writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Sorane 1 Een nieuw begin - hoofdstuk 11/17

door Jelsi

Aanslagen

Sorane kijkt de vroegere soldate aan.
'Mij uit de voeten maken, Veanya. Je merkt dadelijk dat je mij pas kent. Ik ben zoiets als jullie kapitein en een kapitein verlaat als laatste het schip,' lacht Sorane en activeert haar wapen.
De elf kijken Sorane met een vreemde blik aan. Dit hadden ze nooit verwacht. Hun onsterfelijke meesters dachten altijd eerst aan hun eigen veiligheid. Hun soldaten dienden om te vechten, desnoods tot de dood. Maar Sorane lijkt anders, zij wil samen met hen de vijand trotseren. Sorane die hun gedachten observeert, glimlacht even. Dan richt ze haar blik op de drie Droaks die haar naderen. De zwarte wacht is intussen gegroeid tot meer dan vijftig. Zij nemen echter een afwachtende hou- ding aan.
'Jij hebt onze meester op een laffe wijze gedood, Sorane Cobanon. Bereidt u voor op een zware straf.'
'Ik heb jullie meester niet gedood, Idar. Ik dood alleen tijdens een eerlijk gevecht. Al vele Droaks zijn door mijn hand gedood.'
'Jij, Sorane. Een gewone huurmoordenares. Jij bezit de macht niet om een Droak zelfs maar te verwonden.'
'Idar, jij bent de nieuwe leider van Torn's gebied. Jij hebt de plicht om zijn moordenaar de straffen.'
'Dat zal ik doen, Sorane. Jij komt hier alleen als gevangene of dood buit...' zegt Idar, maar schrikt als Sorane plots van gedaante begint te veranderen.
Haar haren worden blond en haar huid wordt lichter van kleur.
'Jakira, jij bent....'
'Ja, Droak. Ik ben of liever ik was vroeger Jakira. Maar zelfs ik kon mijn lichaam niet meer regeneren. Ik stierf, maar hogere wezens beslisten er anders over. Zo kwam ik hier in het lichaam van Sorane Cobanon terecht.'
'Zelfs als het waar is wat je zegt, dan verandert dit niets aan het feit dat jij en je kleine groepje verraders, ten dode opgeschreven zijn. Vandaag worden mijn gevallen broeders eindelijk gewroken.'
'Aan jullie de keuze, Idar. Maar vergeet niet, dat als ik er toch in zou slagen om jullie te overwinnen. De kloon de macht in handen krijgt'
Even denkt de Droak na en schudt plots zijn hoofd.
'Je hebt gelijk, Sorane. Dat risico kan ik niet nemen. Eerst die kloon en dan kom jij aan de beurt.'
'En denk jij dat ik hier ga wachten.'
'Nee, dat verwacht ik...'
'Lafaards. Zo te zien weigeren jullie elkaar af te slachten. Gelukkig had ik dit voorzien, beste ten dode opgeschreven vrienden. Nog tien seconden en dan BOEM!!!', horen ze plots de stem van de Jakira kloon.
Sorane reageert dadelijk en geeft een bevel aan de Hypsoons van haar vrienden. Op hetzelfde moment zijn de elf verdwenen. Sorane blijft alleen achter en concentreert zich. De drie Droaks zien zich plots gevangen in een energieveld, terwijl op hetzelfde moment heel het gebouw door verschillende ontploffingen vernietigd wordt. De zwarte wachters zijn dadelijk dood, maar als de branden langzaam uitdoven, blijken Sorane en de drie Droak nog steeds levend en wel te zijn. Sorane begint te wankelen. Ze kan het energiescherm om haar zelf en de Droaks niet in stand houden. Een van de Droaks richt zijn wapen op Sorane, maar Idar de leider zegt:
'Nee, laat haar. Sorane heeft ons leven gered, al heeft ze er haar eigen redenen voor. We rekenen later wel met haar af.'
Op dat moment naderen politie en brandweerwagens. Idar activeert een o- verbrengersveld en als de politie wagens tot stilstand gekomen zijn ze alle drie verdwenen. Sorane heeft agenten ook gezien en wankelt naar een stuk wand toe, dat nog recht staat. Maar ze wordt opgemerkt en is plots omringt door agenten. Ze wordt met handboeien geboeid en naar de wagens gebracht. Dan ziet ze Malon op zich toekomen.
'Eindelijk hebben ze je gegrepen, huurmoordenares.'
De roodharige kijkt de agent aan.
'Dat ben ik niet meer, Malon.'
'Daar heb ik niets meer mee te maken, Sorane. Door uw schuld heeft Erine een paar dagen geleden een zware operatie ondergaan.'
'Een operatie.'
'Ja, maar ze zal vermoedelijk voor de rest van haar leven verlamd zijn.'
Maar Sorane lijkt het niet te horen. Ze staat daar maar voor haar uit te staren. Wat de agenten niet weten is dat hun gevan- gene telepathisch contact heeft met de elf vroegere soldaten.
-Moeten we je bevrijden, Meesteres.-
-Nee, Aron. Ik wil dat jullie naar mijn basis gaan en daar op mij wachten. Ik wil weten wie hier achter zit, al heb ik mijn vermoedens.-
-Uw wil is voor ons een bevel, meesteres.-
-Veanya. Hou eens op met mij meesteres te noemen. Noem mij Sorane zoals al de mensen van mijn groepje.-
-In orde, Sorane. Wij hebben allemaal een besluit genomen. Ook diegenen die niet tot uw groep wilden behoren, zijn nu van gedachten veranderd.-
-Dat weet ik, Geon. Ik ben een telepate. Doe wat ik gezegd heb, jullie Hypsoon zal jullie naar de basis en jullie lotgenoten overbrengen. Ik moet....- denkt Sorane nog, maar verbreekt het contact als ze de stem van Malon hoort zeggen:
'sorane, heb je mijn vraag niet gehoord.'
De roodharige draait haar hoofd en kijkt de agent vragend aan.
'Ik vroeg waar je medeplichtige is.'
'Wie???'
'Die knappe blonde. Zij wordt gezocht door de politie. Je weet toch nog waarom. Met haar hulp kon je in dat winkel centrum ontsnappen. Deno hebben we gegre- pen.'
'Deno, hoe is het met hem?'
'Die zit in de gevangenis op zijn vonnis te wachten. Jouw straf zal veel zwaarder zijn dan de zijne. Door je poging om Deno te bevrijden, zijn alle kwijtscheldingen ingetrokken. Ze eisen levenslang, maar misschien krijg je zelfs de dood- straf.'
Sorane kijkt hem met een vreemde doordringende blik aan en weet uit zijn gedachten dat hij de waarheid spreekt. Hierdoor worden haar plannen een beetje ingewikkelder, maar ze besluit toch om er mee door te gaan zolang ze kan.
'Kom, Sorane. We gaan,' hoort ze Malon zeggen.
Ze volgt hem naar een wagen, waar een jonge vrouw op hen staat te wachten.
'Brengen we die, moordenares weg, Malon.'
'Ja, Raya. Ze verwachten ons op het politie bureau.'
'Wie is zij?', vraagt Sorane, terwijl ze het in feite al weet.
'Dit is Raya Verodin, mijn nieuwe partner,' antwoordt Malon.
Raya grijpt Sorane bij de arm vast en trekt haar naar de wagen toe. Malon opent de deur en zegt:
'In de wagen, Sorane. Of moet ik een beetje helpen,' sist Raya.
Sorane kijkt de agente recht in de ogen en blijft staan. De agente schrikt van haar blik en hoort de roodharige kalm fluisteren.
'Raak me niet meer aan of je kunt samen met mij de gevangenis in, agente Verodin.'
Raya kijkt Sorane verschrikt aan, juiste in het woord agente klonk zoveel spot. Het is alsof hun gevangene weet wat ze uitspookt. Sorane is intussen op de achterbank gaan zitten en kijkt de agente spottend aan. Malon kijkt Raya verbaasd aan en loopt op haar toe.
'Wat heeft ze gezegd, Raya? Heeft ze je bedreigd.'
'Nee, partner. Dat niet. Het is niets,' zegt Raya kalm, maar innerlijk trilt van woede.
Terwijl Malon de deur dicht duwt en haar nakijkt loopt ze naar de andere kant van de wagen toe. Als Malon instapt, durft ze hem niet aan te kijken. De agent kijkt even om naar Sorane, maar die trekt haar schouders op.
'Wat heb je gezegd?'
'Alleen maar dat ze me niet mocht duwen, anders zou het haar slecht bekomen.'
Even kijkt Malon nog naar zijn nieuwe partner, maar die blijft voor zich uitstaren.
'Jij moet het weten, Raya. Ik kan je niet helpen als je niets wil zeggen,' probeert Malon nog, maar agente blijft zwijgen.
Even later rijdt Malon achter een andere politiewagen de baan op. Een politiewagen rijdt voor hen, terwijl ze door twee andere wagens gevolgd worden.
Plots vraagt Sorane:
'Malon. Ik wil Erine zien. Ik beloof dat ik niet zal proberen te vluchten.'
De agent hoort haar woorden, maar antwoordt niet. Hij kijkt haar zelfs niet aan. Als ze de stad inrijden, vraagt Sorane het nog eens.
'Waarom wil jij haar zien. Wat voor nut heeft dat. Of wil jij genieten van wat jou medeplichtige gedaan heeft.'
'Nee, Malon. Ik wil haar vergiffenis vragen.'
'Denk je dat ze zich daardoor beter zal voelen, al wat ze wilde, was een goede agente zijn. Ze hielt er van en nu is ze voor heel haar leven verlamd. En jij wil vergiffenis.'
'Als ik dan toch de doodstraf krijg, zoals jij zegt, dan is dit mijn enige kans om haar te zien. Of denk je dat ze mij nadien nog uit de gevangenis zullen laten.'
'Nee, dat denk ik niet. Je komt alleen nog buiten om naar de rechtbank te gaan. In orde. Maar probeer niet om te ontsnappen. Want als ik achter je aankom, dan is het om je te doden.'
'Ik beloof het, Malon.'
'Malon, ik denk niet dat ze woord zal houden. We kunnen beter..' merkt Raya plots op.
Maar Sorane's spottende blik maakt een einde aan haar protest.
'Of toch. Misschien heeft Sorane wel gelijk. Ik hoop alleen dat ze haar woord houdt.'
'Als ik mijn woord geeft, dan hou ik dat altijd, agente.'
Weer voelt Raya de spottende, maar ook dreigende klank in haar stem. Die Sorane lijkt teveel over haar te weten. Ze snapt niet hoe dat kan, maar op de ene of de andere manier moet ze hier iets aan doen.
'Haar vermoorden... Nee, dat kan ik niet doen, dan zou ik de goede naam van mijn familie nog meer... '
Sorane, die haar gedachten gevolgd heeft, beseft dat er toch nog iets goeds in de agente zit. Ze dringt dieper de gedachte van Raya binnen en komt al snel te weten wat er gebeurd is.
- Ooit heeft ze een dief uit medelijden laten ontsnappen, maar die dode later twee kinderen. Dat heeft ze zich zelf nooit vergeven. De broer van die dief bleek een zware gangster te zijn, die haar nu betaald om altijd maar zwaardere klusjes op te knappen. De man was op de hoogte van haar fout.-
Een kwartier later stoppen de wagens op de parking van het ziekenhuis. Malon, Sorane en twee agenten lopen naar binnen. Raya neemt plaats achter het stuur en blijft in de wagen achter. Een verpleegster brengt hen naar de kamer waar Erine ligt. De gewonde agente is bij bewustzijn, als Malon met zijn gevangene binnen komt.
'Mag ik een paar minuten met haar alleen zijn,' vraagt ze.
Malon kijkt Erine even aan en merkt dat ze knikt.
'Maar je boeien blijven aan,' zegt Malon.
Sorane glimlacht en zegt:
'Ik dacht dat ik die mocht uitdoen. Het spijt me.'
Malon kijkt haar even verbaasd aan en merkt dan de boeien op, die ze in haar rechterhand vasthoudt.
'Hoe?', stamelt hij.
'Dat is een van mijn speciale gaven. Maar ik heb mijn woord gegeven, dus zal ik niet vluchten,' antwoordt Sorane en gaat dichter naar het bed toe.
Aan het voeteinde legt ze de boeien op het bed en kijkt dan naar de patiënte. Malon gaat intussen naar buiten en sluit zachtjes de deur achter zich. Door het venster zien ze Sorane en Erine praten, maar ze kunnen niets verstaan. Plots geeft Sorane, Erine een hand en gaat naast het bed op een stoel zitten.
Erine weet niet wat te zeggen, nu Sorane haar alleen maar aankijkt. Ze kijkt even naar het raam. Plots voelt ze zich vreemd als de kracht van Sorane doorheen lichaam stroomt. Heel haar rug en bovenlichaam lijkt te tintelen. Ze weet niet waarom, maar ze voelt zich plots veel beter. De pijn in haar rug is ook zo goed als weg.
Plots doet de verpleegster de deur open en zegt:
'De patiënte heeft haar rust nodig.'
Sorane kijkt met een glimlach op haar lippen om en laat de hand van de zieke los. Als ze rechtstaat neemt, ze de handboeien van het bed op. Dan stapt ze kalm naar buiten. Erine kijkt de roodharige na, maar beseft nog niet ten volle wat er gebeurd is. De verpleegster kijkt even naar de apparatuur en schrikt. Dadelijk drukt ze de alarm knop in. Buiten schrikken ze, behalve Sorane, die de boeien aan Malon geeft. Nogal hardhandig klikt hij de boei- en om haar polsen.
'Jij blijft hier. Ik ga kijken wat er met Erine is,' roept hij.
Maar als hij de kamer wil binnenstappen, wordt hij door de verpleegster tegengehouden.
'Niemand mag hierbinnen, agent. Jullie hebben al genoeg gedaan.'
Verbaasd kijkt Malon eerst naar de verpleegster, maar dan werpt hij een blik in de kamer. Hij ziet Erine rechtop zitten op het bed en hem gelukkig aankijken. Op dat moment komen enkele dokters aan- gelopen en duwen de agent opzij.
Malon schudt met zijn hoofd.
-Nee, dat kan toch niet. Ze is verlamd,- denkt hij ontsteld.
'Iedereen weg uit deze sector,' hoort hij een dokter roepen.
Als hij opkijkt, ziet hij Sorane glimlachend staan kijken. Hij voelt zijn woede stijgen en grijpt haar ruw bij de arm vast.
'Waag het niet om deze maal je boeien los te maken, schatje. Anders…'
'Ik ben je schatje niet, agent. Je bent zelfs mijn type niet,' spot de roodharige.
Malon werpt een woedende blik op Sorane, maar ziet nog enkele verplegers voorbij lopen.
'Wat is er gaande?' vraagt Malon aan één van hen.
De man blijft staan en antwoordt:
'Ik weet het niet. Er is iets met die agente. Het bezoek zal teveel voor haar geweest zijn.'
Als Malon terug wil gaan, zegt de man.
'Nee, blijf hier; Je kunt beter later terugkomen, agent, want ze laten je nu toch niet toe.'
Even kijkt Malon Sorane aan.
'Kom, het wordt tijd dat je in de gevangenis, waar je thuishoort, beland. Ik wil zo snel mogelijk terug zijn,' zegt Malon en geeft Sorane een duw.
Als Malon met Sorane en de twee agenten naar hun wagen toestapt, doet Raya alsof er niets gebeurd is. Maar Sorane weet dat ze gebeld heeft met de man die haar steek penningen betaald. Van hem moet alles in het werk stellen om Sorane te laten doden of het desnoods zelf doen. Raya kijkt Sorane aan, als ze voorbij stapt. Maar schrikt weer van die vreemde blik. Het is alsof die roodharige het weet. Maar dat kan niet, ze zal toch geen telepate zijn.
-Je bent met gedachten op de juiste weg, Raya. Doe wat je opdrachtgever eist, alleen raad ik je aan om het niet zelf te proberen, want dan kan je niet meer helpen. Ben je verbaasd, zolang je niet door en door slecht bent, verdien je hulp,- hoort ze plots een vreemde stem in haar gedach- ten.
Verschrikt kijkt ze om naar Sorane die juist instapt. De roodharige kijkt haar niet aan, maar gaat op de achterbank zitten. Malon stapt ook in en zegt:
'Kom, Raya. Start de motor.'
Raya richt haar blik op haar collega en knikt.
Een uur later lopen beide agenten met Sorane tussen hen in het politiebureau binnen. Tot haar hoorzitting wordt ze hier opgesloten. Sorane werkt mee met de agenten en beantwoordt de meeste vragen. Maar een week later komt een agent in de nacht naar de cel van Sorane toe en kijkt naar binnen.
-Jammer van die mooie meid, maar.- denkt hij en richt zijn wapen op de slapende vrouw.
Maar op het moment dat hij wil afdrukken, is ze er niet meer. Ontstelt staart hij naar de lege cel. Hij begrijpt er niets van.
'Een kans, moordenaar. Je wapen neer en je blijft in leven,' hoort hij een stem in zijn hoofd.
Dan ziet hij de roodharige in de cel voor hem staan.
'Jij, hoe k.' roept hij uit en richt het wapen op Sorane.
Op hetzelfde moment heeft hij geen wapen meer, maar Sorane heeft het vast in haar hand. Ze houdt het op hem gericht.
'Open de cel,' hoort hij haar zeggen.
Langzaam neemt hij de sleutels van zijn riem en doet wat Sorane eist.
'Jij wilde mij doden, killer, want een agent ben je niet. Jij hebt de agent in de steeg achtergelaten. Gelukkig leeft hij nog, anders zou je hier dood voor de cel liggen.'
Even kijkt hij naar de gevangene en hoort haar zeggen.
'Naar buiten en snel.'
Maar als ze de hall inlopen, waar op dat moment maar vijf agenten aanwezig zijn, schrikken die allemaal.
'Laat de wapens waar ze zijn en sluit die killer hier op. Jij daar, ga je collega helpen, hij ligt bewusteloos in de steeg,' horen ze haar zeggen.
Een agente loopt naar buiten, terwijl een andere naar Sorane en de killer toestapt. Laat dat wapen zakken, Sorane. De agent heeft echter alleen oog voor het wapen in Sorane's hand en plots grijpt de killer hem vast. Met een ruk beland de agent tegen Sorane, die achteruit wankelt en haar wapen verliest. Het schuift over de vloer tot het tegen het bureau botst.
De killer haast zich naar de deur toe, waar de agente juist met haar collega naar binnenkomt.
'Onze gevangene zegt de waarheid, die man is een.' zegt ze, maar voor ze kan reageren, wordt ze door de killer vastgegrepen.
Bliksemsnel heeft hij haar wapen uit haar holster getrokken en duwt de loop tegen het hoofd van de agente.
'Al uw wapens op de vloer en snel, of deze hier moet het met haar leven bekopen,' beveelt hij.
De agent die tegen Sorane aanbotste, staat langzaam op en kijkt Sorane even aan. Hij ziet haar knikken, al snapt hij niet waarom. Dan kijkt hij naar de killer en ziet de angst in de ogen van de agente.
'Doe wat hij zegt.'
De anderen kijken hem verbaasd aan, maar laten hun wapens op de vloer vallen. Sorane kijkt om zich heen, alsof ze het wapen zoekt dat ze verloren heeft. Ze doet alsof ze nu pas ziet waar het ligt. De moor- denaar heeft het ook gemerkt en lacht.
'Waag je kans, Sorane. Maar zelfs als je het wapen in handen krijgt, zul je eerst de agente moeten doden, voor je mij kan raken.'
'Denk je dat het leven van een agente mij kan schelen, killer,' zegt Sorane, terwijl ze op een fout van de man wacht.
'Toch wel, Sorane. jij hebt nooit mensen neergeschoten, die het niet verdienden.'
'Niet als het om mijn leven gaat, Marcon Verdesh..'
'Wat... hoe weet jij..' zegt de man verbaasd, waarbij zijn wapen een seconde van richting verandert.
Op hetzelfde moment klinkt een schot. Tussen de ogen van de man is een klein rond gaatje verschenen. Hij kan zelfs niet meer afdrukken, maar zakt langzaam in elkaar achter de agente, die opzij wankelt. Sorane reageert het snelst en ondersteunt de agente. De anderen zijn te laat en staren hun gevangene aan. Ze weten niet wat te doen. Sorane is gewapend, zij niet en het leven van hun collega is nu in de handen van de gevangene.
Sorane kijkt hen glimlachend aan en laat de agente los, die zich nu een beetje herpakt heeft. Dan loopt Sorane naar de balie toe en legt het wapen erop. Dan draait ze zich om.
'Breng me maar weer naar mijn cel. Ik wil een beetje slapen,' horen ze haar verbaasd zeggen.
De agenten snappen er niets van. In haar plaats zou ieder van hen er vandoor gegaan zijn. Maar ze weten niets van Sorane's plan. Ze wil voor de rechtbank verschijnen om de aandacht te trekken en intussen meer over de misdadigers te weten. Als ze in de cel zit, denken ze dat ze ongevaarlijk is. Ze moesten eens weten.
Even later zit Sorane opnieuw opgesloten, maar in het bureau wordt er druk over haar gepraat, terwijl er snel opgeruimd wordt. De dode wordt de volgende morgen heel vroeg door de lijkschouwer opgehaald.
Rond tien uur staan Malon en Raya voor de cel van Sorane, die lekker ligt te slapen. Ze is echter klaar wakker en scant de gedachten van beide agenten. Ook zij snappen er niets van. Waarom heeft ze zich overgegeven?
Plots opent ze haar ogen en kijkt op.
'Hai, waaraan dank ik jullie bezoek?'
'We willen weten wat deze nacht gebeurd is?'
'De killer kwam om mij te doden, maar ik was hem te vlug af. De rest kan je ook aan de agenten vragen. Ik wil niet gestoord worden.'
'Je hebt geen keuze, Sorane. We hebben opdracht om je ergens anders heen de brengen,' zegt Malon, terwijl hij even slikt.
Sorane heeft alleen haar ondergoed aan en glimlacht.
'Draai je maar om dan kan ik mij aankleden.'
Raya kijkt Sorane aan en zegt spottend:
'Verlegen Sorane. Dat had ik niet van u gedacht.'
'Wat zou Malon zeggen als hij wist wat jij uitspookt. Ja, ik weet dat jij een beetje verliefd op hem bent,' hoort ze de stem van Sorane in haar hoofd.
Raya weet niet wat te doen en, loopt naar de deur.
'Ik moet even naar..' hoort Malon haar nog zeggen en kijkt haar verbaasd na.
Als hij naar Sorane kijkt is deze al helemaal aangekleed.
'Hoe heeft ze dat gedaan?', vraagt hij zich af, terwijl de celdeur opendraait.
Sorane loopt naar buiten en steekt haar handen uit. Malon sluit aarzelend de boeien om haar polsen en loopt achter haar aan naar het bureau. De agenten kijken Sorane met gemengde gevoelens aan. Niemand zegt iets als ze door het vertrek naar de uitgang lopen. Als ze op het voet naar de wagens toe stappen, reageert Sorane plots. Ze springt achteruit, tegen Malon aan, die op de grond valt. In de muur boven hen slaan de kogels in. Malon kijkt Sorane verschrikt aan. Als zij niet gereageerd had, dan zouden ze nu beiden dood op het voetpad liggen. Dan hoort hij schoten en ziet Raya naar de overkant van de straat schieten. Snel trekt hij zijn wapen en kijkt over de wagen, waarachter ze liggen.
Dan hoort hij deuren dichtslaan en een motor starten. Dan ziet hij een wagen de straat oprijden. Vanuit de wagen wordt er nu ook gevuurd. Deze maal op Raya, die zich in dekking laat vallen. Ook Malon schiet en raakt de schutter. Sorane wil de schutters niet laten ontkomen en concentreert zich, zonder dat iemand het merkt. Aan de hoek van de straat valt de motor van de wagen plots uit. De verschrikte bestuurder draait aan het stuur, terwijl hij de motor opnieuw wil starten, maar hij start niet. De snelheid van de wagen vermindert tot hij tegen een geparkeerde wagen opbotst. De drie inzittenden willen naar buiten, maar de deuren klemmen. Ze weten niet dat Sorane ze met telekinese blokkeert.
'Werp jullie wapens weg,' roept Raya op dat moment.
De mannen doen wat hun gezegd wordt en werpen hun wapens naar buiten. Dan worden ze door de toegesnelde agenten uit de wagen gesleurd en nogal hardhandig naar de cel gebracht. De man de Malon raakte, ligt dood in de wagen. Sorane loopt op Raya toe, die aan haar arm geraakt is. Malon volgt haar op de voet. Dan bemerkt hij de wonde in Raya's linkerarm en schrikt even. Maar voor hij iets kan opmerken, vraagt Sorane:
'Hoe is het met Erine, agent Garent?'
Even weet Malon niet wat te zeggen.
'Dat weet ik niet. Niemand mag nog bij haar, sinds jij in het ziekenhuis geweest bent. Zelfs de commandante weet niet wat er met haar aan de hand is. Hopelijk heb jij haar niets gedaan, want dan kan geen enkele rechter je van de dood redden.
'Zou je mij doden, Malon. Zelfs als ik mij niet verdedig. Dat zou moord zijn.'
'Daar weet jij alles van, jij bent altijd een moordenares geweest, Sorane. Maar of ik het wou kunnen, dat weet ik niet.'
Maar Sorane kijkt hem zelfs niet aan. Ze heeft alleen oog voor Raya, die verbaast naar het kleine Pentagon in haar hand staart, dat ze juist van Sorane kreeg.
-Al mijn mensen hebben een Hypsoon, zoals dit apparaat genoemd wordt. Het zal je helpen en beschermen. Ik vraag maar een ding, maak je los van je verleden en laat je familie weer trots zijn op hun dochter,- hoort ze de telepathische stem van Sorane.
'Het is niet zo erg, Raya. Alleen een vleeswond, maar toch kan je het beter laten verzorgen,' zegt Sorane, terwijl ze nog steeds de omgeving telepathisch scant.
Maar er dreigt geen gevaar meer. Malon en Raya verlaten met hun gevangene de plaats van de aanslag en rijden naar de rand van de stad toe. Hier is een schuiladres, dat maar weinig mensen kennen. Malon is er een van. Ze sluiten Sorane op in de kelder, die volledig ingericht is voor een verblijf van twee personen. Terwijl Sorane haar nieuwe woonst verkent, laat Raya Malon naar haar wonde kijken.
Sorane heeft gelijk, meisje. Het is alleen een ongevaarlijke vleeswonde. Maar het lijkt me toch beter dat ik ze even ontsmet en verbindt. Terwijl Malon een verband om de wonde legt, gebeurt het plots. Voor ze het beseffen kussen ze elkaar. Sorane die intussen op haar bed ligt, glimlacht als ze hun telepathische gedachten observeert. Op hetzelfde moment is ze e- ven verdwenen. Kilometers daarvandaan materialiseert Sorane. Even kijkt ze scannend om zich heen. Ze zucht als ze vaststelt dat ze alleen is. Dan concentreert ze zich en langzaam verandert haar uiterlijk in Jakira. Uit de gedachten van de killer kon ze opmaken wie hem gehuurd had. Zijn naam is Lucon Deranoy. Als Jakira gaat ze achter hem aan en grijpt hem te midden van zijn mensen. Ze zijn verdwenen voor iemand iets kan doen. Maar van hem kan ze niet te weten komen wie de opdrachtgever is.
Enkele leden van de organisatie hebben een agente gegrepen en brengen haar naar de grote baas van deze sector. Jakira/Sorane schrikt als ze dit te weten komt. Ze dringt opnieuw zijn gedachten binnen, maar deze maal spaart ze hem niet. Ze wil de naam van de agente te weten komen, samen met zoveel mogelijke gegevens. De man kreunt van de pijn, die plots vermindert als de blondine te weten komt wat ze wil. Als de man zijn ogen weer opent, is hij alleen. Van Jakira is er geen enkel spoor meer.
Een paar uur eerder heeft Raya de schuilplaats verlaten en rijdt met de wagen naar haar huis, maar onderweg wordt ze plots klem gereden. Enkele huurlingen sleuren haar uit de wagen en duwen haar in een andere. Enkele mensen willen hulp bieden, maar de huurlingen openen het vuur. Twee vrouwen en een man vallen dood neer. Enkele anderen worden gewond. Dan rijden ze in volle vaart weg. Enkele uren later wordt ze een gebouw binnen geduwd. Een paar minuten later staat ze voor één van de grote bazen van de organisatie.
'Raya Verodin, jij wordt door onze organisatie betaald om ons bepaalde gunsten te verlenen. Maar vandaag heb jij onze plannen verijdeld. Sorane Cobanon moest sterven. Dat begrijp je toch wel.'
'Ja, dat begrijp ik. Alleen werk ik niet meer voor jouw organisatie. Ik ben een agente en het is mijn taak om misdadigers voor het gerecht te brengen.'
'Dat heb je vandaag bewezen, agente Verodin. Maar ik moet je tot mijn spijt meedelen, dat alleen een dode uit de organisatie stapt. Dus zeg je laatste gebeden maar. Levend geraak je hier niet meer weg.'
De agente staat daar als verstijfd en staart de misdadiger na, die naar de uitgang toe loopt. Ze voelt dat ze stevig vastgegrepen wordt bij haar beide armen. Dan verschijnt plots een grijnzend gezicht voor haar ogen.
'Vaarwel, agente. Heb jij je gebeden al gezegd.'
'Wat wil.' stamelt Raya, als ze plots een donker zwart rond gat voor haar ogen verschijnt.
Ze kijkt er met grote ogen van angst naar. De man grijnst als hij de trekker overhaalt. Een lange vuurstraal schiet op de weerloze agente toe.

 

feedback van andere lezers

  • Magdalena
    Eerlijk gezegd vind ik dit een tekst/situatie/verhaal voor zo'n modern stripboek met fantastische tekeningen. Ik ben een paar keer begonnen en heb uiteindelijk door gelezen, maar dit is materiaal voor iets anders dan kortverhalen volgens mij.

    veel groetjes,
    Jelsi: Een schot in de roos.. Oorspronkelijk was het bedoelt als een stripverhaal. Maar het groeide meer en meer uit tot een roman, al ontbreken er nog vele dingen aan..
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .