Congo en ik 2

door ovlijee

Ik speel al jaren cafévoetbal, wat een klein mirakel is want eigenlijk ben ik een Einzelgänger. Maar ons ploegske Dansing Chocola is een bont allegaartje met een amalgaam van nationaliteiten. Marokkanen, Senegalezen, Congolezen en Belgen proberen aan één zeel te trekken en het de tegenstander zo moeilijk mogelijk te maken. En zoals te verwachten valt, is dat een proces van vallen en opstaan. Maar ondertussen bestaan we toch al bijna tien jaar en zijn we waarschijnlijk het kleurrijkste team in het Antwerpse. Ik ben fier op onze diversiteit en we zijn dan ook een ware afspiegeling van onze 'grote broer' De Rode Duivels. En net zoals bij hen, is het ook bij ons meestal net niet. Maar de sfeer is er niet minder om. Soit, wat heeft dit nu te maken met Congo, buiten het feit dat er Congolezen in onze ploeg spelen. Wel dat zal ik u nu ne keer vertellen, zulle!

Ik ga niet in intieme details treden, maar één van de Congolezen ging trouwen. Niet met een Belgisch of Vlaams wicht maar met een echte Congolese, en hij ging niet alleen trouwen, hij ging dat ook nog eens doen in het moederland. En dan volgde de uitnodiging: wie van het team gaat mee?
Wow! Is het echt mogelijk? Bestaat de kans dat ik naar Congo ga? Tien bange bleekgezichten op weg naar het woeste Kinshasa? Ja, ja, enige pathetiek is me niet vreemd. De berichtgeving over dit land doet je niet echt fantaseren over witte, ongerepte stranden, al hoopte ik stiekem naar de Virunga te kunnen gaan om gorilla's te spotten.

Mijn moeilijkste knoop om door te hakken, was mijn geremdheid: zou ik in staat zijn mijn paniekerige natuur in bedwang te houden in dit wetteloze land? Kon de controle-freak in mij dit aan? Er stond niet alleen mijn 'self-esteem' op het spel maar ook een pak geld. Ik wist ook dat als ik niet zou gaan ik daar voor de rest van mijn leven spijt van zou hebben want dit was een 'once in a life-time opportunity'. De knoop werd gemakkelijker door te hakken omdat teammaats met minder drempelvrees al snel ja hadden gezegd en in hun kielzog kon ik me dan wat verschansen.

En de voorbereidingen begonnen. Het gezegende jaar was 2010, uitgerekend het jaar dat Congo vijftig jaar onafhankelijk werd en zich opmaakte voor een klein feestje. Zelf zouden we enkele dagen na deze verjaardag landen in Kinshasa. Toen ik vroeg aan de aanstaande bruidegom waarom we niet vroeger gingen zodat we nog iets van de festiviteiten konden meemaken, verklaarde hij me gek. Oké, dat klonk niet echt geruststellend.

En dan verscheen het boek waar ik al jaren naar op zoek was, David Van Reybrouck's Congo, een Geschiedenis. Tevoren had ik al eens een schuchtere poging ondernomen om boeken over Congo te lezen van de hand van o.a. Ludo De Witte, Lucas Cathérine en Lieve Joris maar die boden telkens een gedetailleerd inzicht van slechts één aspect in de Congolese geschiedenis. Adam Hochschild's De Geest Van Leopold II was al helemaal taboe. Ik wou niet geconfronteerd worden met een holocaust op Congolese burgers uitgevoerd door mijn landgenoten, al was het honderd jaar geleden. Honderd jaar is niks! Wereldoorlog I is bijna honderd jaar geleden. Nee, ik wou niet geconfronteerd worden met mijn erfzonde als Belg. Maar nu ik zelf naar onze voormalige kolonie ging, moest ik toch iets lezen. Wel, David Van Reybrouck beantwoordde meer dan bekwaam aan deze behoefte. En Dirk Draulans was één van zijn kritikasters. En ik kan wel begrijpen waarom. Dit was het boek dat ik wou lezen: de Belgen kwamen hier immers nog redelijk goed weg. Leopold II bleek geen Stalin of Hitler te zijn, de mythe van de afgekapte handjes bleek te gaan over reeds overleden 'inboorlingen' en een handje stond dan voor één verschoten kogel (logistiek, de cijfers moeten kloppen, begrijpt u wel), en Lumumba was vermoord door Tshombe, wat het een puur inlandse gelegenheid maakte.

Tjonge, wat een geruststelling. Desalniettemin was ik opgelucht dat het boek uit was, want ik werd er mistroostig van. Na de Indépendance bleek het immers van kwaad naar erger te gaan.

Ik besloot Congo te bewaren voor mijn reis en vermeed iedere documentaire op televisie (sorry, Rudi) en focuste mij op het positieve: zo had ik ondertussen een boekje Lingala-English in de Permeke bib gevonden, en boni bleek wel degelijk zowel gisteren als morgen te betekenen, zoals ik gelezen had in 'Terug naar Congo' van Lieve Joris.

De Bantu-filosofie deed zijn intrede. Norman Mailer had het in zijn verslag over de kamp tussen Ali en Foreman al eens gehad over een zekere Pater Tempels die hier een verhandeling over geschreven had. Etnografen hebben het wel meer over de verschillen in tijdsbeleving tussen zogenaamde ontwikkelde beschavingen enerzijds en primitieve natuurvolkeren anderzijds. De eerstgenoemde hebben een liniaire kijk op de geschiedenis, de laatste zien cycli in alles. Maar ik kon niet geloven dat in een stad met tien miljoen inwoners waar lingala de voertaal is mensen het verschil niet zagen tussen morgen en gisteren. Maar in de praktijk zouden tijd en horloges wel degelijk een zeer rekbaar begrip blijken te zijn, maar daarover later meer.

Een ander aspect van de Bantu-filosofie is het geloof in Krachten. En het feit dat mensen niet zozeer 'zijn' maar vooral ook bestaan uit krachten. Het is ook mogelijk deze krachten van mekaar te stelen, en dat is essentieel in de zegswijze "Au Congo, chacun veut être chef." En ik ga nu een eerlijke openbaring blootgeven die getuigt van wat paranoïa en jaloezie. Soms had ik het gevoel dat als ik voetbalde met mijn (zwarte) teammaats, ik slechter begon te spelen. Ik begon te klungelen, crispeerde en speelde met de daver op het lijf dat ik zou blunderen zoals Van Buyten. Terwijl ik in momenten van flow Maradona-gewijs met een bal kan doen wat Obi Wan Kenobi doet met een Stormtrooper.

In ieder geval, de dag van het vertrek begon te naderen, en ik besloot mijn Krachten dan ook te sparen. Ons visum was al bij al vlot in orde gekomen, mijn inentingen hadden niet teveel nevenwerkingen, ik had mijn muskietennet, peperdure Malarone, Dollars en Deet én mijn 'mood-medication' in viervoud omdat ik daar in het Duistere Hart van Afrika absoluut niet zonder wou vallen.

Ik was klaar.

 

Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .