writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Basje (2)

door tinucha

Basje was op weg naar Ineke om zijn inkopen te doen. Hij had juist zijn buurman voor het eerst gezien en was helemaal verbaasd van zijn gedrag. Hij was zo vlot en wist zoveel van alle diertjes! dacht Basje. Ik weet niets, dacht hij sip. Hij kende geen een van alle dieren die zijn buurman had opgesomd. Hij had er ook geen idee van hoe de mysterieuze buurman zijn naam wist. Hij had hem immers toch aangesproken met 'Hey Basje!'
Basje schudde zijn hoofd. Hij kende niemand hier in het bos, maar hij had zijn droomvrienden. En daar was hij toch blij mee? Nee, hij was er niet meer zo zeker van, maar hij wilde zich ook niet triest voelen, dus verliet hij uiteindelijk zijn voordeur.
Hij stak het Grote Bosplein over en wandelde verlegen tot bij Ineke. Eventjes twijfelde hij of hij niet bij de bakker, Bram Eekhoorns, zou langslopen. Het was immers al middag geweest en als het waar was wat zijn buurman gezegd had, dan had die verse pizza gebakken. Maar omdat hij die Bram helemaal niet wist wonen, besloot hij toch maar zijn lasagne-ingrediënten te gaan kopen bij Ineke. Hij kende Ineke toch al een beetje, daar voelde hij zich goed bij. Hij hield niet zo van vreemde plaatsen en vreemde dieren. Hij hield vooral van het oude, vertrouwde en nog het meest van zijn eigen boom. Toen hij bij Ineke aankwam, knikte hij vlug, vroeg haar snel wat groenten, kaas en lasagne en ging toen snel terug weg.

Basje kwam terug in zijn boom aan. Hij was blij dat hij zijn inkopen had gedaan. Nog eventjes en zijn maag zou stoppen met grommen. Hij had ook heel de tijd aan de mysterieuze buurman zitten denken. Die was toch oh zo vlot! Basje had bewondering voor dit wezen, dat was zeker. Toen hij nog maar net binnen was, kreeg Basje een zeer goed idee. Hij zou gewoon op de brievenbus van zijn buurman gaan kijken, dan wist hij toch al zijn naam. 'Anton Knabbel, haas (ook wel: snel konijn) en vriend van iedereen' stond in een lelijk geschrift op de brievenbus geschreven. Basje voelde zich opgelucht. Het voelde alsof hij zijn eerste vriendje had gemaakt.

Zoals jullie al wel zullen gemerkt hebben, was lasagne het lievelingseten van Basje. Als hij zijn buik met lasagne kon vullen, was hij blij, want beren als hij zijn nu eenmaal snel tevreden. Ook nu voelde Basje zich een stuk vrolijker toen hij zijn lievelingskost had opgegeten. Toch was het droeve gevoel nog niet helemaal over. Hij ging terug in zijn zetel zitten en dacht nog een beetje na. Hij wist niet zeker of hij nu wel terug naar zijn droomvrienden wilde. Zij waren wel leuk, maar ze zouden nooit echt zijn. Hij zou hen nooit echt kunnen ontmoeten. Basje boog zijn hoofd en een kleine traan liep over zijn wang.
Ben ik nu eenzaam? dacht hij verdrietig.
Plots hoorde hij heel wat lawaai. Het kwam van op het Grote Bosplein, vlak voor zijn huisje. Hij keek naar buiten en zag een hele hoop dieren van alle soorten door elkaar staan. Ze maakten heel wat lawaai, maar Basje was niet zeker waarom. Plots kwam er een zachte stem bovenuit en alle hoofden draaiden naar een kant. Basje probeerde te zien naar wie iedereen zo plots luisterde. Hij zag niemand. Of toch? Jawel, daar, op een verhoogje zat een lieveheersbeestje. Hoewel ze klein was, kon je haar stem over het hele plein horen. Alle andere dieren waren opslag muisstil.
'Het is waar dat we allemaal onze eigen taak hebben in dit bos, maar het is nooit gezegd dat dit een verplichting is. Iedereen doet hetgeen waar hij denkt goed in te zijn. Wendy Gans brengt ons naar plaatsen buiten het bos en de schildpadden verzorgen de moestuin. Soetkin zorgt voor de honing, logisch voor een bij, net zo logisch als de duiven die de post rondbrengen. Maar sommige dieren hebben het er nu eenmaal moeilijk mee om hun talenten te ontdekken.'
Basje was heel nieuwsgierig geworden en had zijn voordeur op een kier geopend, zodat hij beter kon luisteren.
'Voor we echt boos worden, moeten we misschien gewoon eens gaan praten met zij die zogezegd niets doen in dit bos,' vervolgde het lieveheersbeestje.
'Maar Gerlin, het is toch duidelijk dat Anton een nietsnut is. Hij heeft alleen maar vrienden en amuseert zich de hele dag door. Hij kan nooit eens iets serieus doen en dat zijn we beu,' sprak een duif haar tegen.
Basje was nu zo verbaasd, dat hij de voordeur helemaal had opengezet. Hadden ze het echt over zijn buurman Anton? Was hij een nietsnut? Nee, dat kon hij echt niet geloven. Als ze Anton een nietsnut vonden, wat zouden ze dan van hem zeggen?
'Ik vind het persoonlijk nog veel erger van die beer die daar in die boom woont. Niemand heeft hem ooit gezien,' protesteerde nu een schildpad, die verwijtend naar Basjes boom wees. Haar blik bleef op Basje hangen en ook het lieveheersbeestje Gerlin keek hem nu aan. Stilaan draaiden alle hoofden in dezelfde richting.
Basje stond aan de grond genageld. Hij wist niet wat te doen. Hij voelde zijn gezicht gloeien van schaamte. Moest hij nu iets zeggen? Hij staarde naar zijn tenen en bewoog niet.
Net toen hij niet meer wist wat te doen, kwam Anton op het plein gehuppeld.
'Wat is hier aan de hand, mijn lieve vrienden?' vroeg hij enthousiast. 'Hebben jullie een feest georganiseerd zonder mij uit te nodigen? Dat zou wel zonde zijn!' Hij glimlachte als een breedsmoelkikker.
'Anton, we zouden graag eens met je praten en Basje, met jou ook,' zei Gerlin nu.

 

feedback van andere lezers

  • Pake
    Ik heb de indruk dat je het aantal “tje’s”aardig hebt terug gebracht. Ik vind het best een leuk verhaaltje. Ga zo door zou ik zeggen, en werk het verder uit. Er zitten toch nog wel een aantal foutjes in:
    • * behoeft correctie
    • () weglaten
    Zo uitvoerig corrigeren kan ik natuurlijk niet blijven doen.

    Basje was op weg naar Ineke om zijn inkopen te doen. Hij had juist zijn buurman voor het eerst gezien en was helemaal verbaasd van zijn gedrag. Hij was zo vlot en wist zoveel van alle dier*en! dacht Basje. Ik weet niets, dacht hij sip. Hij kende geen *(een) van *de dieren die zijn buurman had opgesomd. Hij had er ook geen idee van hoe de mysterieuze buurman zijn naam wist. Hij had hem immers toch aangesproken met 'Hey Basje!'
    Basje schudde zijn hoofd. Hij kende niemand hier in het bos, maar hij had zijn droomvrienden. En daar was hij toch blij mee? Nee, hij was er niet meer zo zeker van, maar hij wilde zich ook niet triest voelen, dus verliet hij uiteindelijk zijn voordeur.
    Hij stak het Grote Bosplein over en wandelde verlegen tot bij Ineke. Even*(tjes) twijfelde hij of hij niet bij de bakker, Bram Eekhoorns, zou langs* lopen. Het was immers al middag geweest en als het waar was wat zijn buurman gezegd had, dan had die verse pizza gebakken. Maar omdat hij die Bram helemaal niet wist *te wonen, besloot hij toch maar zijn lasagne-ingrediënten te gaan kopen *(bij Ineke). Hij kende Ineke toch al een beetje, daar voelde hij zich goed bij. Hij hield niet zo van vreemde plaatsen en vreemde dieren. Hij hield vooral van het oude, vertrouwde en nog het meest van zijn eigen boom. Toen hij bij Ineke aankwam, knikte hij vlug, vroeg haar snel wat groenten, kaas en lasagne en ging toen snel *weer (terug) weg.

    Basje kwam terug in zijn boom aan*Vlaams. Hij was blij dat hij zijn inkopen had gedaan. Nog even*(tjes) en zijn maag zou stoppen met grommen. Hij had ook heel de tijd aan de mysterieuze buurman zitten denken. Die was toch oh zo vlot! Basje had bewondering voor dit *?wezen, dat was zeker. Toen hij nog maar net binnen was, kreeg Basje een *(zeer) goed idee. Hij zou gewoon op de brievenbus van zijn buurman gaan kijken, dan wist hij *in elk geval al (toch al) zijn naam. 'Anton Knabbel, haas (ook wel: snel konijn) en vriend van iedereen' stond in een lelijk *hand(ge)schrift op de brievenbus geschreven. Basje voelde zich opgelucht. Het voelde alsof hij zijn eerste vriendje had gemaakt.

    Zoals jullie al wel zullen gemerkt hebben, was lasagne het lievelingseten van Basje. Als hij zijn buik met lasagne kon vullen, was hij blij, want beren als hij zijn nu eenmaal snel tevreden. Ook nu voelde Basje zich een stuk vrolijker toen hij zijn lievelingskost had *gehad(opgegeten). Toch was het droeve gevoel nog niet helemaal over. Hij ging *weer (terug) in zijn zetel zitten en dacht nog een *poosje (beetje) na. Hij wist niet zeker of hij nu wel terug naar zijn droomvrienden wilde. Zij waren wel leuk, maar ze zouden nooit echt zijn. Hij zou hen nooit echt kunnen ontmoeten. Basje boog zijn hoofd en een *(kleine) traan liep over zijn wang.
    Ben ik nu eenzaam? dacht hij verdrietig.
    Plots *klonk er (hoorde hij heel wat) een hoop lawaai. Het kwam van op het Grote Bosplein, vlak voor zijn huisje. Hij keek naar buiten en zag een *(hele) hoop dieren van alle soorten door elkaar staan. Ze maakten *dat (heel wat) lawaai, maar Basje was niet zeker waarom. Plots *klonk er (kwam er een zachte ) een *hoog stemmetje boven *alles uit en alle hoofden draaiden naar een kant. Basje probeerde te zien naar wie iedereen zo plots luisterde. Hij zag niemand. Of toch? Jawel, daar, op een verhoogje zat een lieveheersbeestje. Hoewel *het (ze) klein was, kon je haar stem over het hele plein horen. Alle andere dieren waren opslag muisstil.
    'Het is waar dat we allemaal onze eigen taak hebben in dit bos, maar het is nooit gezegd dat dit een verplichting is. Iedereen doet *(hetgeen) waar hij denkt goed in te zijn. Wendy Gans brengt ons naar plaatsen buiten het bos en de schildpadden verzorgen de moestuin. Soetkin zorgt voor de honing, logisch voor een bij, net zo logisch als de duiven die de post rondbrengen. Maar sommige dieren hebben het er nu eenmaal moeilijk mee om hun talenten te ontdekken.'
    Basje was heel nieuwsgierig geworden en had zijn voordeur op een kier geopend, zodat hij beter kon luisteren.
    'Voor we echt boos worden, moeten we misschien gewoon eens gaan praten met *(zij) hen die zogezegd niets doen in dit bos,' vervolgde het lieveheersbeestje.
    'Maar Gerlin, het is toch duidelijk dat Anton een nietsnut is. Hij heeft alleen maar vrienden en amuseert zich de hele dag door. Hij kan nooit eens iets serieus doen en dat zijn we beu,' sprak een duif haar tegen.
    Basje was nu zo verbaasd, dat hij de voordeur helemaal had opengezet. Hadden ze het echt over zijn buurman Anton? Was hij een nietsnut? Nee, dat kon hij echt niet geloven. Als ze Anton een nietsnut vonden, wat zouden ze dan van hem zeggen?
    'Ik vind het persoonlijk nog veel erger van die beer die daar in die boom woont. Niemand heeft hem ooit gezien,' protesteerde nu een schildpad, die verwijtend naar Basjes boom wees. Haar blik bleef op Basje hangen en ook *Gerlin, het lieveheersbeestje , (Gerlin) keek hem nu aan. Stilaan draaiden alle hoofden in *zijn (dezelfde) richting.
    Basje stond aan de grond genageld. Hij wist niet wat te doen. Hij voelde zijn gezicht gloeien van schaamte. Moest hij nu iets zeggen? Hij staarde naar zijn tenen en bewoog niet.
    Net toen hij niet meer wist wat te doen, kwam Anton *(op) het plein *op gehuppeld.
    'Wat is hier aan de hand, mijn lieve vrienden?' vroeg hij enthousiast. 'Hebben jullie een feest georganiseerd zonder mij uit te nodigen? Dat zou wel zonde zijn!' Hij glimlachte als een breedsmoelkikker.
    'Anton, we zouden graag eens met je praten en Basje, met jou ook,' zei Gerlin nu.

    tinucha: dank je dat je het zo grondig gelezen hebt!
  • Wee
    't Zijn net mensen :)
    x
    tinucha: dieren, mensen, we zijn allemaal gelijk :)
  • Hoeselaar
    Het is alsof je er zelf bij bent en het voor de voet volgt, ik vind het knap geschreven

    Willy
    tinucha: Maar dat komt omdat ik er ook echt geweest ben :)
  • GoNo2
    Genoten!
    tinucha: dank je!
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .