writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Maneki Neko

door Ghislaine

Hoofdstuk 23

Donker. Rakelende geluiden die een luchtverplaatsing voortbrachten. Vaag groezelig licht en pijn. Licht vond Heidi niet erg maar pijn was minder aangenaam. Vooral de plaats waar ze het ongemak voelde. De gaten in haar tijdsbesef waren al erg genoeg zodat lichamelijke problemen gemist konden worden. Tastend ging ze de lichtlijn van haar cel af. Ze miste de kracht om ze groter te maken. Na een aantal minuten gaf ze het zinloos gewroet op. Haar vagina deed bij elke beweging meer pijn. Net alsof er een dildo van messen in stak. Om het ding eruit te halen kwam ze armlengte te kort en plaats om zich op te richten. Een felle gloed liet zien dat ze weer was opgesloten zat in een krappe behuizing. Daarna een felle luchtverplaatsing die de zaak deed botsen met een hard voorwerp dat hol metaalachtig klonk.
"Help!! Ik wil hier uit!!"
Op zoefende geluiden na, bleef het akelig stil.
"Haal me hier uit," gilde ze waarna ze begon te huilen. Wanneer kwam hier een einde aan? Als men haar straks in een zwarte zak stopte? Bij iedere lichtflits volgde een zware cadans, waardoor ze haar ogen op de smalle lichtstreep focuste en langzaam bedaarde. Ze leefde nog. Licht, schaduw, luchtverplaatsing. Heidi kon er niet uit opmaken waar ze was noch wat de luchtverplaatsingen veroorzaakten. Van één ding was ze zeker en wegwezen hoorde hier bij. Ze waagde het nog een keer de lichtstreep te verbreden, maar haar gewroet zorgde dat de pijn ook weer een woord meesprak. Zolang ze op haar rug bleef liggen, was het dragelijk. Daarom latte ze regelmatig een pauze in. Ze wilde hier uit, punt. Wat ze daar ook voor moest doen. Ze bleef proberen de lichtstreep te verbreden maar het lukte niet. Na ettelijke vruchteloze pogingen , deed haar hand pijn. Het hopeloze gepruts werkte frustratie in de hand.
"Ik wil hier uit," gilde ze al bonkend op het donkere gedeelte boven haar neus. Een knarsend geluid deed haar het hoofd draaien. Was de spleet breder geworden? Wat had ze zich verbeeld. Voor dit open te breken kwam ze kracht te kort. Veel kracht. Ze mat een meter zestig. Een minpunt dat ze steeds had opgevangen met naaldhakken. Zodat men haar zag staan in de plaats over haar hoofd te zien in het mannenbastion magistratuur. Hier wenste ze dat ze tien centimeter sterker was in brute kracht. Maar besefte dat ze enkele een kleine vrouw was met een beperkte fysieke kracht. Mentaal wist ze wat je als vrouw kon bereiken. Ze was op dat vlak sterke dan menig van haar collega's. Ook deze nachtmerrie overwon ze. Met haar resterende kracht begon ze te duwen. Maar iedere keer als ze haar buikspieren spande, sprak de pijn in haar vagina ook weer mee. Blazend uitademen en duwen. Puffende duwen, het putte haar volledig uit, zodat ze besloot te stoppen totdat het tussen haar benen weer rustiger werd. Ze concentreerde zich op de geluiden. Tussen de zoefende geluiden, ontwaarde ze het fluiten van een vogel en iets dat leek op een overvliegende helikopter.
"Ja, ze zijn op zoek naar mij," dacht ze hoopvol. Ze werd gemist. Dat gaf haar hernieuwde kracht om te duwen. Aan de pijn gaf ze niet toe. Ze wilde kost wat kost hier uit. Weer naar huis, terug aan het werk. Een licht krakend geluid, zwarte rook en knarsende geluiden. Ze hoestte tot ze braakte. Het duurde even voor ze de adem weer vond om verder te duwen, maar een ander ongemak maakte zich meester over haar lichaam. Een luchtverplaatsing joeg de zwarte rook weg.
"Rusten, eventjes maar en dan ben je vrij," dacht ze zwaar hijgend. Tussen haar benen had de pijn plaats gemaakt voor lust. Ze kreunde. De zoefde geluiden waren stilgevallen. De spleet in haar behuizing was intussen zo breed dat haar arm gemakkelijk naar buiten kon. Ze stak hem echter niet uit, maar duwde met herwonnen energie verder open. Eindelijk gaf de boel mee. Verbaasd keek ze rond en trok gelijk het deksel weer dicht.
"Shit, links op een snelweg!"


Hoofdstuk 24

"Eindelijk vertrekt dat nare mens," dacht de uitwisselingsstudente zorgkundige Lilly Smith. Met haar melkwitte haren viel ze teveel op naar haar eigen zin. Alles was hier zo anders, respectlozer dan in haar thuisland Amerika. In dit land leken bejaardentehuizen op dumpsites, wat in schril contrast stond met het rusthuis 'Dennerle' in New - York. Katten, kleine honden, vogels allerhande en het reuze aquarium van Preston Charly. Zelfs na zijn dood, wilde de directie noch de bewoners daar afstand van doen en werd de kamer van Charly omgebouwd tot lounge. Een schriller contrast met dit rusthuis kon niet. Hier mocht niks voor veel geld. En dan dat nukkig wijf van een hoofdverpleegster. Goed, ze was het mens kwijt maar had nog steeds last van de man in driedelig maatpak. Hij liep haar na als een puppy. Met het plan dat ze vandaag in het achterhoofd had, wilde ze hem daar niet bij. Ze wist niet eens wie hij was of hij al dan niet een bewoner was. Niemand deed iets of negeerde haar vraag over het hoe en wat die vent de hele dag hier deed. Na de laatste koffieronde was ze hem eindelijk kwijt geraakt. In de paarse gang had ze in het begin van haar dienst eerste de bruine smurrie in de lege kamer opgeruimd. Nieuwsgierig als ze was, had ze kort erna bij het opbergen van het poetsgerei, een hamer en beitel in de kamer achtergelaten. In de bovenste kast boven de kleine lavabo. Ze hoefde niets eens stil te zijn, want tot haar vreugde had mevrouw Ada Decabouter uitzonderlijk een keer veel bezoek. Ze kon erop los timmeren. Sneller dan anders deed ze zwijgzaam haar werk en als ze eindelijk haar gele short mocht uitdoen en haar werkkaart door de tikklok haalde, ging ze via de brandgang weer naar binnen. Aan de deur trok ze haar schoenen uit. Die piepte op de paarse vloer. De deur van de eerste kamer stond open. Hier had ze niet op gerekend. Mevrouw Wilders Leontine sliep. Ze sliep muurvast, maar als ze nu met haar getimmer teveel lawaai maakte, liep ze de kans dat het mens wakker werd. Dan dacht het gekke mensje dat ze weer op de Congolese vlakte zat en achtervolgd werd door een kudde olifanten. Lilly beklaagde Leontine. Zo oud mogen worden, zonder lichamelijke klachten en dan een geest met een eigen leven. Zonde voor de vrouw. Lilly plantte de beitel tegen de muur, sloeg hem aan. Eerste zachtjes, daarna ging ze met volle slagen op de muur beuken. De grote rode steen vertoonde een barst nadat een flink stuk gyproc op de grond viel. Na die plof, hield ze even op. Haar gehoor stond op scherp. Dat mens mocht onder geen enkel beding wakker worden. Alles bleef stil. Lilly stak de beitel in de barst, tikte hem aan en gaf daarna een krachtige slag op de beitel. De beitel schoot de muur in, brokken steen en gyproc schoven ineen tot aan haar voeten. De stank uit het gat dwong haar achteruit. De walm vulde de kamer, waardoor ze instinctief het raam opende. De rotzooi nam de vrijheid. Lang duurde het niet voor ze weer verder kon werken,hoewel het aan de opening van de muur bleef stinken. Indringend. Omzichtig wrikte ze met haar vingers steen voor steen weg. Een bruine doos die erin stond, was doordrongen van vocht. Omdat ze eerst de beitel terug wilde, moest ze nog veertig centimeter of zeven rijen steen weghalen. Vier slagen, even naar het raam. Tot drie keer toe nam ze een vlucht naar het raam door de indringende penetrante stank. Die benam haar de adem. Twee rijen en dan joeg de bel van de lift haar de stuipen op het lijf. Muisstil hing ze over het open raam bang dat haar ademhaling haar kon verraden. Ze keek op het dak van een zwarte wagen neer en vroeg zich af sinds wanneer er op het gazon geparkeerd mocht worden. De bezoekersparking vertoonde grote gaten van lichtblauwe open stukken. Een teken van voldoende parkeerplaats waar dit zwart geval kon staan. Straks was er van het mooie groen tapijt niet veel meer over. De lift ging weer naar beneden hoorde ze aan de katrollenbak op het dak. Toch wachtte ze nog even voor de zekerheid dat niemand haar geklop kon horen. Met gespitste oren luisterde ze aandachtig naar elke beweging. Ze zweerde dat ze het gesnurk van Leontine horen kon. Hoorde ze echt die rare hinkende stap? Of sloeg haar verbeelding op hol? Het geluid kwam haar kant op. Haar hart bonkte in haar keel. Piepend ging ergens een deur open en dicht. Ze was niet meer alleen maar wilde kost wat kost de inhoud van de muur weten. Achter het karton stak iets wat stonk en zorgde voor bruine smurrie op de paarse vloer. Door geconcentreerd bezig te zijn, had ze niet gezien wie in de wagen gestapt was,maar hem wel startte. De wagen reed achterwaarts weg zodat Lilly de brunette zag en het merk van de wagen. Een Audi S. Een zucht wind in haar rug deed haar omkeren. Een apenpak, lang groot en beresterk. Ze weerde iedere slag af. Ze kickte, sloeg, draaide om haar as en viel. Daarna werd haar wereld stil.



Hoofdstuk 25

Opgelucht krabbelde Heidi overeind. Blij dat ze nog leefde, gelukkig omdat ze de juiste keuze gemaakt had. Geen brokken, piepende remmen noch in het rond vliegend metaal. Had ze ervoor gekozen de autosnelweg lam te leggen, was dit scenario niet ondenkbaar. Ze was immers poedelnaakt. Haar wereld draaide een versnelling teveel. De pijn tussen haar benen kwam gelijk opzetten zodra ze een stap zette. Ze plaste waar ze stond. Het ongemak voelde zoveel krachtiger nu ze op haar benen stond. Het ebde ook langzamer weg. Gelukkig kon niemand haar zien in de middenberm begroeit met breed hoog groen. Nadat de pijn taande, durfde ze te voelen. Langzaam daal haar hand over haar venusheuvel, over haar schaamlippen en eindigde bij een hard voorwerp. Hout! Met een ruk trok ze het uit haar vagina. Ze kreunde. Dat deed behoorlijk onaangenaam. Pijn kon ze het niet noemen, maar geil evenmin. Even uitpuffen werkte verzachtend, zodat de pijn snel verdween. Dan pas ziet ze op de stok een vlammend rood beeldje geflankeerd door twee tubes. In een flash zag ze zichzelf met zo'n beeldje in een latex handschoen. Iets onbestemd waarschuwde haar dat ze gevaar liep. Ze smeet het weg. Voorzichtig probeerde ze een voet voor de ander te zetten. Geen pijn. Dit was het sein om te maken dat ze hier weg kwam. Goed beschut kon ze een hele afstand afleggen. Maar na een poos werd ze met zichzelf geconfronteerd. De zon op haar huid triggerde lust. Haar gedachten hadden moeite om bij de les te blijven. Ze werd des te verder ze in de zon liep, des te geiler. Haar handen speelden met haar borsten, vingers kneedde tepels en haar gedachten tolden om een onderwerp. Bloedgeile seks. Met Tarzan en Marco in de hoofdrol. Een schram van een braamstruik haalde haar weer terug naar het heden. Zo ontdekte ze op amper tweehonderd meter een brug. Tien passen voor de betonnen berg, was de beschutting van struiken en bomen weg. Kruipend baande ze zich een weg naar een van de trapsgewijs gestoken goten. Schurend gras tussen haar benen, verwarmd door het flauwe maar warme zonlicht, masserende grashalmen over haar pronte tepels. Een flash waarin Marco haar sodomeerde en Tarzan haar met zijn ruwe tong likte. Hevig schokkend opende ze haar ogen.
"kom dit is niet het moment om je liggen masturberen. Zie dat je hulp krijgt," vermande haar hersenen, maar toen ze bloed op haar vingers bespeurde. Ze begreep waar dit vandaan kwam. Tijdens haar maandelijkse periode stroomde er pili- pili door haar aderen. Dat samen met haar temperamentvol karakter stond garant voor drie à vier dagen bloedgeile seks. Dan was niets te gek noch taboe. Het grasland splitste zich en zand onder haar knieën schuurde. Schichtig loerde ze om zich heen. Geen zoefende geluiden noch lampen. Ze vond het zinvoller om te stappen. De brug eindigde in een paar weides. Links luid boe geroep, rechts gemekker. Hier brandde de zon nog intens en haar huid liep flink rood aan. Ze profiteerde van elke minuut helderheid. Het enige wat ze aan verkoeling vond was een badkuip met groen water. Het bracht niet alleen verkoeling en het paard ging die paar slokjes niet missen. Of dat verstandig geweest was, interesseerde haar niet. Ze had gewoon dorst. Bovendien was de weide kaal, maar in de aanpalende wei stond een beschutting. Haar smal lijf paste net onder de afspanning. De waarschuwing dat er stroom stond op de lijnen, had niet groter geweest kunnen zijn. Voorzichtig sloop ze naar de open stalling. Tot in de nok gevuld met hooibalen. Enkel vooraan lagen twee balen los en een verdwaalde half opgevreten aan een staande ruif. Verder weinig nuttigs. Zelfs niet zoveel als een jutte zak. Gegrom, geblaf en een vloer van hard beton. Op een wattendeken voelde ze de ruwe tong van Tarzan tussen haar benen. Het kende geen einde. Haar wereld kleurde goudkleurig. Alles licht en wazig. Was zij het die zo zwaar ademde in extase? Toen ze haar ogen opende, keek ze in een muil vol witte scherpe tanden. Het beest zat in haar. Haar verstand zei, 'Stop.' Haar lichaam wilde 'meer' Ze trok haar benen hoger zodat de hond vrij spel kreeg. Waarom werkte haar lijf tegen?

 

feedback van andere lezers

Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 3

Uitstekend: 1 stem(men), 50%
Goed: 1 stem(men), 50%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 2 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .