writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Kansberekening

door emmer

Kansberekening


'Toeval.' Frank keek me aan. 'Puur stom toeval.'
Hij sprak de woorden nadrukkelijk, met korte tussenpauzes uit, zich bewust van het belang dat elk woord met zich meedroeg.
Ik luisterde geboeid.
Eenmaal Frank op dreef raakt, is hij nog maar moeilijk af te stoppen, wist ik en ik deed dan ook niet de minste poging om iets in die zin te ondernemen.
'Weet je wel hoe klein de kans is dat we hier vandaag op deze wereld rondlopen?'
Hij keek me even verwachtingsvol aan. Het antwoord op een retorische vraag dient niet gegeven te worden, maar desondanks schudde ik met open mond neen. Hij lachte dat zelfingenomen lachje dat ik zo vaak had gehoord - ik verafschuwde het, al had ik hem dat nooit verteld.
'Ik ook niet! Toch niet echt. In percenten en zo, bedoel ik. Maar die kans is klein. Heel klein. Belachelijk klein, zou je kunnen zeggen.'

Hij nam een bestofte stoel weg van de tafel en plaatste hem omgekeerd voor me. Hij ging zitten, de benen schrijlings over de zit en de ellebogen steunend op de rugleuning.
Even keek hij me vorsend aan. Het genot zijn toehoorder totaal onder controle te hebben sprak uit heel zijn houding. Hij peilde maar vond geen noemenswaardige tegenstand. Zo ging het altijd. Nooit vond ik de juiste woorden of kon ik mezelf een houding geven die een afdoend antwoord was op zijn overwicht.
Hij haalde het pakje sigaretten uit het borstzakje van zijn hemd. Nauwgezet tikte hij voorzichtig het omgedraaide pakje op de rugleuning van de stoel tot één sigaret te voorschijn kwam. Hij viste ze tussen duim en wijsvinger op en stak ze tussen de lippen. Opnieuw keek hij me aan, de sigaret bungelend in een mondhoek van zijn geamuseerde glimlach, terwijl hij uit het schijnbaar niets een aansteker tevoorschijn toverde. Het was pose, het was pure berekening. Het was als een ingestudeerd toneeltje dat hij opvoerde, misschien overdreven, maar je moest wel in bewondering staan voor de manier waarop hij het deed. Hij deed waar anderen nooit mee weg zouden komen, en hij deed het met brio.

'Nemen we een eenvoudig rekensommetje. Machten van twee, iets waar iemand die wat van computers afweet geen probleem mee mag hebben. Binair tellen en zo, weet je nog?'
Ik knikte maar deed er verder het zwijgen toe.
'Je hebt je vader en je moeder. Dan je grootouders, overgrootouders, betovergrootouders en zo verder, weet ik veel hoe ze die verder nog noemen. Elke generatie verdubbelt het aantal voorouders dat je hebt. Tel maar mee.'
Hij hield zijn hand in de lucht, vuist gebald met alleen de duim vrij.
'Eén.'
'Twee', antwoordde ik.
Hij keek me verwonderd aan.
'Nee, je hebt het nog niet helemaal door. Voor alle duidelijkheid: jij telt ook mee. Jij bent dus de eerste generatie, je ouders twee, en zo voort.'
De sigaret maakte ongeduldige wipbewegingen in zijn vrije hand.
'Opnieuw! Eén!'
'Eén.'
'Twee!'
'Twee.'
'Drie!'
'Vier.'
Hij knikte instemmend.
'Goed zo, je hebt het door. Vier!'
'Acht.'
Hij toonde met de volle hand het getal vijf en stak de sigaret terug tussen de lippen.
'Zestien.'
Met beide handen vervolgde hij het rijtje generaties en ik dreunde plichtsbewust alle tweedemachten op tot tien.
'Vijfhonderd twaalf.'
'Reken verder maar met duizendtallen, dat werkt makkelijker. Of nee, stop maar. Ik denk wel dat je het idee een beetje vat en ik kom anders toch handen te kort.'
Hij grinnikte om zijn zelfgemaakt grapje. Hij bracht zijn hoofd nu dichter bij het mijne, de armen gekruist op de lening van de stoel. De sigaret smolt weg tot een kegeltje as ontstond dat hij zwijgzaam met een tikje van zijn vinger bevrijde. Hij keek de vallende as na en wreef ze met de zool van zijn schoen op het beton uit tot lelijke zwarte spoortjes.
'Als je twintig generaties terug gaat, dan heb je bijna een miljoen voorouders, wist je dat? Het klopt natuurlijk niet helemaal, want af en toe zitten er wel eens dezelfde tussen, maar ik wil dat je een begrip krijgt van de orde van grootte van die dingen.'

'Stel je voor dat er maar één klein voorval gebeurt. Dan verandert alles. Jij zou hier nooit geweest zijn.'
Toen Frank me aankeek leek het even alsof ik me schuldig moest voelen omdat ik hier zat, levend en wel, het resultaat van de vereniging van één miljoen voorouders.
'Het is helemaal niet zo moeilijk om het je voor te stellen. Je weet dat grootvader in de eerste wereldoorlog gevochten heeft, niet?'
Ik knikte. Het was een onuitwisbaar feit uit onze gemeenschappelijke geschiedenis.
'En vader in de tweede. Je kunt je voorstellen wat er allemaal in zo'n oorlog gebeurt! Je hoeft maar even op de verkeerde plaats te zijn en bam!' Hij sloeg met gebalde vuist in de palm van zijn andere hand om zijn woorden kracht bij te zetten. 'Kogels vliegen je om de oren, constante dreiging van de vijand, zowel aan het front als daarbuiten. Nee, makkelijk kan het niet geweest zijn. En dan spreken we nog maar over die goeie ouwe twintigste eeuw.'
Frank was weer opgestaan en ijsbeerde voor me op en neer, hoofdschuddend. Zijn stappen echoden in de enorme leegte van de hangar. Hij stak van wal voor een monoloog over de eeuwen ervoor. Over honger en ontbering, over kindersterfte en gebrekkige medische zorg en kennis. De tachtigjarige oorlog die drie generaties in zijn wurggreep hield.

Hij staakte zijn betoog en liep achter me langs. Ik voelde de druk van zijn handen op mijn schouders toen hij voorover boog en zijn mond op gelijke hoogte met mijn oor bracht.
'Snap je dan niet broertje, dat we gebaseerd op onze afkomst, dezelfde kansen hebben?'
Hij verstevigde de greep op mijn schouders. De regelmaat van zijn ademhaling was bijna tastbaar.
'En snap je dan niet dat er maar een kleinigheidje nodig is om mijn kansen te doen toenemen, en die van jou finaal te kelderen? Als jij er niet meer bent, verdubbelen mijn kansen.'
Ik probeerde wanhopig om mijn armen te bevrijden uit de boeien waarmee hij me aan de armleuningen had gebonden. Hij kneep even in mijn schouders voor hij zijn handen terugtrok.
'Doe geen moeite, ouwe jongen. Jij gaat nergens heen. Nog even geduld, ik heb hier een mooi plaatsje voor je. Morgen gaat heel dit bedrijventerrein tegen de vlakte, met jou er bij. Sorry, maat.'

Het laatste wat ik voelde was het staal tegen mijn slaap. Je leest wel eens van die onzin in verhalen over het koude staal van een revolver, maar ik spreek uit ervaring als ik zeg dat het allemaal wel mee viel. Ik kan me niet herinneren dat ik het schot gehoord heb, of dat ik de kogel heb gevoeld die mijn hersenen binnendrong. Hoe dan ook, het doet er allemaal niet meer toe. Alles is voorbij.


Epiloog.

Hoe groot is de kans dat je je van dag vergist - tot slot van rekening zijn er maar zeven dagen in de week? Hoe groot is de kans dat als een man in blauwe overall en een knalgele veiligheidshelm op het hoofd in zijn walkietalkie 'All clear' zegt, alles niet clear is? Ik weet het niet.
Wat ik wel kan vertellen is dat de kans groot is dat wanneer een andere man met een blauwe overall en al even knalgele veiligheidshelm op het hoofd het juiste signaal krijgt, hij instinctief op de rode knop duwt. Ze zijn er op getraind. Trainen verhoogt de kans op de juiste reflex.

Frank sloot de zware metalen poort van de hangar en liet me voor dood achter. Met een vastberaden gebaar trok hij de revers van zijn vest in de juiste plooi en sloeg de een paar wolkjes stof van zijn broek. Het zacht gefloten wijsje dat hij inzette werd overstemd door de eerste explosies.

 

feedback van andere lezers

  • Liesje
    deze tekst laat me echt wel nadenken... knap hoor... heel sterk staaltje schrijven!
    emmer: Bedankt Liesje!
    Wordt waarschijnlijk vervolgd met nog een verhaal in dezelfde richting...
  • lin
    Goed geschreven verhaal van een wrede actie uit een zieke geest ontsprongen. Enkele opmerkingen:
    -laatste zin: en sloeg de een paar wolkjes... "de" kan weg?
    -bevrijde -> bevrijdde
    -de sigaret bungelend in een mondhoek van zijn geamuseerde glimlach, -> kan een sigaret bungelen in de mondhoek van een glimlach?
    Dit zijn slechts kleinigheden hoor. het verhaal is goed opgebouwd. het duurt even voor je door hebt dat het om 2 broers gaat. Fascinerend eng..
    Groetjes, lin
    emmer: Heel juist gezien, Lin! Je mag je tekst een aantal keer herlezen, en toch zie je er steeds weer over.
    Wat die glimlach betreft, 't lijkt eigenaardig, maar ik vond geen andere elegante manier ;o)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .