writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Ochtendmist

door jack

I

Hij wordt wakker tussen kleurloze dekens. Keert zich om en drukt het onwelkome geluid van de wekkerradio uit. Nog even plafondstaren, kijken of het patroon van scheurtjes boven het bed onveranderd bleef, die nacht. Een bromvlieg, nog steeds op dezelfde plaats.
Dan: de korte pijn. Lakens weg, benen uit bed. Blote voeten op het dikke ikea-kleedje dat het winterse opstaan moet verzachten. Hij kijkt naar zijn tenen, wiebelt ze heen en weer, geeuwt. Daarbij grijpt hij altijd even naar zijn neus, met rechterwijsvinger en -duim. In één beweging wrijft hij de slaap uit zijn ogen en gaat door zijn weerbarstige haar. Een diepe zucht, en dan recht.
Eerste werk: de verwarming aan. Twee: het koffiezetapparaat, dat aan één aanraking genoeg heeft om vriendelijk te beginnen spinnen. In een hoek, op een stoel, zijn grijze kleren en eronder, witte sportschoenen. "Snel zijn is de boodschap", mompelt hij. Zijn hoofd schiet tevoorschijn uit de trui, rood aangelopen. Evenwichtsoefening met de broek. Ochtendgymnastiek. Wasverzachtergeur.

Vervolgens een snelle stop in de badkamer. Hard wit licht. Vast ochtendritueel: hij leegt zijn blaas, plenst een beetje water in zijn wasbleke gezicht, en dan, een kleine toegift aan de ijdelheid: kneedt enkele klodders wax door zijn haren. Poetst met kleine ultrasnelle bewegingen zijn tanden: Colgate, pepermuntfris, wast witter dan wit! Toch heeft Colgate geen vat op hem, zoals vele dingen. Tot slot een monsterende blik in de vlekkeloze spiegel, et voilà. Zijn zelfingenomen kin steekt licht vooruit. Niet zijn hele onderkaak, maar slechts het puntje van zijn kin, zoals het puntje van een wipneus naar boven neigt. Zoals zijn wipneus. Harde rechte wenkbrauwen, aërodynamisch, laag boven zijn ogen.

Op de ontbijttafel een broodzak die er wekenoud uit ziet, het papier zacht geworden van het vele open- en dichtfrommelen. Desondanks is het brood geurig vers. Met een omweg langs het koffiezetapparaat om zijn tas koffie te nemen, loopt hij om de tafel en gaat zitten. Een kleine ronde houten tafel. De koffie schuift hij van zich af. "Dat drink ik niet", bromt hij.

Buiten dekt een stille deken zijn geboortedorp toe. Als hij zou praten zou zijn stem dof klinken, tijdelijk van zijn flonker ontdaan. Ochtendhees en toegedekt, zoals buiten, de velden, door de mist en het straatverlichtingslicht dat tot laat in de voormiddag zal blijven schijnen.

Hij staat op van de ontbijttafel, legt de broodzak weer in de brooddoos en laat de rest staan, de koffie al halfkoud. Nog een fles water in zijn rugzak, grijze jas aan, lichten en verwarming uit, kaki rugzak op de linkerschouder en de deur uit. Uit een zakje vooraan op zijn rugzak neemt hij zijn sleutel en maakt de deur vast. De oude houten trap af, de buitendeur open. De koude natte lucht slokt hem op, doet hem rillen. De oude kale boom naast het huis waarin zijn kamers zich bevinden, kreunt en steunt, opgelucht dat het weer dag wordt. "Dag wortelboom", zegt hij. Hij steekt schuin de straat over en neemt de autosleutel uit zijn rechter broekzak, maakt zijn auto los en gooit de rugzak op de passagierszetel terwijl hij instapt. Hij wrijft in zijn handen en blaast ze warm. De gladde stof van zijn grijze trainingbroek glijdt aangenaam over de autozetel. Dan, de wakkere klik van de autogordel die vast gaat, en de motor en tegelijkertijd de radio aan. Lou Reed.

En zo vertrekt de jongen alweer, zoals elke ochtend, naar alweer een dag zinloos niets. De wortelboom wacht op zijn terugkeer.



II

Uit het nutteloze niets aan de rand van zijn wereld, doemt de auto van de jongen op. Koplampen doorprikken het vroege mistige schemer. Het is 16u32.
Binnen vliegt de bromvlieg lemniscaten van blijdschap, maar stopt abrupt bij het horen van het dichtslaan van zijn autoportier en zet zich schrap om elke handeling van de jongen uiterst accuraat te registreren.

Hij doet de auto op slot en houdt de sleutels in zijn rechterhand om de voordeur aan de zijkant van het huis open te maken. Rillend van kou, ziet hij de wolkjes van zijn adem vervliegen en trekt zijn grijze sjaal strakker om zijn hals. Zinloos, want over enkele seconden zal de warmte van het huis hem overvallen. Hij stapt binnen, veegt zijn voeten af aan het voor de voeten liggende kokosmatje en duwt terwijl de deur achter zich dicht. Dan blijft hij even staan, verward, alsof hij iets is vergeten. Dwaas haalt hij zijn schouders op en gaat de houten trap op, naar zijn kamers. Maakt alweer een deur los, stapt binnen, opgelucht, stopt de sleutels in zijn rechterbroekzak, leunt achterover tegen de binnendeur en kijkt rond. De vlieg op haar gewoonlijke plaats, boven het bed. Hij duwt zich van de deur af, zet zijn kaki-groene rugzak in de hoek naast de deur, doet zijn grijze jas uit en hangt ze aan de kapstok naast zijn zwart-met-grijs-geruite winterjas van het in bepaalde kringen erg in trek zijnde merk G-Star Raw. Laat zich achterover op bed vallen, vouwt zijn handen achter zijn hoofd en zucht. Het lijkt wel of de vlieg hem aankijkt, bijna onzichtbare blauwe lichtjes in haar onmiskenbaar intelligente facetogen.

Dan, opeens, 2 luide tikken tegen het raam. Het zijn de takken van de wortelboom, die hem eraan herinnert dat hij hem vergat te begroeten bij zijn thuiskomst. "Sssssssssssssjt", zegt hij, bijna troostend. Daarbij steekt zijn bovenlip vooruit, bolt op, alsof hij "Fffffffft" zegt, en zo klinkt het ook een beetje. De boom wordt weer stil.

Hij kijkt voor zich uit en denkt na over de voorbije dag: de eindeloze rijen, de gezichten, de loodgrijze lucht. Na enkele minuten realiseert hij zich dat hij het weer koud krijgt, staat recht, loopt naar de thermostaat op het hoekje naast zijn inbouwkeuken, zet de draaiknop op 20°, en gaat zitten op een stoel aan de keukentafel. Er ligt een schrijfblok met blauwe kaft. Hij staat weer recht, loopt door de kamer, naar de hoek naast de deur en neemt een blauwe pen met opschrift "Le coq sportif" uit de pennenzak in zijn rugzak. Gaat weer zitten en begint te schrijven. In het midden van de tafel staat een tas koudgeworden koffie. Hij houdt op met schrijven, kijkt lang en aandachtig naar de tas, zegt "Schol, makker", vermoedelijk tegen zichzelf, of tegen zijn levensgezel, het Niets.

De klok van het dorpskerkje slaat 14 maal. Wat een mooi toeval, denkt hij, en grinnikt. De rimpels naast zijn ogen lachen niet mee, dit keer, zo grappig was het nu ook weer niet.

Buiten wordt het donker. Hij buigt het hoofd en schrijft verder.




III

Hij wordt wakker, gedesoriënteerd, maar bij nader inzien gelukkig toch in zijn eigen bed. Hij kijkt opzij naar de wekkerradio: het is 7u14. Over minder dan één minuut zal dus de wekkerradio zijn dagelijkse, ondankbare taak vervullen.
Hij legt zich op zijn rug, vouwt zijn handen op zijn buik en kijkt sereen naar boven, zoals Nonkel Sjaak, de laatste keer dat hij hem zag. Daar ontmoet zijn blik de vlieg, temidden van een web van scheurtjes. Alles in staat van paraatheid om de dag te beginnen. Het wordt 7u15 maar de wekker blijft stil. Gelukkig, denkt de jongen, het irritantste geluid van de dag wordt me alvast bespaard. Zijn mond staat onbeweeglijk recht, dichter bij zijn neus dan bij zijn kin, met loodrecht erop zijn, op momenten als dit, nogal uitgesproken filtrum. Bij de gemiddelde mens bestaat dit uit twee licht gebogen huidplooitjes die neus met bovenlip verbinden. Onze held echter, is begiftigd met een geometrisch rechte geul waarvan beide kaarsrechte parallelle oevers zich vastgrijpen aan zijn rozige bovenlip en zodoende de lip op de twee betreffende punten licht maar scherp omhoogtrekken. Dit is markant, want daarbuiten zijn zijn lippen volmaakt recht. Niet de minste kromming, behalve wanneer hij praat of lacht. Wenkbrauwen zoals gewoonlijk somber laag boven zijn chlorophyl-groene ogen.

Hij gooit de lakens van zich af en springt uit bed.Dit had de vlieg geenszins voorzien. Toch weet ze zich te beheersen en blijft schijnbaar onbewogen zitten. Hij wandelt langs het raam, schuift de gordijnen open en kijkt een beetje teleurgesteld naar het donker buiten. Dan verder naar de kleerkast met dubbele deur. Eerst de linker. Onberispelijk geordend ligt daar een indrukwekkende hoeveelheid zachtglanzende trainingbroeken, de meeste grijs of zwart polyester of nylon, te dragen naargelang stemming en buitentemperatuur. Vandaag valt zijn keuze op zwart nylon van het obscure merk Jako. Hij neemt voorzichtig de broek van de stapel en draagt ze eerbiedig, als ware het een heilig voorwerp, naar de keukentafel en hangt ze over een van de stoelen eromheen. Wandelt zonder haast terug naar de kast en zwaait de rechterdeur open, teneinde een bijpassende trui of vest uit te zoeken. Allemaal sweaters met kap, geen ontkomen aan. Vandaag: een wel erg blauwe Nike-sweater, die op even omzichtige wijze van kast naar stoel wordt getransporteerd.
Terwijl hij de kleren aantrekt, begint hij te voelen hoe koud het is. Hij trekt snel zijn broek op en zet 4 stappen, tot bij de thermostaat-kastje, en geeft een flinke draai aan het knopje. Koffie hoeft hij niet te maken vandaag, want dat drinkt hij niet, en bovendien staat er op de tafel nog een tas van gisteren.

Hij plenst zijn blaas leeg in de smetteloze witte toiletpot en kijkt opzij, naar de badkamerspiegel. Hij is van nature gezegend met een bleke doch zeker niet ongezonde teint, maar zijn blauwe kleding verleent zijn gezicht een engelachtige bleekte. Het geluid van klaterend water verstilt, hij stopt alles weer op zijn plaats en gaat voor de spiegel staan, brengt erg aandachtig net genoeg tandpasta aan op zijn wit-met-limoengroene tandenborstel en begint te poetsen. Het helwitte neonlicht in de badkamer is niet bepaald flatterend, vooral 's ochtends, denkt hij, terwijl hij een teveel aan tandpasta-schuim uitspuwt in de witporseleinen pompbak. De verwarming laat zich voelen, ondertussen. Hij spoelt zijn mond, neemt zijn kapsel snel en vakkundig onder handen, loopt richting badkamerdeur en automatisch vindt zijn rechterhand de lichtschakelaar, -uit!-.

Hij loopt langs het raam en ziet zijn gezicht weerspiegeld. Wantrouwig stapt hij dichterbij. Het gezicht in het raam heeft diepliggende holle ogen die duidelijk niet veel goeds in de zin hebben. Hij strijkt met zijn linkerhand langs zijn kin, kijkt van dichterbij naar zijn weerspiegeling en concludeert dat scheren nog wel een dagje kan worden uitgesteld. Vervolgens schiet zijn blik voorbij zijn spiegelbeeld en tot zijn grote tevredenheid ziet hij dat het licht wordt buiten, de hemel nog steeds hardnekkig grijs, de omliggende velden nog steeds verstikt onder een dichte deken van mist. De mistroostige lantaarnpalen schijnen hun spookachtige schimmige oranje schijnsel. Hij draait zich om, met de rug naar het raam, handen in zijn broekzakken en blijft even staan, in onduidelijke gedachten verzonken.

De kop koffie op de keukentafel lonkt uitnodigend.
Hij loopt voorbij de tafel, naar de keuken, neemt een bord en een mes, een kraakverse broodzak en een pot choco. Smeert een boterham en eet hem in enkele haastige happen op. Vervolgens neemt hij uit zijn koelkast een erg uitgebreid assortiment smeersels en beleg en smeert op onnavolgbare wijze een aanzienlijke hoeveelheid boterhammen die hij haastig in zijn grote blauwe brooddoos deponeert. Dan, snel alles weer in de koelkast en de brooddoos samen met een fles water en een appel in zijn kakigroene rugzak die in de hoek naast de deur staat, onder de kapstok waar zijn jas vertrekkensklaar hangt. Hij loopt terug naar het thermostaatkastje, zet de verwarming af, neemt zijn autosleutel uit de grijze broek van gisteren en stopt hem in de broek van vandaag. Tot slot gaat het weer richting kapstok, neemt hij zijn zwarte-met-grijze-ruiten winterjas van de haak en doet ze aan, de rits tot boven dicht, en nog een dikke grijze sjaal tot over zijn kin als laatste verzekering tegen de naar de keel grijpende ochtendkou.

Rugzak over zijn linkerschouder, deur open en weer dicht, sleutel in het slot, krik-krak, trap af, buitendeur open en ook weer dicht en daar staat hij dan. Hij kijkt omhoog, naar de kruin van de wortelboom en zegt welgemeend "Goedemorgen, wortelvriend, een fijne dag nog en tot straks!". Hij voelt zich op slag wat wakkerder en stapt met kwieke tred naar zijn auto. Haastig maakt hij het portier aan bestuurderskant open, gooit zijn rugzak binnen en gaat zitten. Zelfs in de beschutte cocon van zijn auto, maakt zijn warme adem wolkjes. Hij klikt zijn gordel vast en vertrekt, geen radio vandaag. Hij rijdt enkele honderden meters door zijn smalle, door velden en bomen omrande straat, en dan komt een felverlichte hoofdweg in zicht.

Daar gaat hij weer, richting Niets. Waarom, weet hij niet. De rode achterlichten van zijn auto worden kleiner en kleiner, het geluid van de motor stiller en stiller, tot beide in de verte worden opgeslokt door de mist.




 

feedback van andere lezers

  • drebddronefish
    Interessant. Het leest bijna als een inwendige monoloog en toch is het dat niet, maar het werkt wel
    jack: Het is een begin, en ik weet nog niet waar het heengaat, maar ondertussen beleef ik er veel plezier aan. Groet
  • matahari
    Dagen die dagen...een eenzaam tafereel.. zichzelf waarnemen.

    liefs matahari
    jack: Dankjewel :)
  • jan
    graag gelezen, erg herkenbaar.

    grts
    jack: Herkenbaar? Ben jij ook zo n eenzaam routinedier dan? ;)
  • Mistaker
    Intrigerend verhaal.

    Groet,
    Greta
    jack: Dankjewel! :)
  • sproet
    schitterende woordspellingen!

    je stapt lezend in zijn handelingen.

    liefs, sproet
  • otiske
    Sterk verhaal, goed geschreven.
    Graag gelezen, groetjes.
  • Mephistopheles
    Goed verhaal.
    Graag gelezen.
    Ik las in je profiel dat je Dylan Thomas fan bent. Groot gelijk!
    grts.
    jack: Dankjewel! Ook een Thomas-liefhebber?
    Ik krijg nogal vaak de commentaar dat er dringend eens iets moet gebeuren in dat verhaal maar ik vind van niet, dat is nu net het fijne eraan.
    Dank voor het lezen :)
    Groet

    Jack
  • Hoeselaar
    Dit intrigeerde me ook al vanwege de fijngevoelige woorspelingen want daar houd ik van.
    jack: Lang geleden dat ik hier feedback op kreeg. Dankjewel voor het lezen!
    Groet
    Jack
  • Vansion
    schitterend
    jack: het mist nog een vervolg / eind he, dat wel...!
    Bedankt voor het lezen :)
  • KapiteinSeBBos
    mijn feedback ging de mist in!

    dikke knuffels,
    xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
    jack: Pas maar op, wie weet wat huist er in die mist...
    :)
    groetjes
  • hettie35
    Graag gelezen met veel herkenbare punten,
    groetjes Hettie
    jack: Het is niet af maar ik kom er maar niet toe eraan verder te werken. Bedankt voor het lezen (het is me een raadsel hoe je bij dit oude ding terecht bent gekomen ;-) )
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .