writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

koffiedik kijken

door pisatelj

Herlinde zat op haar vaste plek. De klanten aan de andere tafels merkten haar nauwelijks op. Voor hen was zij een vlijtige studente die geconcentreerd een taak afwerkte. Wisten zij veel. Herlinde was iemand die absolute stilte nodig had om te kunnen studeren. Zo leek het misschien niet, maar het was wel zo. Ze zat gebogen over haar studieboek, met rechts daarvan een cursusblok. Haar hand stopte slechts met schrijven om even van haar thee te nippen. Die was meestal niet te drinken, omdat ze er al te lang zat en die thee heel die tijd bleef trekken. Niemand merkte op dat zij pagina na pagina vulde met steeds datzelfde woord van zes letters. Zes hemelse letters, die ze keer op keer uiterst zorgvuldig vormde, vooral dan de beginletter. Voortdurend deed ze haar best de letters mooier op papier te zetten.Het krassen van haar pen had een hypnotiserend effect. Ze pende en pende en ondertussen vergeleek ze de resultaten. Af en toe streek ze langs de naam en dan voelde ze zich tintelen over haar hele lichaam, voelde ze een warmte gloeien die uitstraalde vanuit het centrum van haar gespannen buik tot in de toppen van haar tenen. Ja, Herlinde koesterde een naam. Hij behoorde toe aan een jongeman die zij nooit gesproken had. Zijn naam had ze dan ook toevallig opgevangen. Al had toeval er misschien minder mee te maken, dan ze zelf graag wilde toegeven. Met de manier waarop zij gesprekken tussen hem en zijn vrienden opving, was weinig toeval gemoeid. Vandaag kwam hij niet op het verwachte uur door de deur schuin voor haar. Hij was al een dik kwartier te laat. Herlinde wipte zenuwachtig met haar been. Ze vroeg zich af waar hij bleef. Misschien liep zijn les uit. Hij kon blijven napraten zijn aan de trappen van zijn faculteit. Hopelijk niet met een knappe concurrente. Misschien had hij een dringende afspraak. Hij kon ook ziek in bed liggen. Ja, daar hield ze het liever op. De griep was in het land. Hij had die vast te pakken. De stakker. Ze stelde zich voor dat ze nu bij hem op bed zat, zweet van zijn hoofd depte, warme dranken voor hem bereidde en op tijd en stond de kussens achter zijn rug herschikte. De liefdevolle blik in zijn ogen was genoeg beloning voor haar zorgen. Ze verloor zichzelf in haar fantasie en schrok pas wakker toen ze tot haar verbazing merkte dat ze niet langer op papier schreef, maar op het hout van de tafel. Met een papieren zakdoek wreef ze de inkt van het tafelblad. Ze zuchtte diep. Zo af en toe stelde ze zichzelf vragen als: stel ik mij niet gewoon aan? Wat heeft dit eigenlijk voor zin? Zat ik niet beter te studeren op mijn kamer? Ze trok haar wenkbrauwen op en zuchtte nogmaals, dieper dan de eerste keer. Er viel weinig aan te doen. Ze kon de lokroep van het koffiehuis eenvoudigweg niet weerstaan. Dus zat ze er elke middag, van 12u15 tot tien minuten na zijn vertrek. Dat tijdstip varieerde. Soms verliet ze als één van de laatste klanten haar tafeltje, soms bleef hij niet veel langer dan een uur en dan was zij ook vroeg weg. Volgen deed ze hem niet. Zoveel zelfbeheersing had ze nog. Goed, één enkele keer was ze hem wel gevolgd. Maar dat was niet echt met opzet, want ze moest die dag sowieso zijn richting uit. Bij de faculteit psychologie was ze hem uit het oog verloren. Daar was hij binnengegaan. Zijn studiekeuze had haar interesse in hem enkel verhoogd. Zelf had ze ook graag psychologie gestudeerd, maar ze was er voor terugschrokken. Te moeilijk, redeneerde ze. In een richting als geschiedenis voelde ze zich meer op haar gemak. Voor het eerst die dag bekeek ze aandachtig haar studieboek. De oudheid was haar favoriete periode. Maar hier en nu kon ze enkel denken aan hem. Aan zijn fraai gevormde kaakbeenderen, zijn grote, recht neus, zijn zwarte krullen en zijn lichte, mokkakleurige teint. Hij was ongeveer tien centimeter groter dan haar. Net genoeg om zich dat beetje overweldigd te voelen en niet te veel om geen verrekking van haar nekspieren te riskeren. Ze glimlachte en streek haar rok terug in de plooi. Sinds kort lette ze meer dan ooit op haar kledij. Hij zag er immers altijd bijzonder verzorgd uit. Aanvankelijk had haar dat enigszins gestoord. Ze had hem net iets te afgelikt gevonden. Maar ondertussen was ze tot de conclusie gekomen dat hij, en hij alleen, er mee wegkwam. Hij zag er uit alsof hij elke ochtend twee uur onder handen genomen werd door een personal dresser, maar ze wist dat het bij hem gewoon van nature zo was. Ze vergaf hem zelfs de gouden, of alleszins goudkleurige, ketting die steevast om zijn hals blonk. Toen hij al meer dan twintig minuten langer uitbleef dan normaal, werd ze echt ongeduldig. Zijn vrienden waren er al. Ze zaten te kaarten op hun vaste plek. Haar gsm trilde. Een bericht van een vriendin: of ze geen zin had om langs te komen. De mama van de vriendin had een overmatige portie spaghetti meegegeven. Hulp om die te verwerken was meer dan welkom. Net toen ze een instemmend antwoord tikte, overviel haar dat ene specifieke gevoel. Alsof haar hart even dienst weigerde en iemand van binnen uit een trap tegen haar buikwand gaf. Daar had je hem. Gehaast duwde hij de deur open. Een dikke map onder de arm, piekfijn gekleed. De blos op zijn wangen, verraadde dat hij een bovengemiddeld drukke voormiddag achter de rug had.. Hij nam plaats bij zijn vriendengroep. Ze plaagden hem om zijn late aankomst. Zij kon merken dat hij niet in zijn gewone doen was. Haar handen knelden het studieboek stevig vast. Op haar gezicht verschenen fronsen van opperste concentratie. Niet weggelegd voor de oudheid, wel voor het gesprek op twee meter van haar. Ze ving een typisch jongensachtige conversatie op, doorspekt met bulderend gelach. Haar lachspieren werden niet geprikkeld. Ze oordeelde dat het om insiders ging waar zij de humor niet van in kon zien. Haar droomprins keek één spelronde werkloos toe en bestelde ondertussen een omelet en kamillethee. De volgende ronde sloot hij aan bij het spelgebeuren. Interessante details moest ze verder niet verwachten. Er was enkel zijn, ongetwijfeld in haar ogen, perfecte verschijning om zich aan te vergapen. Ze volgde de omtrek van zijn schouders, zijn adamsappel, de breedte van zijn rug. Spieren waarvan ze niet wist dat ze die had, trokken samen in haar dijen en haar buik. Ze verlangde er naar om aan zijn tafel te zitten. Om stiekem haar voet langs zijn been te laten strelen, terwijl niemand van het gezelschap iets in de mot had. Alleen zij twee zouden een veelbetekende blik van verstandhouding uitwisselen. Als hun ogen raakten, zouden ze niet langer afzonderlijk bestaan, maar samen nog slechts één wezen zijn, vervuld van geluk, verheven boven de rest, uniek. Het effect van haar vervoering was fysiek bijna pijnlijk voelbaar. Ze vroeg zich af of haar fantasieën niet schadelijk waren voor haar hart. Ze bedacht dat één aanraking van hem, haar geheel en al zou bezweren, verlammen, gevangen nemen. Opeens kreeg ze zin om naar het toilet te gaan. Niet omdat ze dringend moest, nee, gewoon om parmantig voorbij te kunnen paraderen. Ze voelde hoe haar huid deed wat zij verlangde. Haar vormen leefden op, leek het wel. Ze voelde hoe haar ogen schitterden en haar borsten vreemd spits naar voren staken. Meer dan ooit wiegde ze met haar achterwerk. Nooit eerder was ze zich zo bewust geweest van elk van haar bewegingen. Die halve minuut tot aan het toilet op de tweede verdieping, leken een eeuwigheid in beslag te nemen. Ze durfde niet te peilen naar het effect dat ze op hem had. Toen ze terug de trap afdaalde, stond ze zichzelf een blik in zijn richting toe. Ze fixeerde haar wijd gesperde pupillen op hem. Hij werd zich bewust van de onderzoekende ogen, keek op en glimlachte. Hij glimlachte? Hij glimlachte! Ze kreeg een opstoot van zuurstoftoevoer. Als ze durfde, was ze met twee sprongen op zijn schoot geland. Zo moedig was ze echter niet. Ze nam terug plaats aan haar tafeltje. Er verstreek geen minuut zonder dat ze haar blik op hem vestigde, in de hoop dat hij zijn uitnodigende gebaar zou herhalen. Die herhaling bleef echter uit. Spijtig, maar niet getreurd. Die glimlach van net had ze niet gedroomd. Onverhoopt volgde er nog iets veel beters. Het moest vast haar dag zijn. Wat ze geleidelijk aan begon te hopen, werd realiteit. Vriend na vriend rekende af en verliet het koffiehuis. Maar hij, hij bleef, tot hij alleen aan het naburige tafeltje zat. Dit was haar kans. Zoveel was duidelijk. Ze zocht opnieuw oogcontact. Alsof ze het scenario voor vandaag zelf geschreven had, kreeg ze dat ook. Niet te geloven, dacht ze. Nu nog een gesprek aanknopen en dan is het voor mekaar, niet dan? Ze overwoog duizend mogelijkheden om het woord tot hem te richten. Haar ogen stuiterden bijna op de grond toen hij haar voor was. Hij vroeg of ze noga lustte. In dit koffiehuis serveerden ze die zoetigheid bij zo wat alles. En of ze noga lustte, als hij het aanbood, lustte ze alles. 'Ja, graag', perste ze er overgelukkig uit. Hij kwam naar haar toe en overhandigde haar het piepkleine schoteltje, dat naast zijn tas stond. Ze bedankte en mat zich haar verleidelijkste oogopslag aan. 'Wat studeer je?', vroeg hij. Zijn stem klonk opvallend geïnteresseerd en enthousiast. Als ik nu wakker schiet in mijn bed, zal ik er vreselijk de pest in hebben, bedacht Herlinde, terwijl ze 'Ik zit in mijn tweede jaar geschiedenis' antwoordde. Hij zei dat hij zelf ook die richting overwogen had, maar uiteindelijk toch voor logopedie gekozen had. Dus toch geen psychologie, dacht zij. Hij zat in zijn derde jaar. Ze vroeg of hij op kot zat. Sinds vorig jaar pas. Net als zij. Ze wisselden onpraktische ervaringen uit die zij als gewezen pendelstudenten al te goed kenden. Het gesprek liep zo vlot, dat hij uiteindelijk aan haar tafeltje kwam te zitten. Hij verhuisde zijn rugzak en zijn thee en kwam recht tegenover haar te zitten. Van dichtbij kon ze merken dat hij sproetjes had. Ze vond hem er enkel knapper door. Het gesprek meanderde richting familiale gegevens. Om de één of andere reden vinden mensen het altijd razend belangrijk om te weten of een nieuwe kennis broers of zussen heeft. Herlinde was enig kind. Hij vroeg of dat niet saai was. 'Soms', zei ze en dacht 'meestal.' Hij had twee broers en één zus. Allemaal ouder dan hem. Een belerende stem in Herlinde's hoofd trok ongevraagd twee conclusies: a: statistisch gezien kon hij niet de slimste zijn thuis b:als jongste was hij vast door en door verwend. Verwend was zij als enig kind ook, dus daar hadden ze weer iets gemeen. Ze voelde zich steeds beter op haar gemak. Het voelde vreemd vertrouwd aan om met hem te praten. Hij hield het gesprek verrassend goed op gang. Tegen de doorsnee jongen had ze meestal niet zo veel te zeggen. Toen ze het onderwerp film aansneden, gebruikte ze dat als aanleiding voor een afspraakje. Ze wilde subtiel, maar duidelijk genoeg, suggereren dat hij haar altijd kon uitvragen, dat ze zeker niet zou weigeren. Midden in haar zin: 'je moet maar eens iets laten weten, 's avonds heb ik meestal tijd', keek hij op zijn klok. Ze vroeg gealarmeerd: 'Moet je weg?' 'Nee, hoor, ik verwacht gewoon iemand. O kijk, daar heb je hem.' Jochen, want zo heette haar droomprins, sprong uitgelaten recht. Er kwam een jongeman op hun tafeltje af. Hem vond ze ook knap, al was hij een totaal ander type dan Jochen. Hij was een stuk kleiner, aan de tengere kant en zag er erg onuitgeslapen uit. Voor Herlinde had hij iets gekwelds over zich. Net een getormenteerde dichter, dacht ze, een poète maudit. Jochen stapte op hem af, het gezicht van de nieuwkomer klaarde op, zijn ogen begonnen te stralen. Herlinde bereidde zich voor op een betere kennismaking. Een vriend van Jochen wilde ze uithoren, want die maakte deel uit van zijn leven en van zijn leven wilde ze het kleinste detail kennen. In haar hersenen trok op dat moment iemand aan de noodrem, leek het wel. Haar hoofd voelde aan als één stekende, elektrische impuls. De twee jongens voor haar neus, kusten. Ze kusten elkaar vol op de mond, woelden door elkaars haren. Jochen tilde zijn vriend zelfs even van de grond in een stevige omhelzing. Het paar draaide zich naar haar toe. 'Dit is mijn vriend, Henry. Hij studeert Germaanse.' Ze knikte hem hartelijk toe en richtte zich half op. Henry stak beleefd zijn hand op. Jochen verontschuldigde zich. Ze moesten er vandoor, anders kwamen ze te laat voor de film. Ondertussen was het inderdaad kwart over twee. De eerste voorstellingen startten om half drie. Jochen zei dat hij het leuk gevonden had. Zij beaamde. De twee verliefde jongens liepen hand in hand de cafetaria uit. Ze wist niet wat ze voelde. Alleszins liever dit dan verliezen van vrouwelijke concurrentie. Haar blik viel op haar volgeschreven cursusbladen. Ze schudde afkeurend haar hoofd en stopte haar spullen weg. Ik word nooit nog verliefd. Echt, ik zweer het. Die onzin hebben we wel gehad, preekte ze tot zichzelf in gedachten. Ze wilde haar tas nemen, toen er iemand op haar schouder tikte. Achter haar stond een verlegen student, nogal een sloddervos, te oordelen naar zijn voorkomen. Ze kreeg een zenuwachtig uitgeroepen 'hey' te horen en dan 'je zult dit wel raar vinden, maar ik zou graag jouw naam weten.' Ze nam hem beter op. Nogal schuchter, maar best lief, niet meteen een modekoning, maar geen freak, luidde haar oordeel en dus zei ze haar naam. Hij had te laat gezien dat ze op het punt stond te vertrekken, maar stelde toch voor om nog iets te drinken. Ze stemde toe. Hij bestelde twee milkshakes zonder verder haar mening te vragen. Dat was onverwacht. Dat soort directheid kon ze wel appreciëren. Hij vuurde de ene vraag na de andere af. Ze merkte dat hij vaak correct haar antwoorden raadde, vóór ze haar zin afmaakte. Zijn schuchterheid hield nog ongeveer een kwartier stand, daarna merkte ze tot haar verbazing dat de rollen keerden. Zij was opeens te verlegen om hem in de ogen te kijken. Als ze die angst overwon en het toch deed, trok er een aangename golf spanning door haar heen. Verdoofd wisselde ze telefoonnummers met hem uit. Voor ze het goed en wel besefte had ze toegezegd met een etentje, de volgende dag, op zijn kot.
De week erop vroeg een vriendin hoe het met Jochen zat. 'Wie?', vroeg Herlinde. 'Nou, die jongen die je zo waanzinnig knap vindt en die je steeds toevallig tegen het lijf loopt.', reageerde die vriendin. 'O, die bedoel je, zei Herlinde mat en ongeïnteresseerd,' Geen idee. In geen tijden meer gezien. Ik verkeer nu met Bruno.Heb ik dat niet verteld?' 'Bruno? Hoe lang ken je die?', wilde de vriendin, ondertussen de hysterie nabij, weten. 'Een dag of vijf zes', antwoordde Herlinde. Haar ondeugende blik, maakte de vriendin pas echt nieuwsgierig. 'En jullie zijn al een koppel? Hoe kan dat? Vertel!' 'Ik weet het niet', zei Herlinde oprecht. 'Het is net of hij precies weet hoe hij me moet aanpakken, alsof alle juiste knopjes indrukt. Ligt misschien aan zijn studies.' 'Wat studeert hij dan?', vroeg de vriendin met grote ogen. Herlinde dacht aan de vanzelfsprekendheid waarmee hij haar gekust had en die zelfde avond meteen elke barrière tot verdere stappen vakkundig had gesloopt. Ze betwijfelde eerlijk gezegd of zijn studies er wat mee te maken hadden. Uiteindelijk keek ze haar vriendin aan en antwoordde ze: 'psychologie'. 'Psychologie', herhaalde de vriendin plechtig, alsof ze de sleutel tot een onmogelijk raadsel overhandigd kreeg. Ze wandelden verder en staken een straat over. Halfweg het zebrapad groette Herlinde een breed glimlachende jongeman in een stijlvolle lange regenmantel. De vriendin legde stevig haar arm om Herlinde. 'Wow, wie was dat?', vroeg ze, 'een regelrechte moordvent, vind je niet?' 'Dat is Jochen. Hij mag van jou zijn.', antwoordde Herlinde. 'Echt?,' vroeg de vriendin verrast. 'Echt. Als je hem wilt leren kennen, hij zit elke middag in het koffiehuis op die hoek daar.' De vriendin draaide zich om en tuurde geconcentreerd in de verte. 'Dan moet ik daar maar eens langs gaan, dank je voor de tip.' Herlinde liep snel enkele meters voorop en proestte het uit. Bruno zou het vast ook grappig vinden. Ze kon niet wachten om terug naast hem te liggen en de hele nacht samen te lachen.

 

Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .