writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Vallen en opstaan - hoofdstuk 4 : kom, kommers

door annvanbyl

4.

Lawrence.
Bloemen.
Middag.
Het liet haar niet los. Sinds het gezamenlijke uitje naar het ziekenhuis met de illustere onbekende, kon Lena hem niet meer uit haar gedachten bannen. Ze had het willen verdringen, daar behaalde ze als gehuwde en bedrogen ervaringsdeskundige grote onderscheiding in, maar het mocht niet baten.
Hij liet haar niet meer los.
Lena keek naar het briefje dat ze in haar handen geklemd hield en dat hij haar gegeven had. Een banaal ticket van het warenhuis met een boodschap voor haar, op de achterzijde van de resem andere boodschappen. Die spraken minder tot de verbeelding. Hoewel ze met de gedachte aan een kom, kommer, toch even een zijsprongetje maakte.
Warenhuizen. Ze hield niet van winkelen in die mastodonten geplet tussen hamburgertenten en doe-het-zelfzaken.
Ze haatte het belachelijke systeem dat ze een euro in de gleuf van een beduimelde kar met scheeftrekkende wieltjes moest steken, omdat ze steevast geen euro op zak had.
Ze haatte het systeem van betaalzakken, hoe vonden ze het uit, het woord alleen al deed haar spontaan denken aan Richard Gere in American Gigolo.
Ze haatte het aanschuiven aan drukke kassa's.
Waar een wissel van de kassierster plaatsvond net toen zij aan de beurt was.
Waar het telbandje klem bleek te zitten. Waar de moeder met vier jengelende kinderen die voor haar stond bananen had gekocht en ze vergeten wegen had.
Waarvoor de kassierster met een luide zucht "Rita van de dienst groenten en fruit" liet opdraven om de tros te waarderen.
Waar zou blijken dat diezelfde Rita over een absoluut gebrek aan arbeidsvreugde beschikte, zodat het duurde en duurde, de rij langer en langer en langer werd en drie van de vier kinderen aan het huilen sloegen omdat ze zin hadden in een banaan.
Waar het vierde kind ondertussen ongemerkt zijn vuile handjes aan haar lichtgekleurde rok had afgeveegd.
Desondanks, met Machiavelli in gedachten, zou het doel misschien de middelen rechtvaardigen, en besloot ze op onderzoek uit te gaan.
Ze parkeerde haar wagen netjes in het hiervoor bestemde met wit afgeboord vak en zocht de ingang. De glazen deuren gleden geluidloos, als was ze van koninklijk allooi, voor haar open.
Ze keek zijn aankopenlijstje na.
Vier flessen wijn- rode- uit Portugal, twee zakken chips, zout. En een doosje olijven en fetakaas. Een feestje?
Een bruin boerenkramiekje, komijnkaas, eieren, choco en salami. Het avondmaal?
Donuts. Pizza. Suikerwafels. Kinderen?
Handzeep. Kruidenshampoo. Geen maandverband of inlegkruisjes. Geen vrouw?
Ze liep langs de verschillende togen en ging als een detective zijn gangen na, eindigend bij de groenten en die ene bloemkool die hij zich had aangeschaft. De gezonde jongen.
Het spel was gespeeld, ze keek naar haar eigen lege mandje en verdwaasd om zich heen.
Ze gedroeg zich als een idioot!
Wat had ze nu verwacht?
Dat hij als een Tita Tovenaar zou tevoorschijn komen als ze drie maal in haar handen klapte?
Dat hij zich verscholen hield tussen de wijnflessen tot zij zou opduiken met zijn boodschappenlijstje, hij haar wild zou nemen tussen de verse eieren en de geitenkaas met spek?
Naar wat was ze hier in godsnaam op zoek?
Uit pure frustratie kocht ze nog snel een modetijdschrift, twee appelen en een koffiekoek met zwartgeblakerde rozijnen die ze er maximaal uit zou pulken, en een pakje kauwgum om de nog resterende zwarte restjes later van tussen haar tanden te krijgen.
Ze stopte de bedelaar op de parking vijftig cent toe en deed een poging hem te overtuigen dat hij zich bij het plaatselijke OCMW moest aanbieden, dan had deze queeste op zijn minst toch iets goeds opgeleverd.

Ze zuchtte, kroop achter het zwarte en warmer geworden stuur van haar auto, en reed de twee kilometer terug naar haar werkplek.
Ze moest het anders aanpakken.

Op kantoor zette ze de computer en de kleine radio aan, gaf haar paswoord in en ging de internetsnelweg op.
"Zoekmachine, ga eens op zoek beestje, hup hup!" moedigde ze het scherm aan. Alsof het zou luisteren. Het was schijnbaar eigen aan vrouwen om te praten tegen elektronische toestanden, had ze ergens gelezen. Tegen de stofzuiger "we gaan het hier eens proper maken", tegen de afstandsbediening waarvan de batterijen bijna op waren "waarom werk je nou niet",en a fortiori tegen een man "waarom luister je weer niet".
Ze typte in: Lawrence, en kwam - niet geheel onverwacht - terecht op de website van de film met de Arabische woestijnadonis. En die van een acteur. En van een Libanees restaurant. Hij had wel zuiderse trekken. Maar neen, ze zou hem eerder Italiaans geraffineerd of Spaans warmbloedig noemen.
Het leverde niets bruikbaars op.
Ze gaf niet op en zou Hercules Poirot eens een poepje laten ruiken.
Ze typte in: Lawrence middag bloemen.
Er verscheen een passage uit een boek. Ze klikte en klikte en belandde via een link van een link bij een auteur uit Spanje en een verzameling korte verhalen. "Toen, nu en dan".
Het zegde haar allemaal niets.
Ze doorploeterde de zoekmachine met een plusteken tussen de zoektermen.Het ding sprak haar toe:
"Uw zoekbewerking heeft geen overeenkomstige documenten opgeleverd."
Niets, niente, nada.
Denk na, overtuigde ze zichzelf, wat had hij ermee bedoeld? Wie was Lawrence, en wat met die bloemen en die middag? Hoe kon ze hem terugvinden? Of was dat überhaupt zijn bedoeling niet geweest?
Bloemen.Andere poging.
Op het scherm verschenen adressen voor de aankoop van verse bloemen- en fruitmanden.
Waar moest ze in hemelsnaam 's middags bloemen halen?
"Leander!" riep ze naar het aanpalende kantoortje waar haar boezemvriendelijke collega zat. Hij was voor het eerst vader geworden, en haar gebrul zou hem zeker uit een semi - slaaptoestand halen.
" Jaaaaaaaa….", gevolgd door een luide geeuw, " this is Leander, alles voor jou en niets voor een ander."
" Denk eens na met jouw ene hersencel op sterk water. Als je bloemen zou kopen voor je vrouw, waar haal je die dan?"
" Maak je me daarvoor wakker?" gromde hij, "ze krijgt al genoeg aandacht van mij sinds de geboorte. Maar als je het echt weten wil, in de winkel, zou ik zo denken, of aan het tankstation. Maar in het laatste geval dan weet ze dat het toeval is dat ik er gekocht heb, en kan ik even goed niets geven. Tenzij ik ze zou bedrogen hebben. Maar dan zou ik er het geld niet meer aanhangen vermoed ik. Tenzij ik wroeging zou hebben. Moeilijk, moeilijk."
"En over de middag, waar ga je dan heen?"
" Lunchen, waarom? "
" Neen, voor die bloe-men!" riep ze uit.
" Pfff, dan ga ik daar écht niet naar op jacht, het is al erg genoeg dat ze me 's zondags meetroont naar de bloemenmarkt. Het enige fijne daaraan is dat we dan een aperitiefje kunnen drinken en een oester eten aan het kraampje op de hoek."
Zondag?
Ze kreeg het warm en koud tegelijk.
Bedoelde hij die bloemenmarkt?

Ze had ineens plannen voor het weekend, en ze glimlachte bij het vooruitzicht.


 

feedback van andere lezers

  • geertje
    Ik heb het moeten herlezen om het te kunnen plaatsen !
    mooi geschreven !

  • Das
    Bibliofiel! Prettig om lezen, annvanbyl!
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .