writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

34- 't Lijkt wel of het gisteren was…

door GoNo2



Bobby heeft de hele nacht bij mij geslapen. Hij is niet meer weg te slaan van mij. Ik mag geen stap verzetten of hij loopt me achterna. Ik ga te voet naar de meubelmakerij. Ik probeer nonkeltje te overhalen om contact op te nemen met de jeugdrechter. Hem zeggen dat ik m'n best doe en een goede werkkracht ben. Ik wil de stiel van meubelmaker wel leren. Vakmanschap is meesterschap. Nonkeltje zegt dat hij zal proberen om mij hier te houden. Flor is op de hoogte van wat er te gebeuren staat met mij…

Op de brief die ik geschreven heb naar m'n jeugdrechter, is er eindelijk een antwoord gekomen. Het antwoord is kort en bondig. Na een evaluatie van de testen afgenomen in Ruiselede, zijn we van mening dat, gezien uw aanleg en capaciteiten, uw toekomst in de horeca ligt. Derhalve zien we geen enkele reden om terug te komen op onze beslissing…

Ik moet en zal dus naar de Hotelschool moeten. Misschien valt het allemaal wel mee op dat internaat, we zijn per slot van rekening al 1971. De wereld spreekt over vrede, geluk en liefde. We gaan een betere wereld tegemoet. Geen kernwapens meer, geen oorlogen meer en nog zowat van die idealen die nooit uitgekomen zijn. Bob Dylan zingt wel dat het antwoord in de wind ligt, maar volgens mij blowt hij te veel. Op de radio zingt ene Jimmy Frey dat ze die rozen nar Sandra moeten brengen. Waarom, vraag ik me af. Breng ze zelf hé? Ik ben uw knechtje niet en daarbij, ik ken geen Sandra. Of het moet die geblondeerde zijn van de Germinal. Schoon stuk gerief, maar ge moogt het niet in huis hebben. Haar papa is adjudant bij de Rijkswacht, niet bepaald m'n type van eventuele schoonvader…

Chantal vraagt of ik meega naar de Germinal, een stapje in de wereld zal me goed doen, zegt ze. Ik heb geen zin, iedere frank die ik kan sparen zal ik nodig hebben om m'n plannen te verwezenlijken. Ze haalt haar schouders op en vertrekt een beetje op haar teentjes getrapt. Ik voel me plots schuldig. Ik ga een douche nemen. Onder de douche neem ik het besluit om toch maar naar de Germinal te gaan. Ge moet uw lief toch iets gunnen hé?

Ik draai de hoek om en wat zie ik? Chantal staat verdomme tongen te draaien met die kwast van de bakker. Ik sta op amper vijftig meter en die twee zien me niet eens. Ik voel razernij opkomen. Maar die gast is twee jaar ouder dan ik en is bij een clubje, die allemaal met een brommer rijden. Hij kleedt zich als een kruising tussen James Dean en Elvis. Rijdt met een Flandria Sport. In die tijd het neusje van de zalm in Torhout. Ik ben zo kwaad dat ik terugga vanwaar ik gekomen ben. De afstand tussen mij en Huize Lingier heb ik in recordtijd afgelegd. Daar wacht me opnieuw een verrassing…

Ze zijn Fientje komen ophalen. Fientje gaat terug naar haar wettelijke moeder. Ik begrijp er helemaal niets meer van. Fientje is hier toch al ettelijke jaren? Kan dat zo maar? Schijnbaar wel. Ik heb zelfs geen afscheid kunnen nemen van Fientje, m' klein zusje. Papa en mammie wisten het en toch hebben ze niets gezegd tegen mij. Waarom, vraag ik me af. Ik vraag het aan mammie, maar die zegt dat ik het aan papa moet vragen. Ze huilt…ik ga naar m'n kamer en huil ook…

Bobby is meegekomen, ik vertel hem wat er gebeurd is vandaag. Hij kijkt me aan, legt z'n poot op m'n arm. Jij bent ook geadopteerd hé, zeg ik hem. Hij laat een klagend geluid horen. Wat voor mij een bevestiging is van wat ik veronderstelde. M'n lief kwijt, Fientje weg, wat zit ik hier nog te doen. Ik hoor de auto van papa op de oprit. Ik ga hem vragen, op de man af, waarom hij verzwegen heeft dat Fientje vandaag zou opgehaald worden…

" Kun je me zeggen waarom ik niet mocht weten dat Fientje uitgerekend vandaag opgehaald zou worden?"
" Noël, je moet eens goed luisteren. Om te beginnen staat je toon me niet aan. Ten tweede, ik hoef geen rekenschap af te leggen aan jou. Je weet niet eens hoeveel pijn het doet als er een kind hier vertrekt. En de reden dat we het niet gezegd hebben ligt voor de hand. We waren bang dat je, met je wispelturig karakter, Fientje zo maar niet zou laten gaan. Dus was het voor je eigen en Fientje's bestwil dat we gezwegen hebben. Tevreden? En bol het nu af, ga je nu maar verder wentelen in zelfmedelijden…"

Ik sta als van de hand Gods geslagen. Papa is kwaad en nog geen beetje. Hij laat me staan waar ik sta. Ik begin te denken dat m'n tijd hier op haar laatste beentjes loopt. Misschien heb ik het zelf gezocht, misschien ook niet. 't Is natuurlijk altijd gemakkelijk om de schuld bij een andere te leggen hé? Maar ik was nog maar zestien, ik heb ook moeten leren met vallen en opstaan. En ja, feitelijk had papa gelijk, ik wentelde mij in zelfmedelijden. Die slachtofferrol was op m'n lijf geschreven. Dat weet ik nu, toen dacht ik dat heel de wereld tegen mij was. Behalve Bobby…

Ik zit in de recreatieruimte, ik zit bijna nooit in de villa. Ik heb ook nog weinig contact met de anderen. Ze zijn het al gewoon. Ze vragen zelfs niet meer om een spelletje te spelen. Het enige wat ik nog doe is gaan eten in de villa. Als ik aan tafel kom, zwijgen ze plots allemaal. De enige die altijd sprak tegen mij was Fientje. Ik ben er haar nog dankbaar voor. Anders was de spanning om te snijden, nietwaar? Ik help mammie nog altijd mee, puur omdat het een gewoonte geworden is. Ik heb de sfeer aan tafel serieus verbrod. Waarvoor m'n excuses. Maar toen had ik het niet in de gaten. En moest ik het al in de gaten gehad hebben, ik zou me er weinig van aangetrokken hebben…

Chantal komt me wat gezelschap houden. gaan we biljarten, vraagt ze. Heeft uwen bakker geen tijd om te biljarten of speelt hij liever met z'n eigen keu, wil ik haar vragen. Maar ik zwijg. Ze streelt door m'n haar. Ik trek me terug. Gaan we naar boven, vraagt ze, ik zal je een massage geven. Ik twijfel, ik ken haar massages. Ze monden meestal uit op een potje seks. Ze kust me in m'n nek. De haren in m'n nek gaan overeind staan. Ik moet plots walgen van haar. Waarom denk ik ineens aan een spin, die geduldig op een prooi wacht, in haar web? Ben ik gevangen in haar web? Ik denk het niet. Ik zin op wraak. Misschien moet ik aanpappen met Sylvia? Chantal de bons geven in 't midden van de Germinal? Hoe onnozel ben ik toch hé? Chantal zal er niet van wakker liggen, ze heeft toch al iemand anders…

De liefde tussen mij en Chantal is voorbij. Ze weet dat ik haar bezig gezien heb met die bakkersgast. Ze zegt dat het maar een flirt was. Ze had wat te veel gedronken omdat ze verdriet om mij had. Te veel gedronken? Op die korte tijd? Ik mag dan wel een onnozelaar zijn, maar ik ben niet gek hé? Als je mij niet gelooft, dan valt er niets meer te zeggen. We zijn uitgepraat. Telkens ik naar de Germinal ga, staat ze openlijk te vrijen met hem. Ik doe alsof er geen vuiltje aan de lucht is, maar 't doet verdomme pijn. De eerste liefde die verloren gaat, vergeet je nooit. Hoe zou het nu met haar zijn? Hoe ziet ze er nu uit? Misschien heeft ze nu in Torhout of ergens anders een bakkerij. Of is ze directrice geworden van Huize Lingier? Waarom stel me haar voor als een dikke madam, volgevreten met taart en ijsjes? Met een stuk of vier kinderen die constant aan haar hoofd zeuren? Uit wraak, misschien?

Ik mag geen opleiding volgen als meubelmaker. Ook niet met leercontract. Nonkeltje heeft hemel en aarde bewogen. De jeugdrechter is niet te vermurwen. Maar hij kan wel iemand anders krijgen. Een goeie jongen die poten aan z'n lijf heeft. Die afgekeurd is bij 't leger. Ben ik dan geen goeie jongen? Nonkeltje zegt het contract met mij op. Hij kiest eieren voor z'n geld. Hij zal die goeie jongen opnemen in z'n gezin. De familiezaak moet blijven draaien hé? Ik zeg dat ik het begrijp, ik was hier maar voorlopig. Je bent altijd welkom, zegt hij. Ja, dat zal wel, daar koop ik niets voor…

Ik doe de week uit, neem op vrijdag om drie uur afscheid van iedereen. De sfeer is geladen. Ze weten allemaal dat dit afscheid voorgoed is. nonkeltje geeft me een enveloppe. Er steekt driehonderd frank in, opgehaald bij 't personeel, zegt hij. 't Kan misschien nog van pas komen, zegt hij. Je moest eens weten, denk ik. M'n fortuintje groeit gestadig aan . Ik ben een meester geworden in het aftroggelen van sigaretten. Ik vraag sigaretten en ze geven met gulle hand, alsof ze denken dat ze dan van mij verlost zijn. Ik heb te veel tijd, verveel me. Ik doe nu wandelingen met Bobby. Aan de leiband. Soms vraag ik me af, wie de leider is. Op de grote weide laat ik hem los lopen. Het mag van de boer. De boer heeft ook een hond, een labrador. Soms spelen de twee honden met elkaar, terwijl ik een sigaret rook en de boer z'n pijp. We praten over veel, ik luister naar z'n verhalen over de Tweede Wereldoorlog. Het boeit me te horen hoe hij de Duitsers in de luren gelegd heeft. Hij smokkelde boter, vlees, groenten en zelfs tabak. Soms verkocht hij gestolen goederen van die Duitsers aan diezelfde Duitsers. Hij grinnikt als hij eraan denkt. Alleen als hij aan z'n vriend denkt wordt hij weemoedig. Die is doodgeschoten door de Duitsers. Betrapt toen hij een paard wou stelen. Zonder pardon, een kogel door z'n kop. Z'n vriend was juist getrouwd. Z'n vrouwtje in verwachting van hun kind. Een kind dat nooit z'n vader zou kennen. Alleen op foto's…

©GoNo

 

feedback van andere lezers

  • dorus
    schitterend
    GoNo2: Dank u!
  • ivo
    inderdaad schitterend :)
    GoNo2: Dank u!
  • andremoortgat
    Ik sluit aan...
    En blijf volgen
    GoNo2: Dank u!
Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 6

Uitstekend: 3 stem(men), 100%
Goed: 0 stem(men), 0%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 3 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .