writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Vallen en opstaan - hoofdstuk 19 : Manuele therapie

door annvanbyl

19.


Haar aanstaande schoonmoeder had een idee gehad. Driewerf hoera! Zo af en toe blonk het grijze muizenmens toch eens uit in creativiteit, dacht Ellen oneerbiedig.
Voor het trouwfeest zouden ze kinderen inschakelen! Niet als traditionele bruidsjongens in een belachelijk kostuumpje-met-strikje en meisjes in een truttig bloemenjurkje.
Neen, dank u vriendelijk.
Maar als mini - obertjes en - dienstertjes die de gasten het welkomstdrankje zouden aanbieden.
Dat gaf de ontvangst een speels tintje en vond aansluiting bij hun idee van het non - conformistische jawoord.
Vader Lodewijk had snel de kosten-batenanalyse gemaakt. De accidentele tuimelbeurt van één dienblad witte wijn bleef nog net binnen de marge van het aanvaardbare. Dus stond het licht op groen.

Vier speelse ettertjes wou ze, die twee giecheltreesjes van even verderop in de straat, en haar neefje Simon.
Lena had haar, voor nummer vier, het telefoonnummer gegeven van Simons nieuwste beste vriendje, gezegend met een familienaam die het kind nauwelijks onthouden kon.
"Hannes Kweeniehoe ziet er een proper exemplaartje uit", had Lena er aan toegevoegd, "ik ken de ouders niet, je hoort het wel als je belt."
Het was een geruststellende gedachte dat het joch niet voortdurend in zijn neus zou pulken of op regelmatige tijdstippen de handoplegging in zijn kruisje zou doen.

Ze hoorde de telefoon rinkelen, of daar ging ze toch van uit. Het kon net zo goed de vijfde van Beethoven zijn die nu door een huiskamer schetterde, of een Vlaamse heerlijke meezingschlager die in China hoge toppen schoor.
Een zware mannenstem doorbrak het monotone signaal.
"Met Lawrence."
Ellen haspelde haar voorbereide verhaaltje af: ze was de tante - van - Simon, en of Hannes ook een handje wou meehelpen op haar trouwfeest?
"Heel beperkt allemaal," grapte ze, " maakt u zich geen zorgen, de arbeidsinspectie komt er heus niet op af."
Hij vond de idee charmant.
" Het is eens iets anders, daar hou ik ook wel van. Waar en wanneer vinden de feestelijkheden plaats, mevrouw?"
Ze noemde locatie, datum en uur.
"Dat is toevallig," doorbrak hij de stilte die even het gesprek had overgenomen, "een vriend van mij geeft er die dag ook een feest. Misschien kent u hem? Bart Puype?"
" Vrij intiem," lachte ze hartelijk, "waarbij het eerste woord ook een werkwoord is! Hoe ken je mijn aanstaande malloot?"
Hij lichtte het toeval bij en herinnerde haar aan de recente lunch met Bart. Ellen werd vriendelijk bedankt voor de eerder verzonden uitnodiging, maar hij moest helaas voor het grootste deel van de feestelijkheden verstek laten gaan. Voor het voeren van Hannes zou hij een andere bereidwillige ziel inschakelen, maar zo rond een uur of tien lukte het dan wel om zijn zoon zelf af te halen.
"Ik zie er naar uit om je eindelijk eens te ontmoeten, Ellen-van-malloot-Bart."
"Ik jou ook, Lawrence-vader-van-Hannes!" sloot ze af.

Meneer Kweeniehoe had het toevallige mooi verwoord vond ze."Iedereen kent iemand die een ander kent. En die kent weer iedereen."

Ellen rekte zich uit, propte een Luiks suikerwafelruitje in haar mond en noteerde zijn nummer in haar kleine zwarte telefoonboekje. Ze hield wel van het ouderwetse papieren gevalletje waarin ze de personalia noteerde van de ridders en deernen die ooit haar pad hadden gekruist.
Lang leven de romantiek van papier!
De namen riepen herinneringen op en projecteerden beeldfragmenten van haar verleden op haar netvlies.
De drie grote era.
"Jong en Onervaren": twee jaar.
"Ervaren zonder Bart": zeven wilde jaren.
"Sinds Bart": de getemde jaren.

Een gefrustreerd collegaatje had haar recent op een gezamenlijk boven-het-theewater-moment uitgedaagd met de vraag of Ellen nog wel wist met hoeveel mannen ze de lakens gedeeld had.
Ze was de uitdaging aangegaan en beginnen tellen en al vlug bleek ze over onvoldoende vingers aan haar twee handen te beschikken.

Haar eerste vriendje. Dat stelde niet veel voor.
Speekselvolle zoenen en wat gefrunnik bij het loshaken van haar witte kanten beha.
Pukkelkopje had later toegegeven dat hij met haar had aangepapt omwille van de omvang van haar roombotervlootjes. Ze was het enige meisje bij de jeugdbeweging dat het niet met schamele margarinekuipjes moest stellen en dat malse boezemvet stak de ogen uit.

Nummer twee, zeventien jaar. Ze waren in bed beland maar ze was prompt misselijk geworden bij het zien en voelen van zijn bedslang. Het hele gebeuren was dan ook op een sisser uitgedraaid.

Tijdens haar studies aan de hogeschool had ze een rijkelijk gevuld vrijschema gekend met bereidwillige vriendjes, klein en blond en groot en zwart, van rosse krullen tot millimetercoupes.
Ze was verliefd geworden op haar leraar zedenleer: een échte man, ervaren, getrouwd, met twee kleine kinderen, en een derde in de pijplijn.
In het kleine leraarskamertje, verscholen achter het leslokaal op de vierde verdieping, had hij haar meermaals op onzedelijke leerstof getrakteerd.
Tot zijn vrouw aan hem gesnuffeld had - er was toch wat met zwangere vrouwen en hun reukorgaan - en hem met haar vermoedens confronteerde.
Hij had de condooms aan de boom gehangen en zich in het keurslijf van brave huisvader gehesen.
Zij haalde goede punten voor het vak.
Hij wou haar in september duidelijk niet meer terugzien.

In het derde jaar was ze tijdens een uitwisselingsproject in Parijs verliefd geworden op een Franse militair waarmee ze een wilde kermisattractie en menig hotelbed had gedeeld.
Ze kreunde bij de gedachte: achtentwintig, gespierd en gepeesd, met een wasbordje voor en ferme kuitspieren onder.
Ze had zijn Franse woordjes als zoete broodjes geslikt en wist zijn creativiteit onder de lakens best te pruimen.
Toen ze de expertise later eens toepaste op een braver vriendje, had die haar stante pede verlaten. De handboeien had ze weggesmeten.

Ze had een verhouding gehad met haar tandarts (drilborig!), manuele therapeut (handig!) en apotheker (safe sex!). In de bergen met de skileraar, in de struiken met een Italiaanse gids, wilde standjes op de achterbank met de bestuurder van bus 70. Op de onderzoekstafel van de internist en mojito's en lijfsappen van en met haar salsaleraar.
Ze was hopeloos smoorverliefd geworden op een Nederlandse zakenman die haar de hemel beloofde maar de hel had getoond. Hij had haar met een gebroken hart achtergelaten voor een vrouw die wel van melk en zijn bitterballen hield.

Toen had ze Bart leren kennen.
Zachte sensuele Bart.
Begrijpende Bart.
Ook slome Bart.
En stinkende-tenen Bart.
Die haar niet overlaadde met dure cadeaus, maar haar wel een kaart stuurde met "get well soon" toen ze ziek in bed lag. Die zelfgemaakt rozijnenbrood voor haar meebracht, en haar liet lachen met zijn collectie Monthy Python en Blackadder - video's.
Met wie ze voor altijd een band zou hebben, alleen al door die speldenkop die in haar buik groeide.

Ze had geteld.
Zesendertig waren het er.
En daarbij zou het blijven.


 

feedback van andere lezers

  • duivelstrikje
    lang maar absoluut de moeite waard om het te lezen. Echt waaar heel mooi.
    liefs, fien
    annvanbyl: Bedankt Fien !
  • dichtduvel
    Wetenschappelijk is vastgesteld dat je het aantal bedgenoten voor vrouwen met 3 moet vermenigvuldigen en voor mannen door 3 moet delen. Ik vind dit een leuk stukje. J.
    annvanbyl: Maal drie, dat betekent gedaan met de monogamie ?! (hà)
    Bedankt voor de feedback Jef!
  • Vansion
    creatief taaltje - nooit vervelend
    annvanbyl: Bedankt An, hoe meer getover met woorden hoe meer vreugd hé...
  • Oscar_Childe
    Smaakt naar meer, aangename kennismaking met je werk

    jens
    annvanbyl: Bedankt Jens !
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .