< terug
Schaduwwerk (18) 'het rode kruis'
'Richt je maar op Johnny, Eveline, laat het licht toe en voel hoe het je schoonmaakt en heelt. Laat het licht maar toe, stel je open Eveline. Goed zo Eveline', klonk een diepe stem in haar.
Warm, zacht licht. Via haar onderbuik straalde het uit naar haar hart, om dat in te stralen. Er was overgave aan Johnny, haar eigen J.C. aan het rode kruis dat stond voor haar lijden en haar wederopstanding. Licht, helend en verwarmend bleef haar vervullen.
Haar overgave was compleet. Zoiets moois en zoveel warmte had ze nog nooit ervaren.
En haar ogen bleven gericht op haar Johnny Cash en op het rode kruis dat hem nu samenhield. Doelgericht zoog ze de kracht op die hij haar gaf. Ze voelde, heel in de verte, hoe haar ogen begonnen te draaien. Hoger en hoger zochten haar ogen het heil. De pupillen als brandpunt stelden zich open voor wat er zich boven haar bevond.
Het warme, helende licht dat via haar onderbuik haar hart had weten te raken vervolgde haar weg vanuit haar hart naar boven toe. Een warme, zachte gloed verspreidde zich naar haar schouders en armen. Via haar armen straalde het verder door haar gevouwen handen, terug naar haar armen en schouders zodat het circuleerde. Het straalde op plekken aan waar een eerdere circulatie nog niet was geweest. Het voelde en bestraalde, maakte los en nam mee. Alle vuiligheid, alle leed en alle verderf waarmee Eveline besmet was, werd door het licht meegenomen. Langzaam maar zeker werd het circulerende licht minder zacht en ging het sneller rond. Het aftasten, en het zoeken naar resterend vuil werd nu ook een zoeken naar een uitgang, die werd gevonden in haar verwijdde pupillen.
Even ook was het aangenaam warme licht ronduit heet geweest in haar, het had haar woede opgezogen en het kookte bijna voor het haar lichaam weer kon verlaten. Vanuit haar handen, armen, schouders, nek en hoofd stroomde het licht als een zware, donkere schaduw traag door de wijde pupillen in haar ogen naar buiten. Eerst voorzichtig en stotterend. Later werd het licht minder donker en minder zwaar, en al snel straalde het licht weer.
Het laatste licht dat Eveline verliet was weer zo wit en zacht warm als het licht dat in haar was gevaren. Moeiteloos loste dat zachte licht ook de donkere schaduwen weer in zich op, voor het definitief weg straalde.
Eveline kwam weer tot zichzelf. Ze zat nog steeds op haar knieën en haar ellebogen boorden zich nog steeds weg in Jip en Janneke. Haar ogen waren gericht op Johnny, haar J.C.
' I' m so lonesome I could cry', speelde het weer door haar hoofd, maar ze was niet langer eenzaam. Ze voelde zich gesteund door meer dan haar Johnny. Er was meer aan de hand geweest, en dat had een rol gespeeld in haar belevingen. De lekkage tussen haar benen was gestopt. Ze voelde zich niet smerig meer van het wegdruipende incestzaad. Beneden haar, tussen haar knieën zag ze iets glinsteren.
feedback van andere lezers- henny
Een vlucht uit de werkelijkheid, lijkt het mij. Peerke: Tja, wat is werkelijkheid? Een zoek naar een houvast zeker he?
|