writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Memoires van een jonge dorpsmuzikant. Deel 18.

door ERWEE

Epiloog

Op dinsdag 25 mei (1976) bracht ik mijn ouders op de hoogte van mijn beslissing. Verder gebeurde er die dag weinig.
Op woensdag 26 mei kwam er opeens leven in de brouwerij. Die avond zou er op tv een Europese voetbalfinale uitgezonden worden waarvoor ik reeds klaar zat.
Plots zie ik het VW-busje van de heer Theo Thaens voorbij snellen. Onmiddellijk achter hem ondervoorzitter Albert Warson in de eigen wagen. Er roerde dus duidelijk iets.

Op donderdag 27 mei, hoogdag van O.H.Hemelvaart, kwam mijn pa thuis van een in der haast samen geroepen spoedvergadering.
Tegen 14 uur kregen we het bezoek van Henry Op 't Steen. Na wat over en weer gepraat, sneed hij zelf het doel van z'n komst aan.
En René, hebt ge uw ontslag ingediend?, vroeg hij. Ik kon enkel bevestigend antwoorden. Dan kreeg ik van hem te horen dat er die ochtend inderdaad een vergadering was geweest.
Na een gesprek met vooral een lange uitleg van mijn kant, verzekerde de heer Op 't Steen me dat er zo vlug mogelijk naar een of andere oplossing gezocht zou worden.

Andermaal legde ik er de nadruk op dat het me allemaal niet te doen was om mijn eigen voordelen, doch, dat wel het voordeel van deze harmonie voorop stond in mijn denken.
Nadat hij mijn partituren gevraagd had, in verband met een te spelen concert, vertrok onze bezoeker.
Hier repliceerde ik nog met: "Waarom alleen mijn partijen? Ge kunt meteen alles meekrijgen."
Terwijl ik hem de gevraagde map overhandigde, antwoordde hij nog: "Laat alles nog maar eens in de kast hangen. Over dit alles is het laatste woord nog niet gezegd."

Enige weken later kwam ook de secretaris, de heer Leon Vanhal aankloppen. Na z'n uitleg over het doel van zijn komst, vroeg hij wat er zich precies had afgespeeld in die laatste week van mijn Sint-Martinuslidmaatschap.
Ik vertelde hem alles in een volgorde zoals ook hoger vermeld.
Hij trok er zijn conclusies uit, liet duidelijk blijken dat ook hij het evenmin eens was met diverse troebele praktijken van de heren Otten en Warson. Het werd een late avond.

Weer een poos later, een zondagmiddag. Bezoek van Jef Otten. Ik was op dat ogenblik niet thuis, maar trof hem bij mijn terugkeer alsnog aan in de woonkamer.
In het gesprek met de oudste zoon Otten liet ik duidelijk verstaan dat men op weg was om van de harmonie een vereniging van het zevendertigste knoopsgat te maken. Ik maakte hem duidelijk dat ik daar geen deel aan wilde hebben.
Omdat men toch geen aanstalten maakt om dit verval tegen te gaan, zo zei ik, is het voor mij het beste dat ik me terug trek uit de vereniging. Vanaf nu hoef ik al dat gehaspel niet meer mee te maken. Het zal mijn kouwe kleren niet meer raken.
Waarop Jef Otten: "Jamaar, we hebben toch altijd goede resultaten behaald op onze wedstrijden."
Ik: "Maar man toch, denkt gij nu werkelijk dat het spelen van muziek en een vereniging leiden ook maar iets te maken heeft met een muur vol Diploma's?"
Hij vertrok.

Omdat men blijkbaar niet inging op mijn vraag om alle attributen terug te komen halen, schreef ik de voorzitter nog een kort briefje in de hoop dat dan dit keer wel zou overgegaan worden tot deze actie.
Het moest nog februari 1977 worden eer het zover kwam.

=
Als jongen van twaalf trad ik toe tot een dorpsfanfare waar men roeide met de mensen en de middelen die er waren. Er heerste steeds een gezonde vriendschap. Toen de heer Albert Neven opgevolgd werd als dirigent door de heer Otten veranderde dat ook niet direct.
Omdat ik op een bepaald moment via studie van die hobby mijn beroep ging maken en een zekere carrière wilde uitbouwen, dacht ik ooit een stukje te kunnen terug geven van datgene wat ik aanvankelijk zelf had opgedaan aan kennis tijdens mijn eerste jaren in de vereniging.
Mijn doel was het deze maatschappij ooit uit een soort amateurisme te halen waarin ze gedurende zo'n vijftig jaren ondergedompeld was.
Door onbegrip en kleindorpse naijver kon en mocht dit niet.
In plaats van een beginnende carrière te stimuleren, zoals elders wel bleek te kunnen, heeft men hier enkel getracht mijn persoon te kelderen omwille van persoonlijke belangen.

Ik heb dit alles op papier gezet tussen de maanden mei en augustus 1977, aan de hand van de gegevens die ik in de loop der laatste jaren bijgehouden had.
Het schrijven van deze verhandeling eindig ik op 18 augustus 1977.

Getekend,
René Corvers.
=

Hans Otten, tweede zoon van, heeft de dirigeerstok dan inmiddels reeds overgenomen.
Over de tien jaar van zijn activiteiten blijft de idee van puur amateurisme tussen de rangen sluipen.

Mijn eigen werk heeft zich intussen op andere muzikale terreinen in gunstige zin ontplooid.
=

De huidige en meer professionelere gang van zaken bij de K.H. Sint-Martinus is te lezen op http://www.opgrimbie.be/harmonie/informatie

 

feedback van andere lezers

  • SabineLuypaert
    er kwam een kakafonische staart aan dienen Otten zen billen, zeker weten hahah
    en Reneeken ontplooide zich gunstig tot Mijnheer rene, ze gaan nog op hunnen neus kijken, kvoel het aan mijn blikje cola (smile)
    ERWEE: En ik voel het aan mijne Pistas/Cola puur.
    Ach, ze haalden hun slag thuis.
    Maar Ren? zeer zeker ook.

    Zeer bedankt!
  • Henny
    Groot gelijk en Otten blijft een kwal. Ik neem mijn petje voor je af dat je het zo lang volgehouden hebt.
    ERWEE: Je zit in zo'n groep, in een klein dorp. Wat doet zo'n Ren? dan?
    Uiteindelijk bleef de vereniging nog jaren aanmodderen.
    Nu, meer dan dertig jaren later, gaat het er zoals het hoort.

    Heb dit vooral hier geplaatst om wat tijd te hebben voor andere dingen. Volg ze. *hint*

    En heel erg bedankt om dit oud-modus verhaal te blijven volgen.
  • muis
    Hey Erwee,
    Als er in een vereniging, bedrijf of andere organisatie mensen zijn die per force hun eigenbelang willen verdedigen, hun status naar omhoog willen duwen door anderen te kelderen, dan komt er een sfeer zoals je hier omschreven hebt.
    Overal heb je 'Ottens' lopen, daar niet alleen.
    Rene heeft goed gehandeld. Hij heeft niet zijn eigenbelang en status verdedigd en omklemd. Rene heeft zijn eigenwaarde behouden. Het is goed dat hij die beslissing genomen heeft.

    Graag gevolgd en nu naar de andere verhalen:)
    groetjes
    ERWEE: Helemaal waar. Had natuurlijk ook met de periode te maken.
    Veelal oud modus bestuurlijk gedachtegoed etc.
    En Ren? wilde iets terug geven nadat ie van die hobby z'n beroep gemaakt had. Maar het sand . . . en het land . . . je weet wel.

    Zeer bedankt!
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .