writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

O, kben de tel kwijt. gewoon het vervolg...

door catharina

( Beste, even een klein intermezzo. Ik heb een foto als ' profielfoto. Het is uiteraard niet mezelf, maar een fantastisch, ongelofelijk groots beeld in een belachelijk klein kadertje. Met een luguber tintje. Het is het decor van dit verhaalke. Het had iets echts, om het zo te zeggen. EN er zijn geen dieren of mensen gewond geraakt om deze foto te nemen, denken we.)

Ze hadden hun rugzakken zo licht mogelijk gepakt: alleen het noodzakelijkste. Soras en Råvin stonden wat verderop en hielden hen in de gaten.
'Ze hebben er geen idee van hé?' Råvin vlocht snel zijn haren en haalde zijn mantel van de haak. 'Hoe komt het dat ze zo weinig weten? Waar komen ze vandaan?'
Soras haalde zijn schouders op. Er werd geen antwoord van hem verwacht. Wat hij wist, of dacht te weten deed er al lang niet meer toe. Maar de beelden en geluiden tolden door zijn hoofd, dingen die hij al lang vergeten was. Of waar hij bewust nooit meer aan had gedacht. Hij bond de houten knopen van zijn vest dicht en gespte de riem strak om zijn middel. Zijn jas zat als gegoten.
'Ik weet het niet. Ik vind het alleen moeilijk om ze als monsters te zien. Het zijn gewoon kinderen. Maak je geen zo'n zorgen, Råvin.'
'Hmmm,' Råvin stak zijn mes tussen zijn riem en gooide zijn schoudertas om. Zijn bijl hing dwars over zijn rug. ' ze zullen ons vertragen, Soras. Als er iets gebeurt, dan moeten we hen ook in leven houden. Dat lijkt me niet zo evident.'
Hij wierp een snelle blik op zijn vriend. Soras zou hen nooit alleen laten in de grot en evenmin alleen de berg op sturen.
'Jij hebt gezegd dat we hun vriendin gingen zoeken, maatje. Jouw belofte, ik ga alleen maar mee.'
Råvin lachte en de drie keken verward op. Voor hen viel er weinig te lachen. Ze waren moe van een inspannende, slapeloze nacht, hadden het koud, waren doorweekt en hun vooruitzichten waren nauwelijks rooskleuriger. Nog meer koude en nattigheid.
' Alleen maar mee? Het zal wel zijn.' Het idee leek Råvin te amuseren. Soras ging nooit ' alleen maar mee', toch niet zomaar. Hij had onvoorwaardelijk, altijd de leiding, zonder dat iemand het ooit in vraag stelde. Het was Råvins belofte, maar Soras zou hem volbrengen.
Hun blikken bleven rusten op de drie stille, ineengedoken figuren. Waarvan alleen Jonas nieuwsgierig naar buiten tuurde. Råvin had door dat uitstellen geen zin meer had. Ook al zou hij zijn driedaagse vakantie in de grot, met Soras alleen, wel missen. Hij zuchtte en legde zich moedeloos bij het vonnis neer.
'Laten we gaan, voordat de dag helemaal begint en er dingen honger beginnen te krijgen. Maar we blijven uit de buurt van de Kloof, ok?'
'Begrepen. Ik leid ze niet naar de dorpen, Råvin . Ik weet welk ras dit is.' Soras trok hem naar zich toe, legde zijn handen op Råvins heupen en kuste hem uitgebreid. Råvin sloot zijn ogen, als hij het hier mee moest doen dan zou hij ervan genieten. Voor drie dagen.
Verderop klonk het onwennige geschuifel van voeten en Alex kuchte uitgebreid.
' Janetten', fluisterde hij zacht maar iemand gaf hem een duw, want er volgde een verontwaardigde: 'auw, waar was dat goed voor?'
Soras liet Råvin los.
'Wat is zijn probleem eigenlijk ?' Råvin draaide met zijn ogen maar Soras greep zijn arm. ' Hé, laat je niet op stang jagen. We zijn met 2 voor dit kleine klasje, ik wil hier geen opgefokt gedoe.' Råvin zuchtte maar bond in.
Soras leidde de anderen de grot uit en Råvin sloot met een akelig voorgevoel de rangen.

De drie waren volkomen stil, helemaal geconcentreerd op het pad dat ze niet zagen. In dit deel van de Bergen liepen er al lang geen voorgetekende paden meer, de mensen in de Vallei kwamen zelden zo hoog.
Maar de Zwervers hadden hun eigen routes.
Routes waarbij ze niet onmiddellijk in moerassen sukkelden of waar de grond zomaar verschoof. Routes die niet direct door jachtgebieden liepen van dieren die beter niet gestoord werden.
De lucht rook vol. Het stoorde Råvin . De frisheid die eigen was aan de bossen was vervangen door iets zwaars. De lucht bewoog laag tegen de grond en wentelde om hen heen. Witte, breekbare slierten mist die de grond aan het zicht onttrokken. Ze konden hun eigen voeten niet eens zien.
De lucht was vol van geuren die je alleen oppikte na de Stormen.
De bossen waren verraderlijk.
Als de avond viel, zou de Storm van de dag ervoor zich gewoon herhalen en dat duurde meestal een dag of drie.
Voor hem liep het meisje.
Ze had lang lichtbruin haar die nu in een slordige staart waren samengebonden. Råvin had nog nooit een meisje met zo'n haarkleur gezien. De enige die hij kende die geen donker haar had, was zijn vriend. Hij stak voorzichtig zijn hand uit en wreef de staart tussen zijn vingers zonder dat ze er iets van merkte. Zacht haar.
Råvin rook aan zijn vingertoppen en fronste. De geur maakte hem in de war. Zoiets had hij nog nooit geroken. Dat moest hij later eens aan Soras vragen. Haar jas ritselde bij iedere beweging die ze maakte. Hij had een felroze kleur. Met groene knopen. Ze droeg een mosgroene muts die Råvin mateloos boeide. Hij vond het best een schoon ding en overwoog in stilte om het te veroveren op het meisje.
Råvin had nog nooit kleren gezien met die kleur.
En die zoveel lawaai maakten.
Ritselkleren. Ieder levend wezen hoorde hen waarschijnlijk van ver aankomen.
Ze zette haar voeten precies neer, in de voetstappen van Soras. Råvin vond het vertrouwen ergens aandoenlijk. Zie hier, de grote boze geesten van het Woud…in de voetsporen van zijn vriend.
Soras leidde hen steeds hoger de Berg op. Op weg naar de kleine meertjes die her en daar verspreid lagen. Råvin werd een beetje nerveus. Ze zaten midden in de zware wolken en het water liep van zijn gezicht en haren. Voor hem rilde het meisje van de koude. Haar schoenen maakten een slorpend geluid in de sponsachtige bodem.
Vorig jaar hadden ze hier hun klopjacht gehouden, op zoek naar hun vermiste dorpsgenoten. De bloeddorst waarmee de Rimpelhuiden hen hadden besprongen, stond nog scherp in zijn geheugen.
De bomen maakten plaats voor kort stug gras.
Gedaan met de beschutting.
Het miezerde nog steeds en de fijne druppels beperkten zijn zicht.
'Råvin ? Kom eens hier.' Soras doorbrak voor het eerst in uren de stilte. Råvin snelde naar voor. De steen stond er als een uitdaging.
'Is dat haar bloed?' De uitstekende rots stond moederziel alleen in het weiland. Råvin hurkte neer en trok met zijn vinger een spoor door het bloed. Hij keek op. Verbaasd.
'Het is van hen…'

 

feedback van andere lezers

  • ivo
    het leest als een trein tgv - en die rots is met menie geverfd - dat is om de mieren op een afstand te houden :)
    catharina: Dank u. Tegen de mieren? Echt? En wij maar denken dat het Norse Noorse kabouters waren op zwier met een verfpot :)
  • doolhoofd
    Twee kleine puntjes: bij "ze zullen ons vertragen" heb je een hoofdletter gemist, en het is "in de war -brengen-" iplv maken.
    catharina: auw, pijnlijk. Spelfouten...valt nergens goed te praten. Dank u wel voor het attent opmerken. Werd ten zeerste gewaardeerd. ( na het schaamrood :))
Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 4

Uitstekend: 2 stem(men), 100%
Goed: 0 stem(men), 0%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 2 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .