writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Roman-in-wording .7

door RudolfPaul

'Deze rolstoel is maar iets tijdelijks,' zei Kees terwijl hij naar een van de tafeltjes reed. 'Over een paar maanden hoop ik weer normaal te kunnen lopen.' En hij vertelde Johan over het auto-ongeluk, veroorzaakt door zijn vader, dat hem bijna zijn benen had gekost.
'Nu zit ik de hele dag thuis achter m'n computer. Met een vriend en studiegenoot run ik een website voor aanstormende journalisten zoals wij en voor schrijvers met literaire ambities. Maar het is hopeloos - één en al flatspoeperij van gedichtjes krijgen we. Het is alsof iedereen met wat taalgevoel maar zonder het greintje fantasie dat nodig is om een verhaal te bedenken, besloten heeft om dan maar in godsnaam gedichtjes te schrijven en die op onze website te flatsen. Steeds minder verhalend proza krijgen we en al helemaal geen journalistiek werk. Ik begrijp er niks van, er zijn in ons land toch zo'n 600.000 mensen bezig met het schrijven. Het moet haast wel dat dat 599.980 flatspoepers zijn die continu gediggies produceren en dat er slechts 20 echte schrijvers onder hen te vinden zijn die zich bezighouden met het schrijven van een roman, een verhalenbundel of een journalistiek stuk. Die enorme meerderheid is als een gigantische wolk overvliegende meeuwen die onze website er van onder tot boven onderflatst. Één meeuw, een dier dat duidelijk aan een maag of darmstoornis leed, de plaatselijke kampioen flatspoeper, hebben we jammerlijk moeten afschieten om hem uit zijn lijden te verlossen. Nou ja, ons lijden eerlijk gezegd. Wel 20 keer per dag kwam dat zieke beest overvliegen om juist op ons stekkie zijn flats te deponeren. Echte schrijvers, i.e. prozaschrijvers bleven op den duur uit zijn buurt. Maar alle andere flatspoepers bleven steeds komen, nu nog, een ware plaag vormen ze. Soms zit ik voor m'n computerscherm te vloeken en te tieren: opsodemieteren! scheer je weg! Maar niets helpt, het is om moedeloos van te worden, vind je ook niet?'
'Ik weet het niet... ik heb van m'n leven nog geen computer aangeraakt. Ik heb een hekel aan dingen met knopjes.'
'Behalve die serveerster daarginds dan,' grijnsde Kees. 'Ik zag wel hoe je zoëven toen we binnenkwamen naar haar tieten loerde. Tsja, het is voorjaar en er komen weer knopjes aan de bomen en jonge vrouwen. Wat zullen we drinken?'
'Ik kom hier niet graag,' zei Kees terwijl hij zichzelf tegen een formica tafeltje rolde. 'Die domme griet die je daar ziet bij de kassa, dat is Greet. Die ken ik nog van de lagere school. Een ontiegelijke pestkop was ze. Greetje Rijksdaalder, zo noemden de jongens op de lagere school haar. Omdat ze het deed voor een rijksdaalder, zeiden ze. Ik weet niet of dat waar was. Greetje Riks. Of Greetje Naaigaren, omdat ze goed in handwerk. Ook wel Greetje Naaigaarne. Ze werd altijd gepest en reageerde dat dan af op mij. Toen ik naar de middelbare school ging dacht ik eindelijk van haar af te zijn maar nee hoor, ook daar heeft ze mijn eerste schooljaren, van de brugklas tot en met de tweede, vergald. Daarna ging ze van school af en nu werkt ze hier. Ze doet nu net of ze me niet kent. Als ik hier kom probeer ik haar altijd aan het lachen te maken maar dat is me tot nogtoe niet gelukt. Een diep ongelukkig kind, misschien omdat ze een geadopteerd was.'
'Ik ben zelf ook geadopteerd,' mompelde Johan. 'Maar ik zou mezelf niet diep ongelukkig noemen. Gewoon een beetje ongelukkig af en toe.'
'O, sorry. Ik bedoelde er niks mee.'
Kees staarde hem ernstig aan en vroeg: 'Hoe kom je aan die eigenaardige tongval, kom je uit het zuiden, Limburg of Brabant of zoiets?'
'Zuidelijker,' lachte Johan.
'Belgie?'
'Nog zuidelijker: Australië. Wagga Wagga. Ooit van gehoord?'
Kees schudde zijn hoofd. 'Wat neem jij, John?'
'Noem me liever Johan, zo heet ik eigenlijk. In Wagga Wagga, waar ik woonde tot ik het huis uit ging, noemde ik me John. Het is maar een letter verschil.'
'Wagga Wagga,' zei Kees voor zich uit terwijl hij de menukaart raadpleegde. 'Wagga wagga wagga wagga. Prachtig toch die Aboriginal namen.
'Wagga wagga wagga wagga. Prachtig toch die Aboriginal namen. Ken je nog meer van zulke plaatsen?'
'Tumbarumba. Cootamundra. Murrumburrah,' noemde Johan op. 'Allemaal plaatsen waar ik zelf wel eens ben geweest, niet ver van Wagga Wagga. Verder heb je nog Yarrawonga, Wodonga.'
'Prachtig!'
'Wollongong, vlak bij Sydney. Toowoomba, dicht bij Brisbane.'
'How maar op; hoe onthoud je zulke namen?'
'Thuis had ik naast mijn bed een grote kaart van Australië; daar keek ik altijd naar als ik weer niet kon slapen.'
'Goed, wat neem jij, Johan.
'Dit is toch een visrestaurant? Hebben ze hier fish and chips, of iets wat er op lijkt?'
'Vast wel. Zelf neem ik een broodje zwarma met een pittig sausje.'
Een zuur- en onverschilligkijkend meisje was bij hun tafeltje komen staan. Ze keek over hun hoofden heen naar buiten. Johan keek naar haar en vroeg zich af of zijn moeder ook zo'n doodongelukkig meisje was geweest dat zich had weggegooid. Aan een gesjeesde priester. 'Doe hem maar een lekkerbefje met patat en voor mij een broodje sperma,' zei Kees.
Het meisje vertrok geen spier en schreef iets op in haar notitieblokje. Ze draaide zich om en liep weg. 'En twee koffie,' riep Kees haar na.

 

feedback van andere lezers

  • Vansion
    Na Honingtante , Ilona en Charlotte begin ik dit te lezen. Met plezier. Je schrijft geen flatspoeperij dus. Al zou ik het soms anders doen.

    In de directe rede-paragraaf van Greetje staan twee onafgewerkte zinnen. Die van het handwerk en de laatste. Niet dat dat zo belangrijk is. Maar ik weet dat je zo'n dingen altijd beter bij een ander opmerkt dan in je eigen teksten.




Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .