writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Kwaad loert mee

door Dora

Het had er niets mee te maken dat ik ontdekt had hoe ik kon manipuleren, mijn zin kon doordrijven. Ik was acht in het jaar dat ik de bibliotheek en mijn eigen geluk afdwong, Broer van het voetstuk viel en ma met twee maten mat. In ons gezin stak een onzichtbare klewang, die de veilige zuiverheid had gespleten en de rest deed of de twee kampen echt onzichtbaar waren. Het was het ONzuivere waarvoor ik bang wegkroop.

"Bleuband, jam, wel goedkope, zonder hele vruchten, anders is de pot te snel leeg!" drukte ma me op mijn hart. Ik hielp graag, voelde me al groot. Het begon onder de hazelnootbomen van de Jacob Cremerstraat, toen ik tevreden met de rieten boodschappenmand naar de winkel ging. En margarine, neuriede ik in cadans langs de hekjes. Sjem, bluubent-sjemenbluubent-bluu-ensjemsjemmenem. Plotseling liep hij achter me.
"Ze merkt het niet, echt niet." siste het. Er was niemand te zien maar het treiterende gefleem ging door.
"Eentje maar Doortje. Een. Er zitten er zoveel in, ze mist er geen en ze let immers nooit op jouhou."
Ik schrok zo dat ik dieprood bloosde, bijna kokhalsde van de misselijkmakende suggestie. Mij verleiden? Dacht de vuile viezerd dat hij mij zo makkelijk te pakken kreeg als mijn broer? Ik lette er niet meer op, maar 's avonds in bed, in het sousterrain, spookte hij door het donker. Alleen door bij de kinderen van het boek te kruipen, bij het licht van de straatlantaarn hun leven mee te beleven, was hij te negeren. Had ik overdag het huis voor mij alleen omdat mijn moeder weg was, verscheen hij onverwachts, net als ik gelukkig was. "Kijk in de keukenla, daar ligt het voor het grijpen." Ik deed of ik hem niet hoorde, maar het treiterende gefluister duurde nu al drie weken.

Die woensdagmiddag zat ma bij de kapper en ze was het geld vergeten. De zwarte platte knip lag op de keukentafel en ineens kreeg ik kippenvel, want hij was er óók. Verdorie, hield het nooit op? Op klaarlichte dag. Ik hoorde, voelde, rook hem, terwijl de zon vrolijk door de keukendeur speelde. Ik hoefde niet te kijken om hem te zien. hij hing treiterend boven de tussendeur, enkel door de muur gescheiden van het kruisbeeld. Tussen mij en de zielige Jezus met de palmtakken, tegen de donder. Het kwaad golfde traag kokhalzend en zwaar door de keuken, stonk naar brandend haar, nat geplaste onderbroeken en rotte eieren. De stuwendstinkende hete adem die langs mijn nek hijgde was een klem en het fluisteren begon.
"Een dubbeltje, Door. Kijk dan, ik zweer het je! Er zit er precies ééntje te veel in. Die is voor jou."
Ik ging aan de keukentafel zitten en keerde de portemonnee om. Het kon geen kwaad het eens te tellen. Het was veel deze keer, een schat schitterde in de zon en er lagen handen geruststellend op mijn schouders. Mijn moeder vertrouwde me ermee. Liet het zomaar achter. Bijna niemand raakte me nog aan, het was eigenlijk wel lekker warm. Rustig ging mijn wijsvinger over het geld en ik begon het, als in trance, te sorteren, legde alles keurig in het gelid. 2 Guldens, vier kwartjes, verdraaid ja, 21 dubbeltje, zes stuivers, en vier losse centen. Dat was 5 gulden 10 plus 30 en 4 dus er lag vijf gulden vierenveertig.
"Dat ene dubbeltje ligt er onhandig bij, zie je wel? Het verstoort het mooie beeld, vind je niet?"vroeg hij ineens met een fluisterzacht vriendelijk liefstemmetje, als was hij veranderd in een engel.
"Hou op, het is niet van mij."
"Doe toch niet zo kinderachtig. Wat ben jij dom zeg. Denk je echt dat ze er iets van merkt?"
"Nee, vast niet, ze zal het niet weten, maar ik weet het wel, als ik steel."
"Denk jij nou heus? Hahahaha, dat dat ene dubbeltje? Hiha, zie hoe het daar expres uitsteekt. Pak het nou, het is bestemd voor jou. Geloof me, niets gebeurt voor niets. Is je broer zo eerlijk? Hij pikt vaak hoor en dat heeft je moeder ook niet door. Ze komt er echt niet achter,..... wees niet zo bang. Broer durft het wel."
"Niets mee te maken, moet hij weten. Hij liegt. Hij, hij, bah graait naar mijn, van mij, alleen van mij."
"Wat ben jij een kinderachtig klein meisje zeg. Het ligt voor het grijpen en je durft niet? Haha, lafferdelaf, bangbang, niet moedig als je broer. Sliep uit, Doortje, domoortje, kinderkleinkonijn van heiligheid."
Ik sprong op en schudde hem van me af.
Het stak dat hij mij met mijn grote broer vergeleek. Ik schaamde me dat Broer ooit mijn grote voorbeeld was. Sinds hij …..en ik geroepen had dat hij eraf moest blijven. Sinds hij zijn lichamelijke overwicht had misbruikt....Ik had geschreeuwd dat ik het aan pa en ma zou verklappen. Sinds alleen dreigen hielp. Sinds ik alleen was. Broer deed dingen, die niet door de beugel konden.
"Had ze het maar niet achter moeten laten, toch? Ze trekt hem voor en jij? Jij...trekt altijd aan het kortste eind. Zo braaf, zo je best doen, maar ze ziet het echt niet, heus niet, dat je eerlijk bent." kwam het kwaad achter me aan gesmiespeld. Het zweet gutste langs mijn rug en ik begon te ijsberen, wat ik nooit deed.
Het was natuurlijk wel heel erg toevallig dat het ene dubbeltje daar zo idioot uit dat dubbele rijtje stak. Als was het zo bedoeld. Hij had wel gelijk gehad, er lag er één teveel...... Ik zou er eindelijk dat tonnetje zwart op wit van kunnen kopen, of een stroopsoldaatje met vijf toverballen. Of kauwgom. Ik droomde weg, mijn mond vol van al het lekkers. Dat ik meteen op moest eten want anders zag ze dat ik ... en hoe was ik dan aan al dat geld gekomen?Het stond in grote letters achter me, op een schreeuwend spandoek. GESTOLEN!!!
Ineens viel ik bijna flauw van schaamte. Hoe durfde ik het te overwegen. Ik werd vies, zwart als door de modder getrokken en voelde me een slappe drabbige slak, een stinkdier, gruwde van mezelf.
Ik schoof boos al het geld terug in de beurs. Pats, weg was het.
Toen ik het knipje van de glimmende beugels hoorde doortrok mij een rots van trots.
Alle smeerteer verdween, droop als stroop langs mijn lijf en ik voelde me een pauw toen ik de portemonnee in de keukenla legde. Hij hoonde hard precies als de stemmen, die ik op mijn tweede in mijn nachtmerries had gehoord. Hij lachte me uit met die vreselijk snerpende rauwe stem, schold uit zijn nek dat ik stom was, geen durf had en klonk net zo gemeen als mijn broer zodra mijn ouders het niet konden zien.
Drie weken lang glom en straalde ik gelukkig van trotse blijheid om mezelf. Eigenhandig! Ik had de kwallende satan het huis uitgezet, zonder dat iemand had gemerkt welk een strijd ik had gestreden. Misschien was dat wel het best van al; ik had er helemaal zelf voor gekozen zuiver te blijven en het gaf mij een pracht zelfbewust blij gevoel. Sindsdien deed het vastentrommeltje me helemaal niets meer. Ik vergat zelfs na de zondagse hoogmis er een snoepje uit te pakken en de duvel viel me nooit meer lastig. Snoevend en scheldend was ik te licht bevonden, maar hij had mij wel het besef gegeven: zo fijn is een rein geweten. Weten hoe ik gelukkig blijf heeft mij tot nu begeleid. In wezen heb ik dat dus rechtstreeks aan de duvel te danken. Stel iedereen had de strijd met één dubbeltje gestreden, gevoeld hoe fijn het is om niets onzuivers te doen. Wat zou dat veel schelen.
Sindsdien zijn het vaak gewone stervelingen die honen, me naar beneden proberen te halen om mijn kinderlijke instelling. "Jij wilt heiliger zijn dan de Paus." snauwen ze soms en dat steekt dan toch. Alsof het schande is, een goed geweten. Ik weet dat het me niet moet raken, maar toch.....
Ik val nog geregeld buiten de "grijpstuiver"boot.

 

feedback van andere lezers

  • manono
    Ja, stelen is uit de boze, wat het ook is.

    Ik heb als kind gestolen uit zo'n beurs, een potje eigenlijk met munten.

    Mijn vader deed me liggen op de bank, ontblootte mijn billen en ik kreeg er van langs. Het ergste vond ik was dat al mijn oudere broers en zussen er bij stonden.

    Maar ik begrijp heel goed dat dit ene dubbeltje eerder een dubbeltje is dan een muntstukje.

    Prachtig geschreven!
    Dora: Dank je,
    Het was wel op het kantje....ik ben zo blij dat dit dubbelktje deze kant op is gerold.
  • Magdalena
    mmmmm super mooi verhaal!!
    Dora: Dank je Magdalena Kaatjemaatje. Ik bedoel maar, zonder de duivel en zijn geschuifel....zou er veel minder besef van goed en kwaad zijn...
  • Mephistopheles
    Ik heb als achttienjarige wekelijks gestolen. Weggelopen thuis, geen geld, noppes, maar wel honger, dus wekelijks eten gestolen uit studentenhomes. Heb daar geen spijt van, heb gedaan wat ik moest doen om te overleven. Diefstal is niet altijd een misdaad maar vaak een noodzaak, je moet het analyseren vooraleer je het veroordeelt, dat is goedkoop en veel te gemakkelijk.
    Dora: Ben ik met je eens, iedere situatie op zich bekijken, een kind van acht mag niet voor zichzel moeten zorgen...Nee dan dit:
    Die Poolse schoonmakers hadden niets, stalen ze de dure Nikes bij een rijk snobbisten stel van de kamer. Had die familie hun dure merkspullen niet eens in de kast gezet. Lekker he? Laat het breeduit hangen. Wel klagen, maar met een dik salaris in Polen voor een habbekrats gaan skien... en reken erop dat ze klaagden over het eten en dat de douche soms uitviel....
    Kom zeg, opzouten, laat die Poolse arme mensen meegenieten..of ga er zelf iets aan doen met je dikke beurs....
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .