writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Treinreis

door GiVanrO

De L-trein van 9.38 uur heeft als eerste halte het station Westerdiep. Daarover hebben we het gehad en daar wijken we niet van af. Buitenstaanders die met opgestoken vingertje en neerhangende mondhoeken het station Evenaar aanwijzen als eerste halte krijgen lik op stuk. Evenaar is een vertrek-station en kan eventueel een aankomst-station genoemd worden, maar nooit zal het een halte worden. Dat onderscheid moet er zijn; het besturen van een trein is op zich al zenuwslopend genoeg. Vertrekken en aankomen zijn andere discipline's dan even halt houden, verwarring hoeft er niet gezaaid te worden.
Waarom er tussen het station Westerdiep en Evenaar zo'n kleine afstand ligt, is dan weer wel een gewettigde vraag. Een halte op loopafstand van de vertrekplaats lijkt weliswaar niet echt logisch maar er kan een verklaring voor zijn waar wij geen weet van hebben. Andermans wegen zijn ondoorgrondelijk en die van spoorbouwers vormen daarop geen uitzondering. Het is wat het is. En de reizigers kunnen er maar blij mee zijn, al dient er eerlijkheidshalve aan toegevoegd dat er van meervoud geen sprake is; Westerdiep lijkt als halte gebruikt te worden door één man. Altijd dezelfde en altijd op dezelfde dag. We kunnen er de kalender op gelijk zetten; elke woensdag staat hij er.
Als treinbestuurder en kaartjesknipper hoort het niet, toch doen we het stiekem en geven vaste passagiers bijnamen. Niet kwaad bedoeld, meer als verzetje. De man van Westerdiep noemen we schalks Aap. Vanwege zijn vooruitgestoken kin, zijn licht gebogen lijf en uitstaande voeten. De schokkende gang maakt het plaatje compleet. Aap is altijd keurig gekleed in donker pak en das. Onder de arm steevast een zwarte aktetas. Een vermoeide klerk op weg naar zijn gehate kantoorbaantje, zo lijkt het. Zwijgend en nors tsjokt hij naar de laatste wagon alsof de guillotine op hem wacht. 'Dode man op komst' schreeuwen voorbijglijdende gevels mekaar toe. Aap ondergaat het gelaten.

Na Westerdiep is Noordvliet aan de beurt. De afstand tussen die twee stations is meer dan groot genoeg om de machinist een pleziertje te gunnen en aan tgv-snelheid de lucht te splijten. Het afremmen wordt zolang mogelijk uitgesteld zodat de passagiers naar voren worden gedrukt bij de definitieve stop. 'n Beetje leven in de brouwerij, noemen we dat. Wat er aan Noordvliet en het bijhorende dorp scheelt, zal wel een mysterie blijven. Feit is wel dat er nooit, echt nooit, iemand uitstapt in dit boeregat euh… dorp met landelijk karakter. Wie hier de trein neemt, lijkt voorgoed weg te gaan. Of wil niet gezien worden als ze weer de haven binnenvaren, dat kan ook. Dat er zijn die 'were keren' staat vast, omdat ze week na week vertrekkensklaar staan, iets wat zonder terugkeer niet mogelijk zou zijn. Een van die vaste vertrekkers is Klok, zo genoemd vanwege haar figuur. Vooraan veertig, te grote neus , opgestoken haren en overduidelijk in de knoop met haar gewicht. Elke inspanning lijkt haar teveel, zwetend en puffend ploft ze in de eerste stoel die vrij is. Met een speciaal daarvoor meegebrachte handdoek dept ze haar gezicht en vervolgens de oksels. Dan pas gaat ze staren. Naar buiten vooral. Omdat de natuur tussen Noordvliet en het eerstvolgende station Oosterdorp zo mooi is, wellicht.

In Oosterdorp verlaten minstens twee passagiers de trein. Aap stapt uit de laatste wagon, Klok uit de voorste. Twee vreemden, zo lijkt het. Maar schijn bedriegt. Zonder mekaar een blik te gunnen stevenen ze richting overkant alwaar het 'Hotel Kempenland' vermoeide reizigers een kamer per uur aanbiedt. En daar, net voor het binnengaan, loopt het wel eens mis en legt Aap zijn hand liefdevol op de buitenmaatse derrière van Klok. 'n Korte vertraging van vijf minuten, meer hadden we niet nodig om tot die schokkende ontdekking te komen. Aap en Klok, godshere…wat zou dáár allemaal gebeuren. En wat met die aktetas van Aap? Vragen waarover we ons het hoofd breken als we richting Zuidschate tuffen.

De laatste passagiers worden bruusk uit hun slaap gewekt met de mededeling dat deze trein zijn eindpunt heeft bereikt en iedereen de wagons moet verlaten. Zuidschate heeft een winkelcentrum alwaar de grote ketens mekaar dood concurreren met verlaagde prijzen. Dit lokt lijkenpikkers die er niet om geven dat de vriendelijke winkeljuf die zich de naad uit haar sloffen loopt, morgen van een uitkering moeten leven. Zo gaat dat nu eenmaal. Het zijn die gieren die deze treinverbinding noodzakelijk maken, ons hoort niemand klagen. Zuidschate is ook de plek waar we genieten van een welverdiende rustpauze. Het treinstel wordt door bevoegden onder hand genomen, krijgt wat vet ingespoten terwijl anderen de kolen en het water bijvullen. Wij eten de meegebrachte 'bokes' en zijn in gedachten nog in Oosterdorp, alwaar Aap en Klok dingen doen waar we geen weet van hebben. Die aktetas blijft ons bezighouden; wat zit daarin? Handboeien? Zweepjes? Vibrators? Misschien zit er wel zo'n voorbinder in en staat Klok nu achter de op zijn knieën zittende Aap, werpt mijn collega op. Om die gedachte kracht bij te zetten, begint er in de verte een klok te luiden. Gieren aan tafel, dat spreekt. Enfin, na een uur is het weer tijd om middels een grote lus het stel te draaien en het omgekeerde traject te volgen. Huiswaarts. Naar moeder. 'n Schare winkeldieven staat al op het perron met volgeladen zakken; ettelijke euro's armer en toch het idee dat ze geld verdiend hebben. Rare klanten hebben wij.

Het bed van Hotel Kempenland heeft inmiddels het genot verschaft waarvoor het ingehuurd werd en het koppel staat ongeduldig te wachten tot we arriveren. Overtuigd dat wij idioten zijn, stapt Aap zonder op te kijken richting laatste wagon, Klok smijt zichzelf op de eerste vrije zetel in het voorste rijtuig en puft. De handdoek gebruikt ze niet meer. Een mens zou verwachten dat zij in het volgende station -Noordvliet- de trein zou verlaten. Niets is minder waar, ze blijft zitten waar ze zit. Niemand stapt uit in spookdorp Noordvliet, blijkt maar weer.

Met gezwinde vaart gaat het verder tot wat nog niet zolang geleden de eerste halte was. Westerdiep is nu de laatste. Daar hebben we het ook over gehad. Hier stapt aan de voor- en achterkant één passagier van de trein. Twee vreemden, schijnbaar. Maar niet voor ons. Meters uit elkaar gaan ze dezelfde richting uit. De rest van het verhaal moeten we raden en hoewel onze fantasie geen grenzen heeft, houden we het er maar op dat ze gaan bekomen van de geleverde inspanning.
In het eindstation Evenaar loopt het stel leeg. Koopjesjagers haasten zich naar huis om de buit te verstoppen vóór hun man thuiskomt en lucht krijgt van hun spilzucht. En wij ruimen op. Achtergebleven rommel in de vuilzak, locomotief en wagons terug in de doos, sporen netjes volgens grootte, Aap en Klok zedig op mekaar en de koopjesjagers kriskras tussen de sporen. Die hebben het zelf gezocht.

Zo, nog even een kwartiertje teevee en daarna gaat de machinist naar bed. Dromen over de bootreis die we morgen gaan maken.

 

feedback van andere lezers

Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 3

Uitstekend: 1 stem(men), 50%
Goed: 1 stem(men), 50%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 2 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .